De belofte van Pisa
Marokkaans wonderkind op kakkineus muzieklyceum
Het IJ is de fotogenieke grens tussen kansrijken en kansarmen in de gelikte boekverfilming De belofte van Pisa.
Met zijn uit eigen ervaring gegrepen roman De belofte van Pisa denderde Mano Bouzamour in 2017 de Nederlandse literaire wereld binnen. De 21-jarige schrijver leverde het bestverkochte debuut van dat jaar af. Met de combinatie van sappige straattaal, vlotte actie en stomende seksscènes nestelde De belofte zich bovendien hoog in de literatuurlijsten van middelbare scholieren, geflankeerd door Giphart, Kluun en Zwagerman.
Examenkandidaten die denken dat ze nu de film wel kunnen gaan kijken in plaats van het boek te lezen worden meermalen op het verkeerde been gezet. Overigens met de zegen van Bouzamour, die naar verluidt niet van de set was weg te slaan. Fijne instinkvragen bij het mondeling: welk instrument speelt Sam? (Piano in het boek, trompet in de film) En waar woont zijn traditioneel Marokkaanse familie? (Op papier in de Diamantbuurt, Amsterdam-Noord op het witte doek).
Het verhaal over een Marokkaanse Nederlander die zijn criminele – en al snel ook gedetineerde – broer belooft dat hij als eerste in zijn familie een VWO-diploma zal halen, krijgt in de film een Good Will Hunting-achtige allure, door hoofdpersoon Samir neer te zetten als een muzikaal wonderkind dat wordt aangenomen op een kakkineus muzieklyceum. Ten opzichte van de roman maakt de film enkele ingrepen die zijn gericht op het aanscherpen van tegenstellingen: tussen islamitische traditie versus het liberale Mokum, tussen de achterstanden in Noord tegenover de rijkdom van Sams klasgenoten in Zuid.
Geslaagd is vooral het verplaatsen van Sams woonbuurt naar Noord. Het IJ wordt zo een fysieke – en ook behoorlijk fotogenieke – barrière tussen het milieu dat de jongen achter zich laat en de nieuwe wereld waar hij zijn plaats probeert te vinden. Voortdurend zien we Sam die grens oversteken: met de pont, door de IJ-tunnel, op een feestboot. Langzaam maar zeker zien we de balans verschuiven, totdat Zuid thuis is geworden en Noord het terrein van de ander. Al vroeg in de film wordt duidelijk dat de jongen zal bezwijken voor de verleidingen van cultuur, mooie huizen en vooral ook de vrije liefde. Dronken van het leven zien we Sam door Zuid tuffen op zijn scooter, terwijl zijn achterop gezeten Hollandse vriendinnetje sensueel zijn oor likt. Het is een mooie multiculturele variatie op de iconische fietsscène uit Turks fruit.
De negentienjarige hoofdrolspeler Shahine El-Hamus maakt op geloofwaardige wijze de transformatie door van een straatschoffie dat opkijkt tegen de criminele activiteiten van zijn oudere broer naar een zelfbewuste jongvolwassene, die klaar is om de wijde wereld in te trekken. Dat is een knappe prestatie in een gelikte publieksfilm die rijk is aan contrast, maar arm aan diepgang.