Quality Time

Dolende dertigers

Quality Time van Daan Bakker is een zeldzaam origineel debuut over dolende dertigers.

Met zijn verrassende openingsbeelden zet Quality Time meteen de toon: gooi alle verwachtingen over plot en personages overboord en laat het onvoorspelbare toe. Dit tragikomische debuut opent met een witte stip op een rode achtergrond. Als deze met een vreemd robotstemmetje begint te praten, blijkt dat de witte stip ‘Koen’ moet voorstellen en ontrolt zich een tragedie in stipvorm. Koen haalt pijnlijke herinneringen op aan familiebijeenkomsten waarin hij als een soort circusact zoveel melk en ham moest eten dat hij er misselijk van werd. De abstracte, gekleurde bolletjes die hem daartoe dwingen, komen tot leven en worden personages in een vreemde, droevige show.

De mannen die we in de film ontmoeten, worstelen allemaal met een persoonlijke crisis die Daan Bakker in steeds andere vormen laat zien: van absurdistisch en vervreemdend tot realistisch. Zo gaat een treurige Noorse dertiger letterlijk terug in de tijd naar een traumatische ervaring in zijn jeugd om zodoende zijn zelfvertrouwen terug te krijgen. Want hoe kan hij van iemand houden als hij zichzelf haat?

Bakker gebruikt heerlijk ontwrichtende vormen, zoals in een hoofdstuk waarin ene Karel wordt ontvoerd door buitenaardse wezens om terug te keren als mutant, waarbij in staccato tempo zijn – en ons – leven tot de essentie wordt teruggebracht. Het laatste hoofdstuk is het meest realistische, en speelt zich af tijdens een familiebijeenkomst waar dertiger Jef voor het eerst zijn schoonouders ontmoet. Zijn krampachtige pogingen om indruk te maken met stoer timmerwerk leiden tot een onvermijdelijke melt-down. De kritische blikken van anderen en zijn eigen paranoia breken hem op. Of voelt Jef zich sowieso niet gemakkelijk in zijn rol als partner, met alle verwachtingen van dien?

In het uitstekende Quality Time staan de mannen in crisis haaks op de buitenwereld, zou je kunnen zeggen, en ze worden door Bakker op even dwarse wijze neergezet. Hij bleef trouw aan zijn oorspronkelijke ideeën en zijn eigenzinnige gevoel voor humor, dat hij niet liet verwateren of gladstrijken door scriptdokters of fondsen. De dolende dertigers uit zijn film willen zich ook niet aanpassen, maar dreigen daarbij wel zichzelf te verliezen. Misschien omdat ze nooit vaste grond onder de voeten hebben gekregen. Wie wel, kun je je afvragen, waarmee Quality Time net als de films van geestverwant Roy Andersson eigenlijk een hart onder de riem is voor alle dolende, onvolmaakte zielen.