El olvido

Alleen film zal herinneren

Veertien jaar na Metaal en melancholie keerde Heddy Honigmann met El olvido terug naar Lima voor ‘de vergetenen’.

Heddy Honigmann verstaat de kunst om vergezichten te openen door schijnbaar achteloos van dichtbij te filmen. Beetje praten met mensen, beetje kijken wat ze in hun handen hebben, iemand lacht een keer, huilt een keer, schudt zijn hoofd. ‘Schijnbaar achteloos’ is het, want we zien niet wat ze allemaal weglaat en hoeveel moeite het kost om die verhalen te vinden.

Honigmann keerde voor El olvido terug naar haar geboorteland Peru, naar Lima, waar ze veertien jaar eerder ook al filmde voor Metaal en melancholie. Toen niet op de straat, maar vanaf de achterbank van taxi’s. Nu weet ze verhalen naar boven te halen die veel zeggen over hoe het er de voorbije decennia aan toe ging in Peru, via gesprekken met een barman die in de buurt van het presidentiële paleis werkt en een man die presidentiële sjerpen maakt. Zo is er het verhaal over de nieuwe minister van Economische Zaken die de barman vroeg voor 2,5 sol alle kranten in de buurt te gaan kopen, terwijl één krant al 2 sol kostte. Geen idee van de waarde van het geld. En dat moest het land redden. Of Honigmann praat met kinderen die geld verdienen door acrobatische kunstjes uit te halen tussen de auto’s voor het stoplicht. Hun radslagen verbeelden de cirkelgang van de geschiedenis. Maar niemand ziet dat, want het is te dichtbij. Daar hebben we het oog van Honigmann voor nodig.

Is dat ‘oog’ een truc, een automatisme van Honigmann, zoals sommige critici wel eens suggereren? Daar hebben we het mantra van de constante vernieuwing. Is constante vernieuwing nodig? Nee. Bij fictie ligt dat anders. Fictie verveelt eerder. Als je toch iets bedenkt, bedenk dan iets nieuws. Maar als in Lima de werkelijkheid niet is veranderd – sterker nog, de impopulaire president Alan Garcia die er zat toen Honigmann in 1994 filmde, zit er sinds 2006 wéér – dan is het goed om juist dát te laten zien.

En er is weinig veranderd in Peru. Nou ja, wel iets. Door een omkoopschandaal diende een paar weken terug het voltallige kabinet zijn ontslag in bij Garcia. Waarna de president Yehude Simon benoemde, een man die tien jaar geleden nog vastzat vanwege banden met de guerrilla’s. Het kan verkeren. Maar ja, het volk wil sociale politiek, en dus levert Garcia sociale politiek. Dat is toch ook wat in El olvido doorschijnt: ergens speelt de – wellicht murwgeslagen – wil van het volk een rol in de gebeurtenissen.

Niet al haar werk gaat erover, maar herinneringen zijn Honigmanns primaire materiaal, het wisselgeld van de geschiedenis. Zoals in haar documentaires Forever, over de Parijse begraafplaats Père-Lachaise, en Crazy, over de muziek die Nederlandse militairen luisterden tijdens hun verblijf in conflictzones, en zoals in haar speelfilm Hersenschimmen, naar Bernlefs roman over dementie. Herinneringen waarvan de verhalen altijd veel verder reiken dan ze feitelijk zeggen. Dat is Honigmanns kunst, dat ze het gedaan krijgt dat mensen dat waardevolle wisselgeld graag aan haar geven.