Sick of Myself

Zelfpromotie ad absurdum

Sick of Myself

Onzichtbaar en anoniem, zo voelt Signe zich. Tot ze een manier ontdekt om ervoor te zorgen dat iedereen haar gegarandeerd opmerkt. De manier waarop deze groteske satire haar Werdegang verslaat, is gedurfd in zijn schaamteloosheid, maar mist de nodige empathie voor zijn hoofdpersonage.

Een portret van een monomane fan die de villa van zijn idool binnendringt in de overtuiging dat hij daar welkom is. Een parade van fictieve aandoeningen, die de lijders te lijf gaan met therapieën die eruitzien als nog veel engere ziektes. Een tot mislukken gedoemde date tussen een iets te weetgrage man en een hypersensitieve vrouw. Ergens tussen horror en absurdisme ligt het universum dat de Noorse maker Kristoffer Borgli ons in zijn filmische oeuvre voorschotelt.

Tot vorig jaar bestond dat oeuvre uit een verzameling opzienbarende korte films, waaronder de hierboven beschreven It’s Not a Phase (2019), Softcore (2020) en Eer (2021). En dan is er nog zijn niet te classificeren docufictie Drib (2017), een speelfilmlange millefeuille van performance, reconstructie, enscenering en pastiche waarin de vermeende waargebeurde feiten – rond een afgelaste shockvertising-campagne voor een energiedrankje – uiteindelijk niet meer dan een kleverig laagje glazuur schijnen te zijn.

Beter dan afgaan op ontoereikende beschrijvingen is het overigens om dat werk zelf te bekijken; veel van Borgli’s korte films staan gratis op zijn Vimeo-kanaal.

Schuldgevoel
Zijn speelfilmdebuut Sick of Myself (Syk pyke) bouwt voort op thema’s en vormen waarmee hij in zijn voorgaande films experimenteerde. Hierin klonteren mediahypes en een cultuur van narcisme samen tot een persoonlijke catastrofe, die niettemin smakelijk wordt opgedist met een dosis bodyhorror en dialogen vol glossy marketingclichés, kunstgezwets en het assertieve jargon van de Tumblr-generatie.

Twintiger Signe (Kristine Kujath Thorp, uit Ninjababy, 2021) woont samen met Thomas, een kunstenaar die het idee van creatie zelfbewust aan de kant heeft geschoven en jatten tot kunst heeft verheven. Niet plagiëren, niet stiekem pikken, nee: openlijk jatten als subversief statement. Zijn aankomende tentoonstelling bevat een deel van zijn collectie gestolen designerstoelen, die hij niet als losse kunstobjecten maar als rekwisieten in een conceptuele performance presenteert. Zijn strategie van ophef en vertier lijkt vruchten af te werpen als een hip magazine hem benadert voor een coverreportage.

Het frustreert Signe dat hij haar aandeel in hun gewiekste diefstallen zelfs tegenover hun vrienden miskent, maar dat is nog voordat ze ontdekt dat Thomas in zijn professionele netwerk zijn relatie met haar geheel en al verzwijgt. Binnen de muren van hun appartement staat het er niet beter voor: het lijkt soms of hij haar letterlijk niet ziet staan. Een gebeurtenis in de koffiebar waar Signe werkt, roept iets in haar wakker: het besef dat ze in het middelpunt van de aandacht kan staan als haar iets ergs overkomt – of iets wat er op zijn minst erg uitziet. Dan stuit Signe op een clandestien Russisch kalmeringsmiddel dat bij overmatig gebruik griezelige huiduitslag kan geven. Haar claim to fame ligt binnen handbereik.

Een ziek idee, maar dat is voor Borgli geen reden een rem te zetten op het zelfdestructieve gedrag van zijn hoofdpersonage. Integendeel: haar beloning laat niet lang op zich wachten. Als de gewenste bijwerkingen eenmaal intreden, komt Signe dankzij uitgebreide media-aandacht met haar verminkte gelaat zelfs onder contract bij een inclusief modellenbureau. Maar de kers op haar taart is wel dat ze – ingepakt in drukverbanden – Thomas het bed in weet te krijgen, waarbij ze hem hardop laat fantaseren over het schuldgevoel dat haar vrienden en familieleden zouden hebben als zij zou overlijden. Schaamteloos zelfmedelijden als toppunt van seksueel genot – het is haast te gênant om naar te kijken, maar een gedurfde verbeelding van narcisme is het wel.

Kolderieke hel
Terwijl Signe zich met haar manipulaties steeds verder isoleert, zijn we regelmatig deelgenoot van haar toekomstfantasieën en angstvisioenen, die soms moeilijk zijn te scheiden van haar niet minder waanzinnige realiteit. Haar succesformule biedt (overigens net als die van Thomas) uiteraard geen toekomstperspectief. Toch lijkt het of de filmmaker zelf ook moeite heeft met het vinden van een uitweg uit de kolderieke hel die hij voor zijn hoofdpersonage schept.

Met het uitvergroten van een aantal clichés over millennials – de generatie waar Borgli zelf, geboren in 1985, toe behoort – levert Sick of Myself een bizarre, vileine satire op hedendaagse cultuurverschijnselen. Maar ten opzichte van de jonge vrouw die zich voor onze ogen te gronde richt, in een destructieve competitie met haar zelfingenomen vriend, blijft de film steken in leedvermaak. Daarmee ontkomt hij niet aan de oppervlakkigheid die hij zelf hekelt. Met een iets minder eendimensionale benadering had deze absurde komedie ook een personage kunnen creëren met de potentie om langer in het bewustzijn te blijven hangen dan de duur van een vluchtige mediahit.