Jeannette

Jeanne d'Arc, moeder des vaderlands, de musical

Jeannette is een frivole en onbevangen musical over de jongere jaren van Jeanne d’Arc, met headbangende nonnen en uit volle borst zingende heiligen.

Het is 1425 en de Honderdjarige Oorlog is in volle gang. Vlakbij het Lotharingse dorp Domrémy (in werkelijkheid Noord-Frankrijk, het vaste werkterrein van filmmaker Bruno Dumont) zijn nietsvermoedende schapen aan de rand van een beekje getuige van de zangkunsten van een in een blauw gewaad gehulde, engelachtige verschijning: Jeannette. Het achtjarige kind zal later uitgroeien tot Jeanne d’Arc: de Maagd van Orléans en voor veel katholieke Fransen de moeder des vaderlands. In de openingsscène zingt ze uit volle borst over haar goddelijke passie, terwijl ze plechtig naar de dampkring staart. Haar welbekende diepe religiositeit en pure devotie beginnen zich hier al af te tekenen.

Bruno Dumont bewerkte voor zijn nieuwste film een theaterstuk van Charles Péguy over de jongere jaren van de heilige in spé. We zien Jeannette gedurende twee levensfasen: als kind en als puber. Met haar hartsvriendin Hauviette en non Madame Gervais (gespeeld door een tweeling) deelt ze haar bespiegelingen tijdens de vele dansnummers: zal ze zich aansluiten bij de strijd tegen de Engelsen? De wonderlijke, schilderachtige verschijning van Sint Michaël, vergezeld door heiligen Margaretha en Catherina (diezelfde tweeling), markeert op de helft van de film een omwenteling: Jeannette’s lot als martelares is bezegeld. Thuis treft ze — nu enkele jaren ouder en wijzer — de voorbereidingen voor haar reis die uiteindelijk zou eindigen op de brandstapel in Rouen.

De finale levensjaren van Jeanne d’Arc als heldin komen in Jeannette echter niet aan bod, waardoor de film — een musical zonder kitsch — bijzonder frivool en onbevangen aanvoelt. Dat laatste is tevens de verdienste van een cast die volledig uit amateurs bestaat. Choreograaf Philippe Decoufflé bedacht danspassen voor de acteurs — die aandoenlijk acteren — en muzikant Igorrr componeerde een eclectische, eigentijdse soundtrack bij de liederen, met metal-, house- en hiphopinvloeden. In Jeannette wordt dan ook naar hartenlust geheadbangd en gedabd. Het frivole karakter van de film staat in die zin haaks op het zwaarmoedige, maar ook schitterende The Passion of Joan of Arc (1928) van Carl Dreyer, over het schijnproces tegen Jeanne d’Arc.