A Perfect Day

Cowboys en dooie koeien in Bosnië

  • Datum 11-11-2015
  • Auteur
  • Gerelateerde Films A Perfect Day
  • Regie
    Fernando León de Aranoa
    Te zien vanaf
    01-01-2015
    Land
    Spanje
  • Deel dit artikel

De internationale sterrencast met Tim Robbins en Benicio Del Toro heeft het niet makkelijk in dit onevenwichtige relaas over een groep hulpverleners tijdens de oorlog in Bosnië.

Bosnië, medio jaren negentig. De burger­oor­log loopt op z’n einde maar in het conflictgebied waar we een groepje hulpverleners volgen, is daar weinig van te merken. Gewa­­pen­­de milities maken er de dienst uit en het bergachtige landschap ligt bezaaid met mijnen.
In het fraaie openingsshot wordt een lijk uit een waterput gehesen. De camera is opgesteld onder het bungelende lichaam. Daarboven zien we een hoopvolle cirkel van stralend daglicht. Die hoop verdwijnt als het touw knapt. Het enige touw. De hulpverleners hebben maximaal 24 uur voordat de voor de lokale bevolking zo belangrijke waterbron definitief vergiftigd is.
Hierop volgt een moeizame zoektocht naar een touw die voert langs koeienkarkassen die op de weg zijn gelegd om ingegraven mijnen te verstoppen, en langs dubieuze kerels die water verkopen tegen woekerprijzen. In een compleet aan flarden geschoten dorpje vinden ze hun felbegeerde touw, op aanwijzing van een jongetje. Alleen zit dat touw vast aan een schuimbekkende hond. Die dan maar verdoofd moet worden met gedrogeerde worstjes.
Door te schakelen tussen oorlogsgruwelen en bizarre ontmoetingen wil regisseur Fernando León de Aranoa de absurditeit van oorlog voelbaar maken. De toon schippert tussen de cynische berusting van Robert Altmans M*A*S*H en de morbide satire van David O. Russells Three Kings. Het levert een onevenwichtige film op die veel vergt van de internationale sterrencast. Tim Robbins heeft het makkelijk als de adrenalinejunkie die zich wapent tegen oorlogsellende met roekeloos rijgedrag, galgenhumor en snoeiharde punkmuziek. Benicio Del Toro is minder geloofwaardig als de hulpverlener die te veel gezien heeft en er een punt achter wil zetten. Een naar Lost in Translation knipogende scène waarin zijn Amerikaanse verloofde hem via de veldtelefoon belt over de kleur van de slaapkamer (zalmroze of beige?) zet het contrast tussen oorlogsontwrichting en het burgerlijke thuisfront moddervet aan.
Onevenwichtig is ook het prominente gebruik van muziek. Een vanuit de lucht gefilmde dwaaltocht door het barre landschap wordt effectief gekoppeld aan Venus in Furs van de Velvet Underground, maar als later de oorlogsdramatiek er wordt ingeramd met het hippielijflied Where Have All the Flowers Gone levert dat uitsluitend vals sentiment op. De filmmakers zagen ervan af om de geforceerd cynische titel te ondersteunen met Lou Reeds gelijknamige nummer. Al spookt het zinnetje ‘you just keep me hanging on’ natuurlijk wel steeds door de film: vanaf het openingsbeeld met dat bungelende lijk tot het slot, waarin we terugkeren naar die put en waarin de zinloosheid van alle goedbedoelde hulpinspanningen er nog een keer wordt ingewreven.

Fritz de Jong