Hypnosen
De (bedrijfs)ethiek van de veranderlijke mens
Hypnosen stelt de vraag in hoeverre we ons opeens, onaangekondigd, mogen ontpoppen tot een spelend mens. Maar ook: staan wij als kijker eigenlijk wel open voor een hoofdpersoon die verandert?
Verandering in ons systeem (dus: ons contact met belangrijke naasten) gaat niet van harte. We houden helemaal niet zo van verandering, iemands doen en laten moet vooral hetzelfde blijven. We stoppen dingen graag in hokjes, labelen waar we naar kijken, bouwen op basis daarvan verwachtingspatronen op. Of dat nu over een mens of een film gaat.
In Hypnosen, het speelfilmdebuut van de Zweedse regisseur Ernst De Geer, volgen we millennial-stel en app-ontwikkelaars André (type streber) en Vera (type volgzaam). Ze willen de wereld veranderen met een app die de gezondheid van vrouwen monitort en verbetert. Vlak voordat André en Vera richting Shake Up gaan, een prestigieus inspiratieweekend voor startups waarvoor ze zijn geselecteerd, gaat Vera nog even naar een hypnotherapeut om van haar rookverslaving af te komen.
Dat lijkt eerst nog een zweverige millennial-futiliteit, maar als de twee vervolgens inchecken voor het inspiratieweekend is Vera een stuk assertiever, zijn haar acties minder eenduidig en wordt ze ook voor ons als kijker ondoorgrondelijk. En ook deze film over gedragsverandering zelf nodigt uit tot een meerduidige lezing.
Satire
Hypnosen is allereerst een bijtende satire op het bedrijfsleven en hoe je daar als corporate young professional je weg in moet vinden. Hoe giet je je idealen in een mal om er in rendabel jargon over te kunnen spreken? Je sales pitch is alles. Het inspiratieweekend wordt theater. Zoals Julian, de zelfingenomen ‘goeroe’ van het weekend (speels informeel gekleed) al predikt tegen zijn jonge startup-volgelingen: “We zijn hier om te acteren, en als we erin geloven wordt het echt waar.”
De Geer houdt er een duidelijke maatschappij-kritische houding op na. Hij mikt vooral op hoe persoonlijk wij marktwerking maken en alle openheid die we daarvoor constant etaleren, of dat nu op Instagram is (zoals afgelopen jaar nog te zien in het Noorse Sick of Myself) of in realityshows als The Apprentice en Dragons’ Den. De Geer zoomt in op conflicterende belangen tussen werk en relatie en kijkt naar het zo eerlijk mogelijk zijn tegenover jezelf, maar ook naar de openheid die we als pose aannemen om onszelf maar zo authentiek en eigenzinnig mogelijk in de markt te zetten. Terwijl we de grens tussen binnen- en buitenwereld, privé en zaken, proberen op te heffen, vergeten we te vragen of dat eigenlijk wel zo’n goed idee is.
Met de hernieuwde recht-door-zee Vera (een sterke, veelzijdige rol van Asta Kamma August), of dat nu door die hypnotherapie komt of door nieuwe inzichten, krijgt haar vriend en compagnon André (een heerlijke met stomheid geslagen Herbert Nordrum, eerder te zien in het qua millennial-humor gelijksoortige The Worst Person in the World) een koekje van eigen deeg. Waar hij aanvankelijk de regie nam en zijn vriendin aanwijzingen gaf – zelfs voor een menstruatie-anekdote die diende als elevator pitch voor hun app – krijgt hij nu zijn eigen mansplaining-bedrijfsethos als een boemerang terug naar zijn hoofd. Naast de nieuwe Vera verschrompelt André tot een klein jongetje dat zo graag de beste van zijn klas zou willen zijn. Nordrum zet er zijn lengte (1,91) op zijn slungeligst voor in, met name in een scène waarin André ineengekropen op een te hoge klapstoel zit. In zijn fysiek voel je duidelijk, daar zit iemand die ontzettend graag nonchalant wil overkomen.
Anti-romkom
Hypnosen is een anti-romcom die met zijn lichtvoetige toon laat zien hoe een koppel uit elkaar drijft. Twee mensen die elkaar opnieuw moet leren kennen om te zien of ze nog wel bij elkaar passen. Want is de liefde niet ook een soort bedrijfsmatige markt?
In de openingsscène zien we hoe Vera zo integer mogelijk haar salespitch met dat menstruatie-verkooppraatje doet. Als haar verandering inzet, zijn we eerst nog gecharmeerd van haar nietontziende eerlijkheid. Maar hoe meer haar gedrag verandert, hoe meer ze ook van protagonist in antagonist verandert. We raken net zo van haar vervreemd als André. Met wie heeft hij hier eigenlijk van doen? Mag de persoon waar hij van houdt afwijken van het beeld dat hij van haar geschapen heeft? Hypnosen laat zien wat er gebeurt als een van de twee een spelend mens durft te zijn en de ander bang is dat dat niet serieus genoeg is om een veelbelovende toekomst te bereiken. In de woorden van Radiohead: “Ambition makes you look pretty ugly”.
En wat gebeurt er als een film die komisch leek gaandeweg plaatsvervangende schaamte veroorzaakt, en ons – als een paard van Troje – confronteert met onze eigen patronen? Hoe zit het dan met de weerstand waar we tijdens het kijken op stuiten?
De Geer bewandelt knap – zeker voor een debutant – het dappere pad om ons uit te dagen in plaats van simpele antwoorden te geven. Hij geeft ons de handreiking dat Vera’s gedragsverandering mogelijk door de hypnotherapie werd veroorzaakt, maar Hypnosen werkt eigenlijk nog beter als je net zo verbouwereerd bent door haar plotse assertiviteit als André. Soms knapt er iets en soms weten we niet wat. En dan is het aan ons (en aan André) om ons daar opnieuw toe te verhouden.