Potiche

De oude Ozon is terug!

Het plezier spat van het scherm in François Ozons dik aangezette seventies-komedie potiche met Catherine Deneuve en Gerard Depardieu.

François Ozon is een man van twaalf ambachten maar niet van dertien ongelukken. Wanneer je als filmmaker jaarlijks van het ene naar het andere genre fietst dan zal het niemand verbazen dat er welweens wat mis gaat, maar dat valt in Ozons geval alleszins mee. Aan zijn talent werd de afgelopen jaren dan ook niet getwijfeld. Toch ontbrak vaak wel de magie die swimming pool in 2003 tot zo’n wonderlijke film had gemaakt. Daarin toverde Ozon een sensueel misdaaddrama voor dat speelde met verwachtingen en dat na de slotscène niet eens een misdaaddrama bleek te zijn. Of toch wel? Zelfs het geheugen was niet meer te vertrouwen. Had de kijker zichzelf bedrogen of had de regisseur dat gedaan? Zo subtiel is Ozon sindsdien niet meer geweest en misschien kunnen we nu wel stellen dat swimming pool ons op het verkeerde spoor zette.
Ozons kunst blijkt niet de kunst van het mysterie maar die van de verrassing. Hij speelt met verwachtingen door een genre te suggereren en buigt vervolgens de regels om. Niet alleen genreregels maar ook de sociale regels die rolpatronen en stereotypen dicteren. Soms doet hij dat iets te veel voor de bühne zodat het drama te dun wordt (5×2, ricky) maar hij doet het altijd met flair. Het is moeilijk geen bewondering te hebben voor een filmmaker die met een snelheid van minstens een productie per jaar zulke eigenzinnige films aflevert.
In de seventies-komedie en toneeladaptatie potiche is Ozon op z’n best. Met als decor een dubbele opstand van de werknemers en de echtgenote van een despotische directeur van een paraplufabriek creëert hij moeiteloos een vrolijke hommage aan zowel Jacques Demy’s parapluies de cherbourg als aan zijn inspirator André Téchiné. Ozon knipoogt naar Téchiné’s les temps qui changent, de laatste keer dat Deneuve en Depardieu samen in een film speelden, en met de slotscène vooral naar Truffauts Le dernier métro, de eerste keer dat de twee samen voor de camera stonden. Dat de tijden, verwijzend naar Téchiné’s titel, juist niet veranderen doordat we anno 2010 opnieuw lijken af te glijden naar traditionele machtsverhoudingen, dat geeft de film z’n venijn, ook al lijkt het Ozon daar niet speciaal om te doen. Dat die boodschap slechts als bijzaak van alle vrolijkheid verschijnt, is naast de geweldige atmosfeer de grote verdienste van de film. Die vrolijkheid spat van het scherm, vooral dankzij de fantastische cast. De decors, de kleuren en de kostuums zijn lekker over the top, het acteren is op de juiste momenten dik aangezet en de muziek maakt het helemaal af. Ozon jongleert met satire, drama, komedie en zelfs met kitsch en slapstick en weet het allemaal hoog te houden.

Ronald Rovers