Actie! Op de set van Sputum

Regisseur Dan Geesin overlegt met acteur Tine Joustra: “What kills you makes me stronger.” Foto: Bob Bronshoff

Voorhelmstraat 25, 2012 ZM Haarlem
Maandag 21 oktober 2019, 14.22 uur

“Oké, we gaan ’m opstarten; 266, de derde… concentratie!”, zegt regisseur Dan Geesin in een muffe kelder van De Greiner, een voormalige huishoudschool in Haarlem die tegenwoordig dienst doet als broedplaats voor creatieve en maatschappelijke ondernemers. Onder zijn arm heeft hij een script vol aantekeningen, op zijn hoofd een mijnwerkerslamp.

Op een bed ligt iets wat op een vermolmd lichaam lijkt. Ernaast zit actrice Tine Joustra (The Hitman’s Bodyguard, An Impossibly Small Object, Het leven is vurrukkulluk). Haar gezicht is wit, haar lippen zijn blauw gestift en haar haar zit strak achterover in een knot. Ze draagt een plastic jas, die kraakt als ze voorover buigt.

De Amsterdams-Britse muzikant, filmmaker en beeldend kunstenaar Dan Geesin, regisseur van de met een Gouden Kalf bekroonde kortfilm Olifantenvoeten (2011) en maker van de indringende sounddesigns voor de films van zijn partner Esther Rots, is bezig met de opnamen van Sputum. Het wordt een donkere sciencefictionfilm die zich afspeelt in een gedesoriënteerde, instabiele samenleving vol speeksel, schimmels en een vreemd wit poeder.

Er woedt een strijd tussen de Bakelieten (de hogere klasse) en de Antieken (de onderdrukte arbeidersklasse) in deze wonderlijke, dystopische wereld, die wordt bedreigd door een onzichtbare, maar dodelijke schimmelwolk. Die strijd gaat met name om het speeksel van de Bakelieten, dat resistent maakt tegen de schimmel.

De jonge Jimin Blyth leidt het verzet van de Bakelieten tegen de Antieken en hun fabrieken, waar het speeksel uit de kelen van de Bakelieten wordt opgeslurpt en verwerkt tot antistof: sputum. Zij krijgt hulp van een vooraanstaande Antieke wetenschapster, de jonge Kalta Crux, die zich het lot van de Bakelieten aantrekt.

Tine Joustra speelt Kalta’s moeder Acosta Crux. In het halfdonker staan Rots en Geesin nog even met haar te overleggen; aan de andere kant van het bed staan geluidsman Matthijs Klijn en cameraman Jeroen Kiers. Op zijn camera zit een lamp waarmee hij haar gezicht uitlicht.

Joustra pakt een beetje poeder uit een kommetje en sprenkelt het over een grote, zwarte paddenstoel. Vervolgens breekt ze met haar nagel een stukje van de paddenstoel en stopt dat snel in haar mond. Ze kauwt er met smaak op; het piept en kraakt. “What kills me makes you stronger”, murmelt ze dan, gevolgd door een luide vloek: “Fuck it! What kills you makes me stronger. You. Me.

Joustra slaakt een zucht, stopt nog een stukje paddenstoel in haar mond, maar verslikt zich opnieuw in haar tekst. “Neem je tijd, Tine”, zegt Geesin. Hij loopt naar haar toe, slaat een arm om haar heen, en geeft haar nog een stukje paddenstoel, gemaakt van tapioca. “Hier. Lekker! We doen ’m nog een keer: What kills you makes me stronger.