I Walk

Jørgen Leths worsteling met zichzelf en de ouderdom

Documentairefestival IDFA geeft in 2019 een Lifetime Achievement Award aan de Deense filmmaker Jørgen Leth, wiens nieuwste film, het zeer persoonlijke I Walk op het festival zijn wereldpremière beleeft. Wat heeft de inmiddels 82-jarige Leth op zijn kerfstok om die onderscheiding te verdienen, en hoe onorthodox is I Walk?

Als Lars von Trier de meest dwarse filmmaker van Denemarken is, dan volgt Leth toch zeker als goede tweede. Ik noem Von Trier niet toevallig: het vroege, experimenteel getinte werk van Leth was een van zijn inspiratiebronnen. Plus het feit dat een van Leths bekendste films, het spannende, vermakelijke en intrigerende The Five Obstructions, het resultaat was van een artistiek duel tussen die twee. Leth kreeg daarbij de opdracht om zijn satirische korte film The Perfect Human (te zien op YouTube) vijfmaal opnieuw te maken. Telkens met nieuwe, door Von Trier met sardonisch plezier opgeworpen hindernissen.

Sinds 1963 zette Leth zo’n 45 titels op zijn naam – voornamelijk documentaires, kort en lang. Uiteenlopend van films over wielerhelden tot Haiti. Untitled, dat in 1995 de openingsfilm van IDFA was. Leth betuigt hierin op zijn geheel eigen rauwe, lyrische en soms bijna surrealistische wijze zijn liefde voor dit chaotische land waar hij in 1991 ging wonen. Chaos die hem hielp zijn eigen chaos te relativeren. Leth heeft aanleg voor depressie, wat blijkt uit zijn worsteling met het leven, zoals hij heeft vastgelegd in I Walk (Jeg går).

Aardbeving
Haïti is ook het vertrekpunt voor deze nieuwe documentaire. Leth maakt daar in 2012 de aardbeving mee en ziet zijn huis om zich heen in elkaar storten. Hoewel hij, zo toont de film, met betrekkelijk weinig kleerscheuren uit het puin komt, is hij sinds die gebeurtenis letterlijk en figuurlijk zijn evenwicht kwijt, loopt hij moeilijk en dringen de gebreken die de ouderdom meebrengt zich plotseling aan hem op. Hij begint met zijn iPhone een soort dagboek te filmen. Zijn zoon Asger, ook filmmaker, ziet meer in dat materiaal. Zo ontstaat I Walk, een associatief en soms knarsend gemonteerde poging van Leth om weer greep te krijgen op zijn leven. Hier en daar mogelijk doelbewust verwarrend, maar ook opvallend eerlijk, soms zelfs poëtisch en voor de maker zelf waarschijnlijk therapeutisch.

In de eerste beelden ondergaat hij een MRI-scan. In plaats van een uitleg te krijgen over wat er aan de hand is, wordt de kijker gebombardeerd met een overvloed aan schijnbaar onsamenhangende, koortsachtige herinneringsflarden, angstbeelden en verzuchtingen. Veelal met het aangedane gezicht van Leth in close-up. Zo werkt I Walk dus. Een film die ons als het ware in het hoofd van de maker transporteert. Eerst de chaos zoals Leth die kennelijk zelf ervaart. Daarna stukje bij beetje een duidelijker structuur. Herinneringen aan de aardbeving (met schokkende beelden van die gebeurtenis), gevolgd door een trip die hij met zoon Asger onderneemt naar de jungle van Laos. Daar hoopt hij een project te realiseren dat pas aan het eind, in een gestileerd, woordloos beeld wordt onthuld.

Het kan natuurlijk ook zijn dat het echte project het maken van de film zelf is. Veel hierin, om te beginnen al de aardbeving, heeft een soort metaforisch karakter. We zien Leth bijvoorbeeld schuifelen over een zandweg, zoals hij zichzelf door het leven ziet schuifelen. I Walk gaat niet alleen over Leth’s eigen ongemakken, zoals in een lange scène waarin hij grote moeite heeft om na het opstaan weer in beweging te komen. Van een niet altijd even flatteus zelfportret, waarbij ook zijn ijdelheid ter sprake komt, groeit het geleidelijk uit tot een persoonlijk gekleurde documentaire over ouder worden. De vorm loopt min of meer parallel met Leth’s worsteling om weer richting te vinden. Op de website van de film noemt hij het leven een mysterie. Hij hoopt, zegt hij in I Walk, op een soort van happy end. Maar niets is gegarandeerd.

Het tempo wordt al doende kalmer, al blijven er abrupte zijsprongen en droombeelden opduiken. Een wielerwedstrijd bijvoorbeeld, in een soort gedroomde terugblik op zijn eerdere werk. En wie zou toch die zwijgende oude man zijn die we heel even zien? Misschien Ole Ritter, de Deense wielerheld van destijds? Leth weet het, ik niet. I Walk is een film die je het beste intuïtief kan benaderen. Dat kan je irritant vinden, net als het feit dat sommige zaken ongrijpbaarder zijn dan nodig lijkt. Maar toch vormt het op zijn eigen grillige manier wel een coherent geheel dat uitgaat van de opvatting dat het leven nu eenmaal weinig logisch is.

Op de website van het Deense Film Instituut is overigens te lezen dat Leth inmiddels een hersenoperatie heeft ondergaan, waardoor hij weer vaster op zijn benen staat.