My Foolish Heart

De laatste dagen van Chet Baker

Via het politieonderzoek na Chet Bakers vroegtijdige dood na een val uit een Amsterdams hotelraam duikt Rolf van Eijk in z’n bioscoopdebuut My Foolish Heart in de laatste levensdagen van de getroebleerde jazztrompettist.

“Het is maar een junkie.” De dienstdoende agent die het lijk op een Amsterdamse straat vindt, voelt weinig urgentie voor de zaak. Maar rechercheur Lucas (Gijs Naber) kijkt omhoog en ziet iemand wegduiken achter een open hotelkamerraam.

Die schimmige figuur is voor Lucas reden genoeg om te doen wat in het echt niet gebeurde: een grondig onderzoek naar de raadselachtige dood van jazzmuzikant Chet Baker. Nog altijd zijn de details van hoe de heroïneverslaafde jazzlegende in de nacht van 13 mei 1988 op dat Amsterdamse trottoir belandde schimmig. Viel hij of sprong hij? Was het een ongeluk of werd hij geduwd? Theorieën genoeg, maar geen ervan valt te bewijzen.

Dat is ook niet waar Rolf van Eijk in zijn eerste bioscoopfilm My Foolish Heart op uit is. Het moordmysterie is een kapstok voor een verhaal dat gaandeweg vooral een karakterstudie wordt. Niet alleen van Baker – fragiel en gevoelig op het podium maar een botte hork voor de mensen die van hem houden – maar ook van de rechercheur die zijn dood onderzoekt.

Baker was al sinds de jaren vijftig een grootheid in de jazzscene, maar ging ook al sinds zijn jeugd gebukt onder drugsverslavingen. Na een vechtpartij in 1966 waarbij zijn tanden uit zijn mond waren geslagen, had hij zijn complete speelwijze opnieuw moeten ontwikkelen. In My Foolish Heart zien we de Baker van de late jaren tachtig: als hij speelt is hij een grootheid, maar buiten het podium lijkt hij op zijn laatste benen te lopen.

Dat gemoed wordt perfect weerspiegeld in het verlopen Amsterdam van de late jaren tachtig, dat Van Eijk scherp neerzet in deze moderne film noir. Lucas begeeft zich in het kielzog van Baker naar de rokerige jazzcafés die de muzikant bezocht en de achterafsteegjes waar hij zijn drugs scoorde. Hij ontmoet Bakers laatste geliefde Sarah (Lynsey Beauchamp), dier vriend Simon (Raymond Thiry) die de muzikant maandenlang in huis nam, en de raadselachtige überfan Doctor Feelgood (Arjan Ederveen). Baker zelf wordt intens neergezet door de Ierse acteur en muzikant Steve Wall. Hij zingt live en weet de lijzige en nasale stem van de muzikant perfect te vangen. Hoe dieper Lucas zich onderdompelt in de laatste levensdagen van Baker, hoe meer hij ziet dat de demonen van de trompettist worden weerspiegeld in zijn eigen afbrokkelende relatie.