WONDER BOYS

Lost weekend in Pittsburg

  • Datum 15-03-2011
  • Auteur
  • Gerelateerde Films WONDER BOYS
  • Regie
    Curtis Hanson
    Te zien vanaf
    01-01-2000
    Land
    Verenigde Staten
  • Deel dit artikel

Professor Michael Douglas heeft de macht over het stuur verloren

Regisseur Curtis Hanson gooide na de B-thriller The hand that rocks the cradle en het gestileerde L.A. Confidential het roer compleet om. Michael Douglas speelt in de tragikomedie Wonder boys een uitgebluste schrijver, die een zonderlinge literatuurstudent op sleeptouw neemt.

Het is een van die schrikbeelden des levens: komt er ooit een moment waarvan je achteraf kunt zeggen dat het de beste tijd van je leven was, en dat je vervolgens dus moet constateren dat je over je hoogtepunt heen bent? Varianten op de uitspraak ‘vroeger was alles beter’ zijn nog steeds in zwang, en niet alleen onder bejaarden, wat doet vermoeden dat dit moment ook werkelijk, en soms vroegtijdig, kan aanbreken. Iedereen met enige levensvreugde verzet zich uiteraard tegen dit soort doemdenken, maar dat neemt niet weg dat het waarschijnlijkheidsgehalte hoog is.
De tragikomedie Wonder boys gaat over zo iemand die zijn beste tijd heeft gehad, een Amerikaanse professor in de Engelse letterkunde (Michael Douglas) die niets meer heeft gepubliceerd sinds hij zeven jaar eerder faam verwierf met zijn roman ‘De dochter van de brandstichter’. Die titel belooft weinig goeds, maar het blijkt wel degelijk zijn magnum opus te zijn; misschien wel zijn enige en laatste roman, zo wordt er echter om hem heen gefluisterd. De film volgt deze stuurloze vijftiger gedurende één ‘lost weekend’ in de besneeuwde straten van Pittsburg, waar zich ramp op ramp stapelt.

Marilyn Monroe
Wonder boys bevat een aantal memorabele momenten, zoals een manke Michael Douglas in een vieze roze duster met een jointje in zijn hand. Dit zie je niet elke dag in een Hollywoodfilm. En lange tijd is de film dan ook vermakelijk dankzij de onverwachte aaneenschakeling van kleine en grote catastrofes, totdat hij aan het einde een onvergeeflijke knieval naar het goedkope sentiment maakt.
De aftakeling van Douglas’ Professor Tripp wordt gelijk in het begin van de film in gang gezet: terwijl hij voor de klas staat horen we in een ironische voice-over dat zijn vrouw hem die ochtend heeft verlaten. Zijn maîtresse (Frances McDormand) blijkt ook nog eens zwanger van hem te zijn. Op een feestje van de universiteit loopt vervolgens alles in de soep. Nadat een zonderlinge leerling (Tobey Maguire) in paniek de hond van de gastheer doodschiet, neemt Tripp hem op sleeptouw door de stad. Noodgedwongen, want deze James heeft ook nog met medeweten van Tripp het originele bruidsjasje van Marilyn Monroe uit de brandkast van de gastheer gestolen. Tijdens hun dooltocht houden ze zich op de been met een peppil.
De ongebruikelijke plot en de liberale houding van de film ten opzichte van de kunstmatige stimuli, maken Wonder boys opmerkelijk, maar uiteindelijk blijkt de vorm het niet te winnen van de net iets te clichématige inhoud. De lichtvoetigheid en de opgewekte toon nemen daarbij iets te vaak de overhand, anders dan bij die andere film waarin Michael Douglas de grip verloor, het veel sterkere Falling down. Er worden wel degelijk belangrijke levensvragen te berde gebracht (wat te doen als je op oudere leeftijd bent uitgeblust, of op je twintigste somber bent) maar deze zijn te vlak uitgewerkt om echt prangend te zijn.

Ringbaardje
Tobey Maguire speelt een soort rol die hij vaker heeft vertolkt, de zonderlinge buitenstaander met de mooi-afwezige blik, die langzaam uit zijn schulp kruipt. In dit geval beantwoordt dat ‘zonderling’ aan alle romantische clichés. Hij is geobsedeerd door filmsterren die zelfmoord hebben gepleegd en weet deze suïcidalen alfabetisch op te sommen, schrijft sombere verhalen over zijn katholieke jeugd, liegt zijn eigen levensverhaal bij elkaar en slaapt op de grond van het busstation. Hij is uiteraard ook een briljant schrijver, authentiek en ‘street wise’, die op het punt staat om ontdekt te worden. Deze nieuwe ‘wonder boy’ zal later waarschijnlijk in dezelfde creatieve crisis als Tripp terecht komen. Tripp zegt het zelf al in de film: "James’ story is the stuff of bad fiction."
Amusant is de ironische tekening van het benauwde universiteits- en schrijverswereldje, waar iedereen elkaar kent en in de gaten houdt. Top-griezel is de gevierde schrijver Q, gezegend met ringbaardje, die zijn speech begint met een gedragen "I am… a writer!", waarna de zaal onmiddellijk vurig klapt bij het horen van zoveel wijsheid.
Regisseur Curtis Hanson maakt met Wonder boys een carrièredraai waar professor Tripp jaloers op zou zijn. Van de gelikte B-thrillers The hand that rocks the cradle en The river wild, via het even zielloos als gestileerde L.A. Confidential, heeft hij nu gepoogd om een film over ‘echte mensen’ te maken, wat hem deels is gelukt. De film ontbreekt het echter aan intensiteit, wat onontbeerlijk is bij een film die juist gaat over het gebrek daaraan in iemands leven.

Mariska Graveland