Jeunes mères

Als zand in je eigen machine

Jeunes mères. Foto: Christine Plenus

Wat een fantastisch mozaïek van moederschap is Jeunes mères, de nieuwe film van Jean-Pierre en Luc Dardenne.

“Ik voel me als zand”, zegt Perla. “Zand dat drinkt. Net als mijn moeder. Ik voel dat ze in me zit.” Hoe je een moeder wordt, hoe je – als dat nodig is – je oude moeder van je afschudt en een nieuwe moeder wordt, is de vraag waar Jean-Pierre en Luc Dardenne zich door lieten leiden in Jeunes mères.

In hun films van de laatste jaren mocht de magische vonk dan misschien ontbreken, die vonk waarmee ze al twee Gouden Palmen wonnen, maar in Jeunes mères wordt vrijwel elke scène erdoor verlicht. Het is bijna ongelofelijk hoe Jean-Pierre en Luc Dardenne je ruim honderd minuten aan het scherm gekluisterd houden, met een verhaal waarvan je op papier misschien instinctief even terugschrikt.

Want in films is een verhaal over jonge moeders zo vaak een verhaal over zwaarte en tegenslag, over levens die te jong, te snel worden vastgenageld, over onbevredigde verlangens en een mentale rust die ouders nodig hebben, maar die vaak pas met de jaren komt. Jeunes mères is een verhaal over al die dingen maar het is ook, en dat is een van de redenen dat de film zo sterk is, een verhaal over hoop en compassie, over liefde en geduld en over luisteren.

De film volgt zes jonge vrouwen – soms nog maar meiden – in wat je een opvanghuis of een doorstroomhuis voor jonge moeders zou kunnen noemen. Vaak begrijp je hun achtergrond zonder dat dat verhaal hardop verteld wordt. Alleen dat al geeft aan hoe goed de film is. Maar de grote kracht schuilt in de afzonderlijke scènes. Op een heel elementair niveau zit het in het moment waarop de makers in een scène ‘vallen’, midden in de actie zogezegd. Daar schuilt iets meesterlijks in, en geloof me, die kwalificatie probeer ik in de regel te vermijden.

Maar het heeft ook met andere keuzes te maken. Voorspelbaar drama wordt vermeden. Op een moment dat Perla er helemaal doorheen zit en haar baby niet meer wil voeden en vervolgens een maand lang nog maar twee keer per week mag zien, zou een mindere maker dat drama exploiteren. De Dardennes snijden direct naar een scène waarin Perla weer bij haar baby arriveert, en de nieuwe situatie blijkbaar geaccepteerd heeft.

Ook sterk: in elke interactie met de vrouwen die het opvanghuis runnen, klinkt ervaring en geduld door. Ze weten het, ze hebben het allemaal al gezien: de terugval in drugsgebruik, de vaders die het laten afweten, de wanhoop. Maar ze gaan door. Niet iedere jonge moeder zal een volwassen moeder worden, maar ze geven iedereen een kans. Niemand oordeelt.