Scent of a Woman

De klei waaruit leiders worden getrokken

Scent of a Woman

Een nieuwe president in de Verenigde Staten brengt andere normen ter beoordeling van kwaliteit met zich mee. Filmsterren staan te dringen om de progressieve politieke koers te ondersteunen. In tv-series wordt de corruptie in Washington aan de kaak gesteld. Scent of a Woman speelt nog net in Republikeinse tijden, maar uit de veelvuldige bekroning kan worden opgemaakt dat ook Hollywood hoge verwachtingen heeft van Bill Clintons rechtschapen Amerika.

In weerwil van het high school-systeem dat nog slechts George Bush-jes in de dop afleverde, schreef Bo Goldman, net zo gedreven als voor zijn script van One Flew Over the Cuckoo’s Nest (1975), een pleidooi voor integriteit, moed en karakter. Het scenario van Scent of a Woman schept een kader rond de zeventienjarige Charlie, die dankzij een beurs voor minder vermogende studenten een plaats heeft gekregen tussen de rijkeluiszoontjes op de dure kostschool Baird. Charlie belichaamt de spreekwoordelijke kans voor elke Amerikaan om hogerop te komen. Hij moet echter het weekeinde van Thanksgiving geld verdienen met house sitting, terwijl zijn klasgenoten gaan skiën.

Chris O’Donnell speelt de wat onzekere Charlie als een kleurloze adolescent die zich niet echt op zijn gemak voelt op Baird. Zijn persoonlijkheid wordt gedwongen tot een ontwikkeling wanneer hij als getuige van een studentengrap door de rector voor het blok wordt gezet: hij moet de daders verklikken, anders kan hij de aanbeveling voor studeren op Harvard wel vergeten. Na het weekend moet hij zijn standpunt bepalen op een hoorzitting in de aula.

Prettig weekendje
In de hierop volgende tussenakte krijgt de van huis en haard verstoken Charlie enkele wijze levenslessen van een andere outcast, een voormalig luitenantkolonel. Frank Slade is er trots op dat hij nog onder democraat Lyndon Johnson heeft gediend. Hij drinkt, scheldt, toont zich een gedesillusioneerd patriot als het gaat over gelijke kansen voor beursalen en sputtert bij het beledigen van het kruideniersvak van Charlie’s ouders. Deze cynicus neemt automatisch de verantwoordelijkheid op zich om er met zijn jonge recruut tijdens Thanksgiving tussenuit te knijpen voor een prettig weekendje in New York. De twee hebben elkaar nodig. Charlie moet tot een beslissing komen, Slade is blind.

De kijker wordt meegevoerd in de trefzekere opbouw van Slade’s college van het leven. Al Pacino zet de man die weinig vertrouwen meer heeft in het systeem, hard neer. Tegen het vulgaire aan waar het de seksuele onderdelen betreft bewijst hij, door even goed in het rond te ruiken, nog altijd vrouwen te kunnen versieren. Zijn intense blik en verbale zelfverzekerheid overtuigen nog steeds de twijfelaars. En hoewel hij Charlie geleidelijk aan als méér gaat beschouwen dan een domme begeleider, blijft hij hem confronteren met zijn ervaring dat de rijken ook altijd klikken en zich gedekt houden. De jongeman ziet de veteraan allengs als ziende; de oudere man realiseert zich door alle activiteiten juist des te sterker dat hij blind is.

Hoopvol einde
Als schrijver Goldman zich had beperkt tot de hieruit voortvloeiende vraag naar de zinvolle invulling van het verdere leven, was de interactie tussen de twee personages tot een sterke afronding gekomen. Dat gebeurt ook in Dino Risi’s film uit 1974, Profumo di donna (naar een boek van Giovanni Arpino), die de inspiratie heeft gevormd voor de Amerikaanse productie met dezelfde naam. Maar Goldman wil verder reiken dan de Italiaanse tragikomische conclusie dat het leven voor een agressieve blinde militair, vanwege zijn permanente afhankelijkheid van anderen, geen zin meer heeft.

Frank Slade kan getuigen van de drijfveren die de ene mens positief onderscheiden van de andere, en dit leidt tot een preek die je mijlenver van tevoren voelt aankomen. Hoe prettig het triomfantelijke gevoel ook is, de film wordt erdoor uit balans getrokken. ‘Dead Poets Society meets A Few Good Men’, zouden ze in The Player zeggen. Het hoopvolle einde is momenteel de realiteit die men wil zien. De regie van Martin Brest (Beverly Hills Cop, Midnight Run) stuwt het verhaal weinig subtiel in de richting van de thuismarkt, die de film waarschijnlijk niet met zo’n succes zou bekronen als Bush was herkozen.

In die zin is Scent of a Woman een teken des tijds. Als de film na de Golden Globes ook de Oscaruitreiking domineert – een acteur die een gehandicapte speelt wint in elk geval – zegt dat het meest over de hoop die eindelijk weer kan opbloeien bij bejaard Hollywood omdat de Amerikaanse maatschappij nieuwe Huckleberry Finns tegemoet kan zien.