Back to the Future, Part II
Climax op climax, vondst op vondst

Back to the Future, Part I
Een van de leukste publieksfilms van de jaren tachtig Back to the Future heeft een vervolg gekregen. Anders dan bij de gemiddelde sequel is kennis van deel I absolute noodzaak. Regisseur Zemeckis heeft ook deel III al opgenomen, die voor zomer 1990 op het programma staat.
Michael J. Fox is een held van deze tijd. Hij heeft de eeuwige jeugd, een soort permanente tieneruitstraling (terwijl hij toch alweer dik in de twintig is), gecombineerd met een ongevaarlijke sensualiteit, van het type waarvan moeders gecharmeerd zijn.
Dit maakte hem als middelpunt van de televisieserie Family Ties zeven jaar lang razend populair bij een zeer breed publiek. De overstap van het kleine scherm naar de donkere zaal ging moeiteloos, omdat hij de figuur van Alex P. Keaton, zijn televisie alter ego, zonder al te veel veranderingen kon meenemen.
Hij had natuurlijk het geluk in 1985 terecht te komen in Back to the Future, een samenwerkingsverband tussen producent Steven Spielberg en regisseur Robert Zemeckis (die langzamerhand meer Spielberg is, dan Spielberg zelf). Geholpen door een uitstekend scenario van Zemeckis en Bob Gale werd Back to the Future een van de grote filmhits van de jaren tachtig. Sinds die film was Fox te zien in Light of Day, Secret of My Success en Bright Lights, Big City, die allen niet in de schaduw konden staan van de Zemeckis-film. Back to the Future, Part II brengt hetzelfde team weer samen en sluit naadloos aan bij het eerste deel, waarin Doc (Christopher Lloyd) aan het slot terugkeert met zijn DeLorean tijdmachine en Marty McFly en zijn vriendin meeneemt naar de toekomst om hun kinderen van de ondergang te redden.
Het eerste halfuur van de film, waarin onze vrienden in de 2015-versie van het uit het eerste deel bekende stadje belanden is zo overdonderend, dat je de rest van de film eigenlijk nodig hebt om bij te komen. Zemeckis bewees al eerder met Who Framed Roger Rabbit? dat hij de fakkel van George Lucas als pionier op special effects-gebied heeft overgenomen.
In het jaar 2015 moet Marty McFly zien te voorkomen dat zijn zoon (natuurlijk ook gespeeld door Fox) zich aansluit bij de bende van Griff, de nazaat van de bully uit het eerste deel. Hij moet daarvoor de plaats van zijn zoon innemen. Zemeckis gelooft in de vooruitgang. Zoals hij in Back to the Future de jaren vijftig idealiseerde tegenover de verloederde jaren tachtig, zo schetst hij in deel II een zonnige versie van het jaar 2015, die mij overigens deed denken aan jaren vijftig science fiction en zeker niet aan moderne toekomstvoorspellingen, waarin de aarde na nucleaire en ecologische rampen woest en ledig is.
De scènes op en rond het plein zitten zo boordevol details dat je noodgedwongen de helft zult missen. ‘Surf Vietnam’, staat er op een vakantieposter op de achtergrond, waarmee Zemeckis de hoop uitspreekt dat de werelvrede zal losbarsten en tegelijk natuurlijk verwijst naar de beroemde surfscène uit Apocalypse Now. In de locale bioscoop draait Jaws, deel 19 geregisseerd door Max Spielberg (de zoon van…). Een haai als hologram bedreigt de toeschouwer in de ultieme promotiecampagne. Auto’s zweven door de lucht, aangedreven door afval. Ook dat probleem is opgelost. Nike sportschoenen hebben volautomatische veters, een Pepsi kost vijftig dollar (De hele film werd zwaar gesponsord door Pepsi, die ook Michael J.Fox, naast Madonna, David Bowie en Michael Jackson, op de salarislijst heeft staan) en ga zo maar door.
Bijbenen
Marty McFly neemt de plaats van zijn zoon in en weet te voorkomen dat zijn familie in het verderf wordt gestort, maar door zijn aanwezigheid veroorzaakt hij toch een fatale breuk in de ‘continuïteit van tijd en ruimte’, zoals Doc het noemt. Hij koopt in een antiekwinkeltje een sportalmanak 1950-2000, om sportuitslagen te kunnen voorspellen. Hiermee brengt hij de oude Biff op een idee. Deze steelt de DeLorean, reist terug naar 1955 en geeft zijn jonge versie de sportalmanak. Door weddenschappen af te sluiten met behulp van dit boek wordt Biff steenrijk en ontstaat er een ‘nieuw’ 1985, waarnaar Marty en Doc na hun avonturen in 2015 terugkeren.
De nieuwe versie van 1985 is een soort donkere nachtmerrie, die is vormgegeven als een kruising tussen Blade Runner en de suburbs van Washington D.C., ‘murder capital of the world‘. Biff heeft midden in het door moterbendes geteisterde stadscentrum een pleasure paradise opgericht en is getrouwd met de moeder van Marty, na de vader uit de weg te hebben geruimd. Op het dorpsplein treffen we een toxic waste plant aan en op de achtergrond zien we de schoorstenen van een reusachtige raffinaderij. Misdaad, seks en milieuvervuiling als de drie grote kwaden van deze tijd.
Marty’s missie is duidelijk. Hij moet weer terug in de tijd om de sportalmanak van de jonge Biff te stelen en het oude 1985 te herstellen. Hiertoe reizen we af naar 1955, waar Marty zichzelf tegenkomt in een aantal scènes uit deel I. Mensen die deel I hebben gemist zullen het helemaal moeilijk hebben ergens nog een touw aan vast te knopen.
Zemeckis wil teveel in Back to the Future, Part II. Hij stapelt climax op climax, vondst op vondst (begeleid door de oorverdovende score van Alan Silvestri), zodat je het na een uurtje wel gezien hebt. Alle charme en humor van deel I hebben moeten plaatsmaken voor ingewikkelde plotwendingen en een behoorlijke dosis agressief geweld. Deel II heeft een open einde en verwijst vast in enkele scènes naar deel III, dat inmiddels is opgenomen en zich in 1885, de pioniersdagen zal afspelen. Zemeckis zal heel wat gas moeten terugnemen.