J’ai perdu mon corps

De avonturen van een hand in Parijs

Een hand steelt het hart van de kijker in J’ai perdu mon corps, een overrompelende tekenfilm over verlies en heelwording.

Na een amputatie hebben veel mensen het gevoel dat hun ledemaat nog aanwezig is. Ze voelen pijn of jeuk aan benen, tenen of armen die er niet meer zijn. Maar wat als geamputeerde lichaamsdelen zelf ook fantoompijn kunnen ervaren? Guillaume Laurent, bekend geworden als scenarist van Le fabuleux destin d’Amélie Poulain, werkte dat idee uit in zijn roman Happy Hand (2006). Hierin doorkruist een van zijn lichaam gescheiden hand Parijs, om te worden herenigd met zijn pols, arm en de rest van het lijf. Samen met regisseur Jérémy Clapin bewerkte Laurent zijn verhaal tot een schitterend vormgegeven (en op de festivals van Cannes en Annecy bekroonde) animatiefilm, die van begin tot eind verrast.

Het meest verbluffend is die afgehakte hand zelf, die je al na de eerste paar shots in je hart sluit als een volwaardig personage met eigen herinneringen, herkenbare drijfveren en een aanstekelijk doorzettingsvermogen. Na zijn ontsnapping uit een koeling in het ziekenhuis krijgt de op zijn vingers lopende hand het aan de stok met een opdringerige duif, vuurvrezende metroratten en een kwijlende blindegeleidehond.

Tussen alle avonturen door herbeleeft de knuist zijn leven als onderdeel van Naoufel. We zien hoe deze jongen na een gelukkige jeugd in Marokko abrupt wees wordt door een auto-ongeluk. Daarna belandt de getraumatiseerde jongeman bij onaardige familieleden in Parijs, waar hij een marginaal migrantenbestaan leeft. Als een voor zijn job totaal niet geschikte pizzakoerier komt hij op een dag in het flatgebouw van een levendige bibliothecaresse, die hij onhandig begint te volgen. Tijdens het stalken van het meisje van zijn dromen krijgt Naoufel een baan bij een oude houtbewerker. Dat de scheiding van hand en lichaam iets te maken zal hebben met de messcherpe zaagbladen in de werkplaats is evident. Maar als het noodlot eindelijk toeslaat is dat wat je eigenlijk al zag aankomen toch ongenadig spannend in beeld gebracht.

In zijn eerste lange, met de hand (!) getekende animatiefilm, laat Jérémy Clapin zich kennen als een meeslepend verteller. In een op manga geënte tekenstijl zet hij Naoufel neer als een geblutste jongen die zich – ook met alle ledematen nog intact – afgesneden voelt van zijn medemensen. Pas als hij letterlijk een deel van zichzelf verliest, kan zijn psychische helingsproces beginnen. Zijn zwervende hand heeft dat alleen wat eerder door dan Naoufel zelf.