The Tragedy of Macbeth

Gefilmd theater op steroïden

In Joel Coens The Tragedy of Macbeth, de nieuwste verfilming van Shakespeare’s grote Schotse tragedie, is heel de wereld een schouwtoneel.

Direct vanaf de onheilspellende openingsbeelden van The Tragedy of Macbeth, waarin witte vergezichten de aandacht opeisen, omarmt regisseur Joel Coen een zwierig minimalisme. Maar dan wel zo in beeld gebracht dat het door zijn impact en schaal juist heel maximalistisch is. Less is more geldt niet voor Joel Coen. Meer is minder in zijn eerste film zonder broer Ethan, waarvoor de oudere Coen-broer regie, scenario, productie en montage verzorgde.

Coen filmde alles in de studio, zodat in de zeer geconstrueerde wereld die hij schept ruimte is voor vloeiende overgangen. Het production design van Stefan Dechant is toverachtig, van Macbeths met bloed doordrenkte kasteel tot aan het beroemde marcherende woud van Birnam. Coen houdt de actie altijd in het hier en nu, en plaatst het publiek bovenop de intriges van de personages, hun psychologie en de spanningen die ze met zich meedragen. Het resultaat is een afdaling in de krochten van het surrealisme.

Adembenemend
De keuze voor een uitgeklede benadering is misschien verrassend, maar het werkt, vooral omdat Coen het stuk van meet af aan omarmt als groots theater. Hij doet geen poging het materiaal open te werken voor het grote doek, zoals Justin Kurzel bijvoorbeeld deed in zijn versie met Michael Fassbender en Marion Cotillard uit 2015. Coen brengt zijn Tragedy of Macbeth, hoe klein dat misschien ook klinkt, als gefilmd theater op steroïden.

Om dat klaar te spelen, werkt hij opnieuw samen met cameraman Bruno Delbonnel, die ook Inside Llewyn Davis (2013) en The Ballad of Buster Scruggs (2018) voor de Coens draaide. Delbonnel vat The Tragedy of Macbeth in adembenemende zwart-witbeelden, met een vrijwel vierkant beeldformaat (1:1,19, voor de puristen) dat teruggrijpt op de zwijgende cinema. Met die visuele keuzes roept Coens nachtmerrieachtige film onherroepelijk een eerdere Macbeth-verfilming in herinnering, Akira Kurosawa’s Throne of Blood (1957). Maar de expressionistische aanpak verwijst net zo goed naar het werk van meesters als Carl Theodor Dreyer, F.W. Murnau en Ingmar Bergman.

Coen veronderstelt enige bekendheid met het verhaal: hij laat onnodige details weg en stroomlijnt de plot tot een uitgebeende thriller. De gevreesde krijgsman Macbeth wordt, onderweg terug van weer een overwinning op het slagveld, door drie heksen apartgenomen, die hem verlokken met een visioen dat voorspelt dat hij koning van Schotland zal worden. Macbeth wijst de profetie in eerste instantie van de hand, maar dat verandert als hij zijn sluwe echtgenote erover vertelt. Hun nieuwsgierigheid verwordt tot een obsessie, en het power couple beraamt een moorddadig plan om de macht te grijpen. Al snel blijken ze echter slecht in staat te leven met de consequenties van hun daden.

Nadagen
Denzel Washington is even majestueus als beheerst in de titelrol. Het is een tour de force, en ongetwijfeld een van de beste rollen in de rijke carrière van deze veteraan. Zijn Macbeth is ambitieus maar onzeker, charismatisch maar ook een meedogenloze moordenaar. En Frances McDormand is volledig aan hem gewaagd—ook al is haar rol op papier soms wat dun—als Lady Macbeth, de vonk die zijn vuur aanwakkert. Dit zijn acteurs die Shakespeare’s jambische pentameter kunnen dromen.

Het zijn ook allebei zestigers, een stukje ouder dan het echtpaar Macbeth over het algemeen wordt verbeeld. Hun invulling toont een wat afstandelijk koppel, zonder de felle emoties die de personages in het beste geval hebben. Maar het geeft hun gekonkel ook urgentie. Dit zijn staatslieden in hun nadagen, die er klaar mee zijn om te moeten wachten op erkenning voor hun werk. Hun tijd raakt op en dat weten ze, wat hen vatbaar maakt voor dubieuze beloftes uit het bovennatuurlijke voor een laatste poging om hogerop te komen.

Dwars door Coens stilistische ingrepen heen blijft de kern overeind, een verhaal over hoe ambitie en macht alles corrumperen waarmee ze in aanraking komen. The Tragedy Macbeth is tegelijkertijd uitgebeend en overweldigend, met onberispelijk geluidsontwerp dat de spanning verder en verder opvoert. Maar vooral is de film een koortsachtige ontmanteling van de psyches van de hoofdpersonages, die steeds verder verzanden in hun waanzin. Het klassieke verhaal vol geraas en gebral dat onbeduidend blijkt.