BEAT

Zuchten bij je koffiemok

  • Datum 03-10-2010
  • Auteur
  • Gerelateerde Films BEAT
  • Regie
    David Verbeek
    Te zien vanaf
    01-01-2004
    Land
    Nederland
  • Deel dit artikel

Troosteloze technoparty

David Verbeek trok voor zijn debuut Beat langs de zijlijnen van het leven, waar grote verkeerspleinen en kille kantoorgebouwen de dienst uitmaken. Wie uit die tredmolen stapt, is een spelbreker, zo laat de knap gemonteerde film zien.

De akeligste plekken liggen vlak om de hoek, laat het bijzondere debuut Beat maar weer eens zien. Een kantoor, de kleedkamer van een fitness-centrum, het zijn beklemmende, nare oorden waar de mens eenzaam zijn dagen slijt. Het is de wereld van de zoemende koffieautomaten ("chocola of cappuccino?"), van trommelende vingers op multomappen, van het loze schoonmaken van de computermuis. De dialogen in Beat zijn van een Voskuil-treurigheid: "Ik wil je adviseren om in het vervolg eerst langs mij te gaan voordat je het rapport bij Hendriks op zijn bureau legt", krijgt de afgematte Peter te horen van zijn collega. ‘In het vervolg’: dat is zo’n nare zinsnede die verborgen hiërarchie en onderhuidse spanningen verraad.
Zou dat de oorzaak zijn van de burn-out van de 26-jarige Peter, die iets onduidelijks verricht voor een vaag Rotterdams marketingbedrijf? De film geeft geen antwoord, en laat alleen zien hoe hij minutenlang in de vensterbank zit, hoe hij op een groot plein verdrinkt in de ruimte, hoe hij loopt door lege gangen en met zichzelf pingpongt. Peter is heel veel alleen in de film, praat niet veel en is dus ook weinig loslippig, wat hem dankzij het onderkoelde spel van Ian Bok raadselachtig én gewoon maakt.

Fier
David Verbeek en Sander Vos hebben in hun montage iets knaps gedaan: de film begint bijna zonder geluid en laat in een strakke montage en kadrering horen hoe Peter zucht bij zijn koffiemok. Een moedige opening die gelijk de toon zet: hier volgt een film die niet de fotogenieke zaken van het leven filmt maar de zijlijnen, waar je eigenlijk het grootste deel van je leven doorbrengt. De glimmende kantoorflats langs de Maas, afgestoken tegen een strakblauwe hemel, zijn wel een dankbaar filmdecor maar Verbeek weet ook hieraan weer een kille draai te geven, die doet denken aan Lodge Kerrigans Claire Dolan.
Verbeeks debuut toont ook verwantschap met het werk van twee andere eigenzinnige jonge filmmakers uit Nederland: David Lammers (De laatste dag van Alfred Maassen) en Fow Pyng Hu (Jacky), die overigens ook een bijrol speelt in Beat. De drie films hebben hun lange, aan Tsai Ming-liang ontleende shots gemeen, waarin ogenschijnlijk triviale, dagelijkse bezigheden de moeite waard zijn bevonden om te bewaren op film, en in het geval van Beat op digitale video (waarop hij ook zal worden vertoond in het Filmmuseum).
David Verbeek was derdejaars Filmacademiestudent toen hij zijn film voor 500 euro maakte. Beat kan ook prima op zichzelf staan zonder die informatie. Het ultralage budget bewijst wel dat je niet ingewikkeld hoeft te doen om een complexe film te maken. Nu iedereen zo lovend is over het nieuwe elan van de Nederlandse film, waarmee men vooral de commerciële producties bedoelt, staat Beat fier overeind, en hopelijk niet alleen.

Mariska Graveland