Essential Killing

Essential Cinema

Eindelijk is nu Jerzy Skolimowski’s Essential Killing in Nederland te zien: radicale cinema over een anonieme Afghaanse jihadi (Vincent Gallo) op de vlucht in een Pools niemandsland.

Alleen al het begin. Fenomenaal!

Even lijkt Essential Killing op een gewone oorlogsfilm. Mannen in een helikopter. Soldaten in uniform en gevangenen in een oranje pak met een kap over hun hoofd. Dezelfde oranje overalls die we al zo vaak hebben gezien in gevangenisfilms en aan de lichamen van de gevangen in Guantánamo Bay, de Amerikaanse legerbasis op Cuba, waar voornamelijk krijgsgevangen uit Afghanistan en Irak worden vastgehouden. Uniformen en overalls. Ze zijn even anoniem. We krijgen hun gezichten niet te zien. De enen zijn de enen. Geboeid. De anderen zijn de anderen. Ze maken de dienst uit. Zo gaat dat in het leven.

Dan. Een ongeluk. Een man ziet de kans om te ontsnappen. Het is nacht. Koud. Sneeuw. In dit landschap van desoriëntatie grijpt hij zijn kans.

Dat zouden wij ook doen.

De Poolse acteur, schrijver en filmmaker Jerzy Skolimowksi (van wie de afgelopen zomer nog het herontdekte Deep End uit 1970 in Nederland is uitgebracht) maakte zeventien jaar geen films tot hij in 2008 vriend en vijand verraste met Four Nights with Anna. Een retrospectief als Filmmaker in Focus op het Filmfestival Rotterdam volgde. Een jaar na zijn wedergeboorte in Cannes liep hij tijdens de première van Francis Ford Coppola’s Tetro hoofdrolspeler Vincent Gallo tegen het lijf in wie hij direct de ideale acteur voor zijn nieuwe film zag: ongrijpbaar, animistisch. De naamloze jihadi uit Essential Killing is immers een wild dier: roofdier en prooi ineen. Een hele film lang zal hij op de vlucht zijn en alles doen om te overleven.

Waarom? Niemand weet waarom. Is het instinct? Is het rechtvaardig? Skolimowski gunt ons geen enkel aanknopingspunt. Integendeel. Hij verstoort de gebruikelijke identificatie.

Gevangenispak = slecht. Ontsnapt = held. Baard (en we herkennen zijn gezicht immers uit het openingsshot met tulband) = Arabier. Arabier = terrorist = 9/11. Blote voeten in de sneeuw = zielig. Loopt met handen omhoog = heeft geen kwaad in de zin. Maar dan. En dan toch. Doodt man = slecht. Of?

Er is geen moraal of moralisme, geen identificatie, geen psychologie of plot. Er is alleen nog projectie.

Een hele film lang zul je oog in oog staan met je ergste vijand.

Huid
Essential Killing is essentiële cinema: basic en radicaal. Radicaal visueel. De enige houvast die we hebben is die man in de sneeuw in dat claustrofobisch grote landschap. Radicaal fysiek. De enige met wie we 90 minuten lang zitten opgescheept is die man in dat steeds vuiler wit wordende pak (bij elke tegenstander die hij doodt trekt Gallo diens kleren aan, alsof hij in zijn huid kruipt; maar het is niet alleen een uiterlijke transformatie: na elke dood lijkt hij ook iets van zijn eigen menselijkheid te verliezen). Hij kruipt tegen de hellingen in het wit besneeuwde bos op, alsof hij letterlijk het witte doek opklautert, dat daarmee ook een te veroveren territorium wordt.

Skolimowski wil Essential Killing geen politieke film noemen, in de zin dat hij niet gaat over de illegale militaire landingsbaan die zich in het bos vlak bij zijn huis bevindt. Dat hij niet gaat over de vluchten die de CIA daarop uitvoert. Maar aan de andere kant is Essential Killing net zo politiek als L’intrus (2004) van Claire Denis, met wie hij veel gevoelsmatige overeenkomsten heeft, omdat beide films gaan over oerwoelingen, over macht en geweld en over de vraag welke macht we over het leven hebben. En in beide gevallen met een uitgestrekt sneeuwlandschap als arena waardoorheen de hoofdpersoon met de laatste kracht in zijn benen een tocht aflegt.

Tot waar het kale beeld de metafoor is geworden voor waar de metafoor tekortschiet.

Tot je ogen gaan tranen van het naar de horizon staren.