The Idiot

Kurosawa verfilmt Dostojewski: idioot!

The Idiot

Akira Kurosawa’s lievelingsfilm is het raadselachtige, zelden geziene the idiot. Drie van de oorspronkelijke vier uur dwangmatige boekverfilming zijn nu op dvd te aanschouwen.

De Rashomon was de grootste poort van Kyoto, de oude hoofdstad van Japan. Vijfendertig meter breed, tien meter diep en vijfentwintig meter hoog. Gebouwd in 789. Akira Kurosawa baseerde zijn naam- en faamfilm uit 1950 op twee korte verhalen van de kortlevende Japanse schrijver Ryunosuke Akutagawa (1892-1927): ‘Rashomon’ en ‘In het bos’, van de eerste nam hij alleen de titel en de locatie over – en van de tweede de vorm: verschillende perspectieven op een en dezelfde gebeurtenis, zoals later verteld. Verder selecteerde Kurosawa van de in totaal zeven perspectieven uit het verhaal, waaronder de geest van de dode, er maar vier én introduceerde hij een baby als deus ex machina.

Lievelingsboek
Dat wilde hij voor zijn volgende project anders doen. Dankzij het enorme succes in binnen- en buitenland mocht hij van studio Shochiku zo’n beetje alles maken wat-ie maar wilde en dat deed hij dus ook: een 266 minutieuze minuten durende verfilming van Dostojewski’s De idioot, een van zijn lievelingsboeken. Van de eerste tot en met de laatste bladzijde. Daar was de studio niet zo blij mee. Na één screening namen ze de film van Kurosawa af en sneden er 100 minuten uit, in een poging om er nog het beste van te maken. Dat werd niet veel. The Idiot (Hakuchi, 1951) verdween in de vergetelheid totdat hij vorig jaar door de Masters of Cinema-reeks op dvd werd uitgebracht. Wie de film nu kijkt – de 166 minuten durende versie welteverstaan, want hoeveel Kurosawa ook nog in latere jaren geprobeerd heeft om de weggesneden negatieven te vinden, ze blijven onvindbaar – die ziet een uiterst merkwaardige film.

Ongrijpbaar
Eerst iets over het boek. Elk personage in die ongrijpbare roman verandert welhaast constant van karakter en dat zegt wat in een boek van 790 bladzijden met vele, vele uitweidingen over de karaktertrekken van de hoofdpersonages; het vertellen met verklarende levensgeschiedenissen waar Dostojewski zo in excelleert. Nooit kan je als lezer denken: oh, maar zó’n persoon is Natasja Filipovna, want voor je het weet is ze weer iemand anders. Idioot inderdaad, door de katalyserende hoofdpersoon gaan ze zich allemaal idioot gedragen, in de zin van zijn beroemde epilepsieaanvallen die “hoewel hij ze zich kon herinneren, toch maar heel weinig op een bevredigde manier kon uitleggen, omdat hij zich van een heleboel dingen toen geen rekenschap had gegeven.”

Feeëriek
Dus: wat toe doen voor Kurosawa? Hoe dit in Zensnaam integraal te verfilmen? Hij verplaatste het verhaal naar het meest noordelijke eiland van Japan, Hakkaido, dat in klimaat het meest lijkt op Rusland – er ligt of valt altijd sneeuw in de film – en hij concentreerde zich op gezichten.

Vooral Setsuko Hara, een vaste actrice van Ozu, als de Japanse Natasja Filipovna, de vrouw die de waarheid en eerlijkheid in de idioot Kameda (Masayuki Mori) ontdekt en daardoor haar ondergang tegemoet gaat, is verbazingwekkend. In één scène kan ze binnen zes minuten minstens acht keer van innerlijke emotie veranderen in haar gezicht. Ook het tempo dat Kurosawa voor deze film nastreefde om al die afdalingen in de kerkers van de menselijke ziel te kunnen volgen, is goed voelbaar, zeker in het tweede gedeelte, dat het minst ongeschonden uit de geschiedenis is gekomen. Vaak lijken de personages in trance, staren ze naar onbekende plekken in de verte, of lopen ze feeëriek door de sneeuw, gedragen conversaties met elkaar voerend, over de peilloze draaikolken van de hartstocht.

Maar het zijn juist veel van die zinnen van Dostojewski die eruit gehaald zijn – ironisch genoeg vaak met rigoureuze wipes, een karakteristieke techniek voor Kurosawa – die in de film soms pijn aan de ogen doen. Zeker voor Kurosawa. Want tot het einde toe hield de maker van onder andere Ikiru en Roodbaard vol, dat dit zijn meest geliefde project was. Idioot.