LE FILS

Een onpeilbaar gezicht en rusteloos lichaam

  • Datum 19-11-2010
  • Auteur
  • Gerelateerde Films LE FILS
  • Regie
    Jean-Pierre & Luc Dardenne
    Te zien vanaf
    01-01-2002
    Land
    België/Frankrijk
  • Deel dit artikel

Olivier Gourmet als timmerman Olivier

Een timmerman, een jongen en een schokkerige camera. Meer hebben de gebroeders Dardenne niet nodig voor een intens, verwarrend drama over menselijke onzekerheid, zo blijkt uit hun vijfde speelfilm Le fils.

In de laatste drie films van de gebroeders Dardenne keren twee spelers steeds terug. De eerste is acteur Olivier Gourmet, die met zijn ronde kop, dikke brilglazen en sukkelige lijf maar een overall hoeft aan te trekken om te veranderen in een archetypische man-van-de-straat. In La promesse is hij een bouwvakker, in Rosetta een wafelbakker, en in Le fils een timmerman — compleet met rood potlood en blauwe duim — die in een grauwe Waalse stad randgroepjongeren zijn vak bijbrengt. Er is geen scène zonder Gourmet, de hele film draait om de mysterieuze verhouding van de man ten opzichte van zijn nieuwe leerling Francis.
De tweede speler is de camera. Wordt normaal gesproken de aanwezigheid van de camera verdoezeld met een transparante, soepele stijl, bij de Dardennes krijgt het apparaat door de schokkerige fotografie steeds meer persoonlijkheid. In La promesse bleef de camera soms op afstand van de handeling staan, en beperkte hij zich ook niet steeds tot één enkel personage. In Rosetta zat hij de zelfdestructieve Rosetta voortdurend op de hielen, als een gebrekkige beschermengel. Ook in Le fils gedraagt de camera zich als een zwaan-kleef-aan, zonder ooit door te dringen tot zijn object, timmerman Olivier.

Houtzaag
Het cameragebruik maakt van de film een intense ervaring vol vraagtekens. Wanneer Olivier het aanmeldingsdossier van de jongen leest wil je zien met welke blik hij naar de foto kijkt — verlangen, herkenning? En als hij achter een deur staat te gluren wil je weten om welke knaap het gaat. Of hij er mooi uitziet, of misdadig. Maar de camera verschuilt zich achter Oliviers schouder, of reikt daar net niet overheen. Alsof hij niet groot genoeg is, of te bang om te weten wie de jongen is en wat Olivier van hem wil.
Die vragen branden al door de titel — is de jongen soms een verloren zoon? — en blijven smeulen nadat bekend is geworden waaruit Oliviers obsessie bestaat. Immers, wat hij precies van Francis wil moet je nog steeds zelf bepalen. Waarom breekt Olivier bij de jongen in, terwijl deze niet thuis is, om vervolgens op het onopgemaakte bed te gaan liggen? Wat bezielt hem wanneer hij Francis meeneemt naar het bos, met touw en plastic zeil in de achterbak? Wat je ziet is wat je krijgt: Olivier die zichzelf in de spiegel bekijkt, Francis’ uitgestoken hand die door Olivier geweigerd wordt, de geringe afstand tussen de twee wanneer ze bij de houtzaag staan, hun benen die elkaar raken als ze in de auto zitten.
Maar hoe spannend en dubbelzinnig ook, Le fils is geen thriller en geen Dood in Wallonië. Het is een film over de manier waarop we onze innerlijke demonen het hoofd bieden. Over de onzekerheid die het zetten van zware, belangrijke stappen met zich meebrengt, omdat je de consequenties niet kunt overzien. De camera personifieert deze onzekerheid door achter de feiten aan te filmen, maar Gourmets nerveuze vertolking blijft het kloppend hart van het geheel. Zijn onpeilbare gezicht en rusteloze lichaam, die bedrieglijk neutrale toon van spreken — tot aan de onhutsende finale kan het met deze gewone man alle kanten op.

Kevin Toma