Journeyman

Na de klap

De rauwe intensiteit van zijn debuut Tyrannosaur weet Paddy Considine niet te evenaren in Journeyman, over een bokser die hevig hersenletsel oploopt. Maar bij vlagen weet de regisseur/scenarist/hoofdrolspeler alsnog de emoties te raken.

“Who him is?” vraagt bokser Matty Burton, wijzend op zijn nog geen jaar oude dochter Mia. Of beter gezegd: ex-bokser. Matty is weliswaar de regerend wereldkampioen in het middengewicht, maar in zijn laatste wedstrijd, waarin hij succesvol zijn titel verdedigde, leverde een finale klap hem sterk hersenletsel op. Zo moet Matty opnieuw beginnen. Opnieuw leren staan, lopen, vastpakken. Maar vooral ook: opnieuw leren zijn. Want de man die hij was vóór die klap, die bestaat niet meer, merkt ook Matty’s vrouw Emma (Jodie Whittaker) al snel.

In de openingsscène van zijn tweede film als regisseur en scenarist toont Paddy Considine (die zelf ook de hoofdrol speelt) home-videobeelden van een feestje bij Matty en Emma thuis. Later, na Matty’s instorting, keren die beelden terug met een heel nieuwe betekenis. Wanneer Matty en Emma ernaar kijken, zijn ze tegelijkertijd een wrang relikwie van het leven dat voorgoed voorbij is, en een levenslijn naar de herinneringen die Matty opnieuw moet zien op te graven.

In de persmap legt Considine uit hoe Matty’s verhaal deels een metafoor is voor zijn eigen levenservaring: “Een groot deel van mijn dertigersjaren ben ik verdwenen. Ik had allerlei sociale problemen, en er werd Asperger bij me gediagnosticeerd. Op een gegeven moment moest ik mezelf onder ogen komen.” Die worsteling verwerkte hij deels ook al in zijn internationaal geprezen regiedebuut Tyrannosaur (2012). In vergelijking met dat rauwe psychologische portret van een zelfdestructieve weduwnaar is Journeyman helaas een stuk fletser. De subtiliteit van die eerdere film heeft plaatsgemaakt voor een grotere dosis pathos, en Considine zet harder in op hartverwarmend sentiment. Soms werkt dat, maar net iets te vaak voelt het manipulatief.

Het sterkst is Journeyman in de intieme momenten tussen Matty en Emma in hun spartaans ingerichte luxewoning, waarin Considine en Whittaker fantastisch klein kunnen spelen. Maar als Whittakers personage halverwege de film naar de achtergrond verschuift, en de nadruk komt te liggen op Matty’s verzoening met zijn oude bokskameraden, verliest de film zijn urgentie.