Les plus belles années d’une vie

Terug naar een verloren liefde

Les plus belles années d’une vie

Ruim een halve eeuw na Un homme et une femme heeft Claude Lelouch met Les plus belles années d’une vie een vervolg gemaakt, opnieuw met Anouk Aimée en Jean Louis Trintignant. Probeer dan maar eens niet nostalgisch te worden.

Het is maar goed dat Claude Lelouch zich nooit iets heeft aangetrokken van critici, want anders had hij nu niet bijna vijftig films op zijn naam staan. Wie denkt dat filmcritici in onze tijd meedogenloos kunnen zijn, heeft nooit iets gelezen van Franse scherpslijpers in de jaren vijftig en zestig. ‘Claude Lelouch – herinner u deze naam, want u zult hem nooit meer horen’, schreef in 1960 een criticus van het (toen) invloedrijke Cahiers du Cinéma over Lelouch’ speelfilmdebuut Le propre de l’homme.

Tussen de nu 82-jarige Lelouch en Franse filmcritici heeft het nooit geboterd. Men vond hem een leeghoofd die bombastische façadefilms maakte. Daarbij speelt zeker een rol dat de in 1937 in Parijs geboren zoon van een Joodse snoepjesmaker nooit bij de Parijse ons-kent-ons-filmclubjes hoorde. Lelouch is een selfmade regisseur, die zich op eigen kracht een weg omhoog baande in de Franse filmwereld.

Misschien had die positie van buitenstaander met zijn afkomst te maken. Lelouch’ overgrootouders waren uit Palestina verdreven Joden die in Algerije terechtkwamen. Twee generaties later vestigde de familie zich in Parijs. Na de Tweede Wereldoorlog, waarin de familie Lelouch ternauwernood aan vervolging ontkwam, kreeg de achtjarige Claude een 8mm-camera van zijn vader. Het bleek geen tijdelijk speeltje, want op zijn dertiende won hij met een korte film een prijs op het Cannes Amateur Film Festival.

Un homme et une femme

Bolero
De bekroning in Cannes leek de opmaat voor een succesvolle carrière, maar zo makkelijk ging het niet. Na zijn speelfilmdebuut Le propre de l’homme (Lelouch was toen 23) werden ook zijn volgende vier films door critici neergesabeld en door het publiek genegeerd. Maar de aanhouder won. En hoe! Met zijn vijfde film Un homme et une femme viel in 1966 alles op zijn plek.

Anouk Aimée en Jean-Louis Trintignant, destijds beiden dertigers, spelen een weduwe en een weduwnaar tussen wie een voorzichtige liefde opbloeit. Zij werkt op filmsets als script supervisor, hij is een arrogante autocoureur. Hun fragiele relatie dreigt in de knop gebroken te worden door haar herinneringen aan haar man, een bij een explosie op een filmset omgekomen stuntman. “Maar hij is dood!”, zegt de autocoureur in bed tegen haar als het haar niet lukt om met hem te vrijen, waarop zij nee schudt. Het tedere en ontroerende Un homme et une femme is geen sentimenteel, maar een volwassen drama over het leven weer leren omhelzen na een tragische gebeurtenis. Het bleef niet onopgemerkt, want de film won de Gouden Palm in Cannes en de Oscar voor beste buitenlandse film.

Artistiek evenaarde Lelouch dit succes nooit meer, maar commercieel was Les uns et les autres in 1981 zijn grootste succes. Het ambitieuze, bijna drie uur durende drama volgt tussen 1936 en 1980 het leven van vier muzikale stellen en hun kinderen, uit Rusland, Amerika, Frankrijk en Duitsland. Wie de film ziet, krijgt nooit meer Ravels Bolero uit zijn hoofd, de muziek die te horen is bij de tien minuten durende wervelende balletopvoering onder de Eiffeltoren waarmee het drama eindigt.

Nostalgiereis
In 1986 maakte Lelouch met Anouk Aimée en Jean-Louis Trintignant met Un homme et une femme, 20 ans déjà een vervolg op zijn grote artistieke succes uit 1966. Het drama, waarin de weduwe en weduwnaar elkaar twintig jaar later weer ontmoeten, flopte meedogenloos en miste volgens critici de charme en ontroering van de oorspronkelijke film. In Nederland is de film nooit te zien geweest; hij is alleen in Frankrijk te koop op dvd.

Nu is er met Les plus belles années d’une vie een tweede vervolg. Ook weer met Aimée en Trintignant, nu beiden achter in de tachtigers. De plot negeert de vervolgfilm uit 1986 en keert terug naar Un homme et une femme uit 1966. De liefdesrelatie blijkt toen op de klippen te zijn gelopen, maar ruim vijftig jaar later ontmoeten de twee elkaar weer. Trintignants licht dementerende personage zit in een verpleeghuis, waar hij bezoek krijgt van zijn vroegere geliefde. Hij herkent haar aanvankelijk niet, maar als het tot hem doordringt dat ZIJ het is, leidt het tot bitterzoete mijmeringen over vroeger en tot spijt dat hij een halve eeuw eerder hun liefdesgeluk liet wegglippen.

Geen spectaculaire plot, maar dat hoeft ook niet, want het draait natuurlijk niet om de personages, maar om Aimée en Trintignant. Dat zij hoogbejaard zijn en vooral Trintignant een uiterst fragiele indruk maakt, wordt benadrukt door het gebruik van scènes uit de eerste film, waarin zij als vitale dertigers stralen. In Les plus belles années d’une vie wordt onvermijdelijk teruggeblikt (“Ik was nooit gelukkiger dan toen we samen waren”), maar het drama ontroert misschien vooral als een bitterzoete nostalgiereis met twee legendarische filmsterren naar de Franse filmgeschiedenis van een halve eeuw geleden.