Kuessipan

Een verdwijnend volk

Kuessipan

In het coming-of-age-drama Kuessipan wordt de vriendschap tussen twee jonge vrouwen van de Innu uit het oosten van de Canadese provincie Quebec op de proef gesteld door de verlokkingen van de buitenwereld en het verdwijnen van de gemeenschapszin.

Twee giechelende meisjes met zaklampen op hun hoofd struinen na zonsondergang door de branding, tussen een school visjes die is aangespoeld. Hier wordt een vriendschap voor het leven gesmeed, lijkt filmmaker Myriam Verreault de kijker te willen influisteren. Het duo behoort tot de Innu-gemeenschap in het oosten van Canada. Hun voorouders leefden als jager-verzamelaars in tenten aan de oneindige kustlijn. Maar tegenwoordig leven de Innu in een reservaat dat grenst aan de witte buitenwereld. Jagen op elanden en kariboes is verworden tot een recreatieve hobby die uitgeoefend moet worden zodat de culturele erfenis van de Innu niet verloren gaat.

De botsing tussen het oude en het nieuwe leven heeft al decennia z’n weerslag op de Innu. Zo is alcoholisme een nijpend probleem, toont Verreault na de openingsscène, wanneer het ene meisje het andere meisje helpt het laveloze lichaam van haar moeder naar haar bed te slepen. Zo’n tien jaar later zijn Mikuan (Sharon Ishpatao Fontaine) en Shaniss (Yamie Grégoir) nog steeds hartsvriendinnen. Mikuan is schoolgaand en ambitieus en overweegt een carrière als schrijver; Shaniss is met school gestopt en heeft een dochtertje met een driftkikker die zijn handen niet thuis kan houden. Voor Mikuan lonkt de grote stad; Shaniss zit al gevangen in het gezinsleven.

Verreault voert de twee personages op als metaforen voor het dilemma waarin de Innu zich bevinden. Voor Mikuan “is het reservaat te klein geworden”. Niet letterlijk, maar voor haar verlangens. Het is niet gek dat ze een relatie krijgt met een witte jongen. Ze kijkt verder dan de grenzen van het reservaat, en bovendien: “Vroeger waren er geen grenzen.” Shaniss valt evenwel terug op haar familie, op de gemeenschap. Die gemeenschapszin illustreert Verreault een paar keer in een shot waarin een oudere dame een insulineprik krijgt van een van de jongeren. Met als onderliggende boodschap: als iedereen zoals Mikuan is dan wordt zij aan haar lot overgelaten.

Maar de boodschap is ook: soms moet je voor jezelf kiezen. En die twee boodschappen liggen er dik bovenop in de film. De plichtmatige tragedie aan het einde van de tweede akte voelt daarnaast als voorspelbaar en cliché. Sowieso rijst al snel de vraag: wat voor doel heeft Verreault met deze film? Onder meer omdat de verdwijnende cultuur van de Innu bijna uitsluitend wordt gevat in clichés zoals het uitbenen van een eland in de woonkamer – een tafereel dat in legio films over dit onderwerp de revue passeert. Eigenlijk heb je na het zien van de film nog maar een summier idee van wat de Innu drijft. Een gemiste kans.