In de armen van Morpheus

Bepaalt slaap wie wij zijn?

Een flink deel van ons leven speelt zich af in een toestand waarop onze analytische geest nauwelijks vat op heeft: slaap. De fascinerende ervaringen van mensen met slaapstoornissen vormen het uitgangspunt voor een esthetische verkenning.

Alleen in de begin- en eindcredits krijgen de geportretteerden een naam. Details van het leven dat ze bij daglicht leiden, sijpelen pas gaandeweg door in de film. Het zijn hun (in)somnische avonturen en hun reflecties daarop die het uitgangspunt vormen van In de armen van Morpheus. Bij iemand die dusdanig last heeft van het ‘rustelozebenensyndroom’ dat hij hooguit een paar uur per nacht de slaap kan vatten, levert dat beelden op van nachtelijke fietstochten aan de buitenranden van Amsterdam; een andere slapeloze wordt gevolgd terwijl ze zich in het Brusselse nachtleven begeeft.

“Alleen in onze slaap kunnen we ontsnappen aan onszelf”, merkt zij op; tegelijkertijd zijn we in onze dromen opgesloten in een ‘zelf’ dat verstoken is van controle en de mogelijkheid tot communicatie. Voor een vrouw die lijdt aan slaapverlamming leidt dat tot angstaanjagende ervaringen, verbeeld in een Alice in Wonderland-achtige scène. In de slotcredits blijkt het te gaan om fotograaf Claire Oei, die in haar eigen werk op een vergelijkbare manier fictie en realiteit in elkaar laat overvloeien.

Levenswandel en creativiteit van de protagonisten inspireren vaker de manier waarop filmmaker Marc Schmidt hun slaapervaringen in beeld brengt. Muziekkenners zullen in de man met exploding head syndrome, die met allerlei noise-effecten de ontploffingsgeluiden in zijn hoofd probeert na te maken, The Ex-voorman Arnold de Boer herkennen. De Brusselse nachtbraker blijkt dichter Astrid Haerens te zijn.

Een jonge vrouw vraagt zich af welk effect het op haar leven zou hebben als de nare dromen die ze al van kinds af aan heeft, zouden verdwijnen. Daarmee zet ze de toon van de film: In de armen van Morpheus draait om de vraag in hoeverre onze slaap bepaalt wie wij zijn.

In dat kader intrigeren met name de ervaringen van een jonge vrouw die op elk willekeurig moment van de dag in slaap kan vallen. De narcolepsie staat een normaal functioneren danig in de weg, maar de notities en tekeningen die ze van haar dromen maakt, getuigen van het rijke geestesleven dat die toestand oplevert. Beelden waarin zij zich in schitterend desolate IJslandse landschappen te ruste legt, wekken een haast onweerstaanbare drang om je zelf ook aan de slaap over te geven. Ze krijgt een medicijn voorgeschreven waardoor ze voor het eerst sinds lange tijd uitgeslapen en dus ook echt wakker is. Maar betekent dat ook dat ze meer is wie ze is? Of juist minder?

Schmidt benadert zijn onderwerp met de open geest die ook zijn eerdere films De regels van Matthijs (2012) en Bewakers (2018) kenmerkte en blijft godzijdank weg bij het huidige discours over het belang van een gezonde slaap. Met stimulerende observaties en hypnotiserende beelden verkent hij een intiem gebied dat net zo vertrouwd als onontgonnen is.