HAAR NAAM WAS SARAH
Frans oorlogsverleden
De boekverfilming haar naam was sarah bewijst dat het taboe op het Franse oorlogsverleden geslecht is.
Misschien zit hij in de kelder, roept een Parisienne behulpzaam als de Franse politie haar joodse buren komt ophalen, maar hun zoontje niet kan vinden. Als ze met andere joden worden afgevoerd, schreeuwt iemand ‘eigen schuld, dikke bult’. Op 16 en 17 juli 1942 arresteerde de Franse politie zonder Duitse hulp in Parijs bijna dertienduizend joden. Vijfduizend werden naar doorgangskampen gebracht en zevenduizend naar het overdekte wielerstadion Vélodrome d’Hiver, in de buurt van de Eiffeltoren. Vijf dagen zaten zij in erbarmelijke omstandigheden opgesloten in het bloedhete stadion. Alleen het Rode Kruis zorgde voor wat water en voedsel. Wie probeerde te vluchten werd doodgeschoten. Naar schatting honderd mensen pleegden zelfmoord. Na vijf dagen werden de gevangenen afgevoerd naar concentratiekampen.
Na de oorlog bleef het lange tijd oorverdovend stil rond deze schanddaad, maar in 1995 bood president Jacques Chirac de joodse gemeenschap excuses aan voor de enthousiaste medewerking van de Franse overheid aan de razzia. En nu zijn er binnen een jaar twee Franse speelfilms over deze gruwelijke collaboratie, wat bewijst dat het taboe definitief geslecht is. Het recente la raffle. was een conventioneel Holocaust-melodrama, maar de verfilming van Tatiana de Rosnays roman elle s’appelait sarah is ambitieuzer
Complex
haar naam was sarah voert de met een Fransman getrouwde Amerikaanse journaliste Julia op die in Parijs voor een tijdschrift werkt. Tijdens haar research voor een artikel over de grote Parijse razzia ontdekt Julia dat haar schoonfamilie sinds de oorlog in een appartement woont waaruit een joods gezin werd gedeporteerd. Hoe is haar schoonfamilie er aan gekomen? Hebben ze iets te verbergen? Ze wil de waarheid weten. Ook begint ze een speurtocht naar het gedeporteerde gezin, waarvan dochter Sarah de oorlog heeft overleefd. Wat is er met haar gebeurd? Waar woont ze? Flashbacks tonen Sarah’s leven in de oorlog, waarin naast alle ellende één gruwelijke gebeurtenis haar verdere leven heeft bepaald. De oorlogsbeelden zijn aangrijpend en geven en passant een complex beeld van collaboratie en verzet: niet elke politieagent was een jodenhater en wie joden hielp, deed dat soms met flinke tegenzin. De in het heden spelende scènes over de journaliste op zoek naar de waarheid over Sarah missen — begrijpelijk — de intensiteit en emotionele kracht van de flashbacks. De journaliste is een vehikel om historische informatie over te dragen en ons aan het denken te zetten. Hoe zouden wij hebben gehandeld? Dat is een zinvolle invalshoek, die de kijker bewust maakt dat het achteraf makkelijk oordelen is over collaboratie en verzet. Maar de speurtocht van de journaliste roept ook vragen op. Waarom is zij zo geobsedeerd door Sarah? Moet de zoektocht zin geven aan haar bestaan? Wat geeft haar het recht om Sarah’s familie binnen te dringen? En wat te denken van haar gebaar aan het einde van de film? Schuilt in die symbolische daad een erkenning of een trivialisering van het joodse oorlogsleed?
Jos van der Burg