Master of Light
Een leven dat door lichtval kleur kreeg
Met Master of Light levert Rosa Ruth Boesten een meesterwerk af. In een betrokken én beeldschoon geënsceneerde stijl brengt zij een uitzonderlijk, persoonlijk verhaal samen met een kritische blik op de eurocentrische kunstwereld.
In een blauw verlichte, rokerige kamer wordt in close-up poeder versneden. Drugs? Nee. Het platte, zilverkleurige spateltje hint naar verfpoeder. Maar in een vorig leven was het coke geweest.
Kunstschilder George Anthony Morton ontwikkelde zijn schildertalent tijdens een gevangenisstraf voor drugshandel. Hij steekt een lucifer aan en brengt daarmee letterlijk warmte in de kleur van het filmbeeld. Het is een prachtige metafoor voor het tweeslachtige leven van Morton, dat door lichtval kleur kreeg.
Dat er iets van hem terecht zou komen, is voor iedereen een verrassing. De Nederlandse documentairemaker Rose Ruth Boesten voert je in het rijke Master of Light brokjes informatie, waaruit met elk stukje blijkt hóe klein die kans was. De Afro-Amerikaanse Morton groeit op als oudste zoon van een hosselaar, die op haar negentiende al moeder van vijf kinderen was. George kreeg ze op haar vijftiende en ze vernoemde hem naar een knappe jongen uit haar klas. Ook háár moeder dealde al; iedereen in deze familie heeft wel eens vastgezeten.
Morton zelf zat elf jaar en drie maanden en begon in de gevangenis zijn medegevangenen te schilderen. Na zijn vrijlating werd hij toegelaten op de prestigieuze, klassieke kunstacademie Florence in New York. Daar staan renaissancemeesters als Rembrandt, Velazquez en Titiaan centraal. Morton raakt geobsedeerd door de werkwijze van Rembrandt.
Master of Light, dat al prijzen won op diverse festivals, waaronder de debuutcompetitie op het Nederlands Film Festival, toont het leven van de inmiddels 36 jaar oude Morton. De film toont hem als een wonderkind dat zijn weg probeert te vinden in de elitaire, witte kunstwereld, terwijl hij nog met één been in het verleden staat. Hij schildert zijn familie in de hoop zijn jeugdtrauma’s te helen. Het licht en donker, dat zowel in Mortons schilderijen als in zijn leven te herkennen is, echoot in Boestens mise-en-scène. Ook in haar shots gebruikt ze scherp licht en duistere schaduwen. Ze kiest ervoor te focussen op een man die vastzit in het heden. In sessies met zijn psycholoog bespreekt Morton het schuldgevoel dat hij tegenover zijn familie voelt en de giftige relatie met zijn moeder. Die werkt zichzelf telkens in de nesten, en toch blijft hij haar te hulp schieten. Hij wil haar per se schilderen.
Gelukkig geeft Boesten ook ruim baan aan Mortons vakmanschap en visie op kunst. Hij geeft zijn eigen draai aan de stijl van Rembrandt. Zíjn modellen zijn mensen van kleur, die vaak onderaan de sociale ladder bungelen, in plaats van de rijke modellen die Rembrandt in opdracht portretteerde. Mortons wens om zijn familie en specifiek zijn moeder te schilderen is daarmee des te ontroerender. Via zijn schilderijen nemen zij letterlijk ruimte in, in de witte bolwerken die musea in Amerika en Europa zijn. Tegen zijn moeder zegt hij: “Je kunt daar straks naar binnen lopen en denken, ik mag hier zijn, want ik hang hier.”