Blackhat (Directors’ Cut)

Allesbehalve een mindere Mann

Blackhat

Arrow’s puntgave 4K-restauratie van Blackhat wordt geleverd met de amper vertoonde directors’ cut van de film. Deze veel vloeiender lopende versie van de cyberthriller is het beste voorbeeld van Michael Manns radicale, digitale blockbusterformalisme.

Wat een verschil kunnen een paar schnitts maken. De bioscoopversie van Michael Manns Blackhat (2015) was al een sublieme cyberthriller over rivaliserende superhackers, maar de director’s cut op de heruitgave van Arrow kan je haast transcendentale cinema noemen.

Manns fascinerende digitale formalisme was altijd al het grootste wapenfeit van Blackhat en deze hermontage geeft die unieke esthetiek meer ruimte. Deze versie ontvouwt zich veel beheerster tot een uitgestrekt epos over de druk die globalisering, surveillance en kapitalisme uitoefenen op onze meest intieme gevoelens. In die zin voel je hier sterker de signatuur van een auteur die in elk facet de controle houdt over de relatie tussen vorm en inhoud.

In 2015 opende de film op weergaloze, maar ook enigszins verbijsterende wijze: satellietbeelden van de aarde zoomen gestaag in richting de computer van een kerncentrale in Hong Kong die op het punt staat gehackt te worden. De daaropvolgende kernramp is indrukwekkend, maar stond niet goed in relatie tot de verdere plot van Blackhat. De directors’ cut begint killer en dus toepasselijker voor deze nihilistische film waarin digitale protocollen de dienst uitmaken. Een beurshack op de prijs van soja trapt hier het fijnmazige plot af, waarin de geheime diensten van China en de Verenigde Staten de handen ineen slaan om een malafide superhacker op te sporen. Daarvoor hebben ze de hulp nodig van Nick Hathaway (Chris Hemsworth), een Amerikaanse hacker die dertien jaar celstraf uitzit voor zijn cybermisdaden.

Mann liet met Miami Vice (2006) al zien dat hij een meester is in het uitpluizen van de hiërarchische relaties tussen agenten, boeven, overheidsdiensten en bureaucraten. Blackhat is in dat opzicht de ultieme Mann-film, mede door het globale perspectief: de technothriller jakkert van Amerika naar Jakarta, via Hong Kong, Maleisië en de haven van Rotterdam.

De film was altijd al spannend, maar miste voorheen de emotionele intensiteit die zo kenmerkend zijn voor bijvoorbeeld Heat (1995), Collateral (2004) en Miami Vice. Nu is er net iets meer ruimte voor de opbloeiende relatie tussen Hathaway en Chen Lien (Tang Wei), die in eerste instantie samenwerken met de geheime dienst, maar eindigen als geliefden op de vlucht. Hun tragische romance geeft een kloppend hart aan deze eigenzinnige genrefilm, die te vaak is weggezet als een mindere Mann. Laat deze heruitgave dus een aanleiding zijn om een van de meest visueel overdonderende en unieke studiofilms van de 21ste eeuw een nieuwe kans te geven.