Banel & Adama

Het huis begraven onder woestijnzand

Banel & Adama

Het jonge stel Banel en Adama wil weg uit hun Senegalese dorpje, maar ontsnapping aan zowel de traditionele leefregels als de klimaatcrisis blijkt vrijwel onmogelijk in dit zelfverzekerde debuut.

Banel en Adama. Banel en Adama. Banel en Adama. Banel hoort de namen van haar en haar geliefde gefluisterd worden; ze schrijft ze in een schriftje, eindeloos herhaald; ze declameert ze keer op keer tegen zichzelf en tegen Adama. Banel en Adama, voor altijd. In het begin van Ramata-Toulaye Sy’s Banel & Adama is het een liefdevolle mantra, maar gaandeweg de film sluipt er steeds meer wanhoop in Banels roep.

De titel van de film ten spijt draait Sy’s speelfilmdebuut in feite niet om het stel, maar om Banel (Khady Mane), een zelfverzekerde en koppige vrouw in een omgeving waar mensen geacht worden in het gareel te lopen. Ze trouwde met haar grote liefde Adama (Mamadou Diallo), maar was eerder de echtgenote van diens oudere broer Yere. Pas na diens overlijden, onder raadselachtige omstandigheden, konden Banel en Adama volgens de traditionele leefregels van hun Senegalese dorp samen zijn.

Maar diezelfde leefregels dicteren ook allerlei dingen die ze helemaal niet willen. Dat Adama de taak als dorpshoofd van Yere moet overnemen. Dat ze hun dagen gescheiden van elkaar slijten, hij met de mannen bij de kudde koeien op de uitdrogende velden en zij met de vrouwen in het dorp. Dat Banel zo snel mogelijk nageslacht moet produceren, terwijl ze helemaal geen kinderen wil. En vooral: dat ze in het dorp moeten blijven, terwijl ze ervan dromen om iets verderop te gaan wonen, in een huis dat nu nog onder een dikke laag woestijnzand begraven ligt. Elk vrij uurtje besteden ze aan het afgraven van hun droomwoning.

Die onbereikbare huizen zijn het belangrijkste signaal dat Sy in een magisch-realistisch register vertelt. Banel & Adama was afgelopen mei de enige Afrikaanse film én het enige debuut geselecteerd voor de competitie in Cannes. Op dat hoogste podium voor de artfilm was de film zeker niet misplaatst. Sy vermengt met zelfverzekerde hand een sprookjesachtige sfeer met zeer aardse emoties en een tijdloze allegorie met hedendaagse thema’s.

Want het is het uitblijven van regen dat maakt dat Adama zich, ondanks eerdere toezeggingen aan Banel, uiteindelijk toch gedwongen ziet om zijn leidersrol aan te nemen. De klimaatcrisis dus. Zo grijpt Sy een aloude vertelvorm aan om het verhaal te vertellen dat nú urgent is. Ze combineert het met een nergens in het oog springende, maar zeer uitgekiende stijl – let bijvoorbeeld op het sterk symbolische kleurgebruik. Als film is Banel & Adama net zo eigenzinnig en zelfverzekerd als de charismatische hoofdpersoon.