Louis Feuillade: The Complete Crime Serials
Lessen in een vergeten ambacht

Les Vampires
De misdaadseries van Louis Feuillade zijn samengebracht in een prachtige box, die laat zien dat ze meer zijn dan het plat vermaak waar ze in hun tijd voor werden versleten.
Het was in de jaren tien van de twintigste eeuw dat de fundamenten werden gelegd voor de continuïteitsmontage en de speelfilm zoals we die nu kennen. Het was ook in dat decennium dat Louis Feuillade (1873-1925) zijn misdaadseries maakte, waarvan er vier zijn samengebracht in de prachtige blu-ray-box Louis Feuillade: The Complete Crime Serials (1913-1918): Fantômas (1913), Les Vampires (1915), Judex (1916) en Tih Minh (1918).
Deze ciné-romans, zoals ze ook wel genoemd werden, zijn heerlijk escapisme vol vermommingen, snode plannen en besnorde detectives. Ze waren populair, maar weken in vrijwel alles af van de richting die film in die jaren insloeg. En aan het einde van de jaren tien leken ze dan ook al ingehaald te zijn door de tijd.
Feuillade stond bekend om zijn genadeloos efficiënte manier van werken. Hij draaide zelden meer dan één take en wachten deed hij op niemand. Toen acteur Jean Ayme, die in Les Vampires de leider van de misdaadbende uit de titel speelde, te laat op de set kwam, liet Feuillade prompt een scène filmen waarin hij werd doodgeschoten door Irma Vep. De volgende leider van de vampiers moest er overigens ook aan geloven, ditmaal omdat de betreffende acteur werd opgeroepen voor het leger. Want buiten de filmstudio’s woedde de Eerste Wereldoorlog.
De door Musidora gespeelde Irma Vep was lange tijd de nadrukkelijkste nalatenschap van Feuillade. Mede omdat haar beeltenis, gehuld in een zwarte bodysuit, door de surrealisten werd vereerd. Sowieso werd het werk van Feuillade door surrealisten als André Breton en Louis Aragon omarmd. Zeker in Fantômas en Les Vampires zagen zij een verbeelding van de morele verwarring van die jaren. Door de manier waarop die werken de grenzen tussen ruimtes en tussen identiteiten vervagen, desoriënteren met een grote hoeveelheid personages en subplots, en het vreemde onthullen in het alledaagse waren de series niet zozeer escapisme, aldus de surrealisten, maar een reflectie van hun tijd.
Detective
Zowel Fantômas als Les Vampires waren zo opgezet dat binnen het overkoepelende geheel elke aflevering een afgerond verhaal vertelde. De filmseries waren succesvol, maar kregen ook kritiek. Zeker de speels anarchistische verbeelding van de Vampiers kwam Feuillade te staan op het verwijt dat hij criminaliteit zou verheerlijken. Opvolger Judex, waarin een gemaskerde held het opneemt voor de slachtoffers van een gewetenloze bankier, was een reactie daarop. Het was ook de eerste van zijn series die één doorlopend verhaal vertelt, met afleveringen die vrijwel altijd eindigen met een cliffhanger.
De misdaadseries van Feuillade kijken qua vertelvorm dan ook als een verre voorloper van de huidige televisieserie, maar wie deze zes à zeven uur durende, in episodes opgedeelde werken nu bekijkt, ziet vooral iets wat David Bordwell al schreef in zijn boek Figures Traced in Light: On Cinematic Staging (2005). Daarin noemt hij de films van Feuillade “onvermoeibare lessen in een haast vergeten ambacht”. Terwijl de filmwereld zich stortte op de mogelijkheden van montage, perfectioneerde Feuillade de kunst van het ensceneren. Zijn films “tonen ons hoe de simpele choreografie van lichamen in de ruimte een dynamische, begrijpelijke weergave van de actie in een scène kan creëren”.
Als voorbeeld haalt Bordwell de openingsscène aan van Les Vampires, waarin journalist Guérande ontdekt dat zijn dossier over de misdaadbende uit zijn la is gestolen. Terwijl hij op de voorgrond die lade opent, staat op de achtergrond de in het geheim voor de Vampiers werkende Mazamette op en probeert weg te sluipen, maar vlak voor hij de deur uit is, wenkt Guérande hem terug. Ondertussen zitten er nog twee mannen in de kamer die op cruciale momenten het zicht blokkeren of juist openen. “De synchronisatie van bewegingen en poses is griezelig precies”, merkt Bordwell terecht op.
Veel filmmakers zouden een apart shot invoegen van de wegsluipende Mazamette, of van de lege lade, maar Feuillade houdt dat ene totaalshot aan. Waar je met montage de blik vrij dwingend kunt sturen, daar is het spel dat Feuillade speelt met de blik van de kijker geraffineerder. Hij gebruikt de enscenering van het shot (de compositie, bewegingen van acteurs, de voor- en achtergrond) om de blik van de kijker te wenken of juist af te leiden. Speelt met de illusie dat een totaalshot ook een totaal beeld geeft. Het past naadloos bij het misdaadgenre dat hij beoefende. Wie de filmseries van Feuillade kijkt, krijgt alle ruimte om zelf de detective uit te hangen, zoekend naar aanwijzingen in de shots, en zo nu en dan om de tuin geleid met een vals spoor.
Louis Feuillade: The Complete Crime Serials is verkrijgbaar op blu-ray (Eureka).