Hytti nro. 6

Tegenpolen op een trein

Hytti Nro. 6

De Finse student Laura stapt in de perestrojka-jaren op de trein van Moskou naar Moermansk en zit in haar slaapcompartiment opgescheept met boertige zuiplap Ljoha.

Ruim twaalfhonderd kilometer met de trein heeft de Finse student Laura (Seidi Haarla) voor de boeg, van Moskou naar Moermansk. Kilometers waarin ze alle ruimte heeft om haar relatie met Irina (Dinara Drukarova) te heroverwegen. Irina, de wat oudere professor die niet alleen haar geliefde is maar ook haar huisbaas. Irina, die eigenlijk met haar mee zou gaan op deze meerdaagse treinreis om samen verafgelegen grotschilderingen te bekijken, maar op het laatste moment afzegde. Irina, die nu de telefoon niet opneemt als Laura haar uit een telefooncel onderweg probeert te bereiken.

Laura zit dus alleen in deze trein. Wanneer ze zo’n beetje eenderde van de reis heeft afgelegd, komt ze langzaam tot de conclusie dat hun relatie wat Irina betreft al veel langer voorbij was. Intussen zit ze opgescheept met Ljoha (Joeri Borisov), de boertige jongen met wie ze door het lot is samengebracht in slaapcoupé nummer 6 van deze lange-afstandstrein (dat is dus die hytti uit de titel). Het is bepaald geen vriendschap op het eerste gezicht. Waar Laura reist uit nieuwsgierigheid, zit Ljoha in deze trein uit noodzaak, onderweg naar werk in de mijnen, en hij brengt de reis liefst zo laveloos mogelijk door.

Kwestie van tijd tot deze tegenpolen elkaar beginnen aan te trekken, natuurlijk. Regisseur Juho Kuosmanen (The Happiest Day in the Life of Olli Mäki, 2016) neemt daar gelukkig ruim de tijd voor in zijn kalme verfilming van de gelijknamige roman van Rosa Liksom uit 2011 (in het Nederlands gepubliceerd als Coupé no. 6). Dat geduld leverde hem op het filmfestival van Cannes in 2021 de Grand Prix op, de tweede plaats in de hoofdcompetitie (hij deelde de prijs met Asghar Farhadi’s A Hero).

Waar Liksoms boek draaide om een reis op de Transsiberië Express in de nadagen van het Sovjet-regime, verplaatst Kuosmanen de handeling naar de perestrojka-jaren kort na de val van de Muur en reist de trein hier noordwaarts de kou in. Het geeft zijn bescheiden drama een grotere politieke achtergrond. Zonder dat hij de menselijkheid van hun scherp neergezette personages uit het oog verliest, maakt Kuosmanen van Laura, Ljoha en Irina ook een beetje symbolen: Laura het vrije Westen dat nieuwsgierig achter de muur snuffelt, Irina de oude elite die haar zogenaamd met open armen ontvangt maar in feite uitbuit, en Ljoha het Russische volk dat de kat uit de boom kijkt.

Het is een welkome herinnering aan die tijd van toenadering, nu de geopolitieke winden inmiddels weer hard de andere kant op waaien.