Praten met De Nachtwacht
De wereld een schouwtoneel

Praten met De Nachtwacht
Rembrandt en zijn opdrachtgevers doen een boekje open over het ontstaan van De Nachtwacht in een film die je met nieuwe ogen naar een overbekend schilderij laat kijken.
Het is een, zo niet hét icoon van de Nederlandse schilderkunst, maar wat zie je als je ernaar kijkt? Praten met De Nachtwacht is niet de eerste film die dit doek onder de loep neemt; Peter Greenaway deed het zelfs twee keer, in een speelfilm (Nightwatching, 2007) en een documentaire (Rembrandt’s J’accuse!, 2008), waarin hij in de vorm van een soort kunsthistorische whodunit een lans breekt voor meer visuele geletterdheid.
Wat Praten met De Nachtwacht beoogt is zo mogelijk nog ambitieuzer: een schilderij tot leven wekken in film. Op papier lijkt dat een hachelijke zaak. Maar de gekozen aanpak zorgt ervoor dat er, in plaats van een droog college, inderdaad iets levendigs ontstaat.
In de film gaat journalist Coen Verbraak, alsof hij een speciale aflevering van zijn televisieprogramma Kijken in de ziel maakt, in gesprek met de schilder en enkele geportretteerden, van luitenant tot trommelslager. Voorafgaand aan een voorpremière op het Parool Film Fest afgelopen najaar vertelde Fieke Tissink, kunsthistoricus en een van de bedenkers van de film, in Het Parool hoe die gesprekken via improvisatie tot stand kwamen op basis van informatie die zij voor de acteurs op een rij zette.
Onder de regie van Theu Boermans levert dat heel natuurlijke gesprekken op, al wordt dat natuurlijke bij vlagen juist weer onnatuurlijk – sommige 17e-eeuwers zijn bij de 21e-eeuwse gesprekstoon wel erg op hun gemak. Soms wordt het inhoudelijk wat te didactisch, met name wanneer Verbraak met zijn vraagstelling de toenmalige ideeën over homoseksualiteit of de toelating van vrouwen in publieke functies probeert bloot te leggen.
Toch rijst uit de montage van die een-op-een interviews een aardig beeld op van het imago dat het monumentale schilderij hielp creëren, de realiteit die daarachter schuilgaat en de kunstenaar die er het zijne van denkt.
Ramsey Nasr heeft de eer om Rembrandt te vertolken, maar we kunnen ook zeggen dat Rembrandt de eer heeft om te worden vertolkt door Ramsey Nasr. Hij maakt van de meester een lichtelijk onaangepast genie, met een soort nurkse zelfverzekerdheid en een ongeforceerd overwicht. “Een moeilijke man”, aldus de conservatieve kapitein; “Niet heel erg communicatief”, volgens de kunstminnende vaandrig, en je gelooft ze onmiddellijk. De persoon van de schilder krijgt meer diepte doordat ook zijn vrouw Saskia van Uylenburgh aan de gesprekstafel aanschuift.
Omdat de film bijna volledig op dialogen rust is het een nogal toneelmatige productie, maar dat blijkt aan te sluiten bij het onderwerp. “Theater is de sleutel tot dit schilderstuk”, erkent Rembrandt tegenover Verbraak. Maar ook: “Je moet wéten dat je een spel speelt.” Kijk nog eens naar De Nachtwacht, en je ziet het.