A LIFE LESS ORDINARY

En aan het eind hebben ze elkaar

Ewan McGregor en Cameron Diaz in A life less ordinary

Geen hype deze keer. De nieuwste film ‘van de makers van Trainspotting‘ leent zich slecht voor een uitgekiende marketing, die zich nu nog beperkt tot de aanprijzing ‘witte komedie’ en ‘a love story’. A life less ordinary wil dan ook zo min mogelijk aan zijn voorgangers doen denken. Regisseur Danny Boyle, producent Andrew MacDonald en scenarioschrijver John Hodge doen in Soho, Londen uit de doeken hoe filmmakers zich weren tegen verwachtingspatronen.

Hollywood heeft een slechte naam opgebouwd door eigenzinnige Europese en Aziatische regisseurs te lokken met grote budgetten, en de filmmakers vervolgens op te zadelen met slechte scenario’s en marktmechanismen. Danny Boyle kon echter de verleiding weerstaan om Alien 4 te regisseren (“Ze betaalden te weinig”). Jean-Pierre Jeunet (Delicatessen) nam het aanbod wel aan en mag zich nu de meest recente vangst van het grijpgrage Hollywood noemen. Alhoewel Boyle dus liever geen voorgeprogrammeerde sequel wil maken, moesten hij en producent Andrew MacDonald toch uitwijken naar Amerika om de financiering voor A life less ordinary rond te krijgen.
De film heeft, afgezien van een aantal vervreemdende visuele effecten, weinig weg van Shallow grave en Trainspotting. Laatstgenoemde films trokken zich niets aan van de Britse traditie met sociaal-realistische komedies van Ken Loach of kostuumfilms van Kenneth Branagh. A life less ordinary grijpt daarentegen terug op één van de meest beproefde genres ooit uitgevonden in Hollywood: de screwball-comedy. Een argwanend type ziet onmiddellijk een verband tussen het Amerikaanse geld en de overstap naar een geijkt genre.

Duivelse engelen
MacDonald veegt dit vermeende verband van tafel: “Geloof het of niet, maar we werden helemaal vrijgelaten door de Amerikaanse maatschappij 20th Century Fox. Alles wat je ziet komt uit onze handen. Wij zijn het dus die schuldig zijn aan het maken van de film.” Onverwacht is het wel, dat het trio nou net het genre van de screwball-comedy heeft gekozen. A life less ordinary is volgens de makers beïnvloed door A matter of life and death (Michael Powell en Emeric Pressburger) en It happened one night (Frank Capra), beiden komedies uit de jaren dertig en veertig. De plot is niet zo belangrijk en staat in dienst van de spitse dialogen en de onsentimentele romantiek.
Specialist in liefdesperikelen Meg Ryan was dus geen gegadigde voor een rol in A life less ordinary, want als de drie iets verafschuwen dan zijn het haar romantische komedies. Scenarioschrijver John Hodge: “We hebben wel oprecht geprobeerd om een vrolijke komedie te maken, over een jongen en een meisje die op elkaar vallen. Het blijkt echter dat mensen de film toch nog te grimmig en cynisch vinden. Oké, er worden wat engelen overreden door een auto en vervolgens door het hoofd geschoten, maar wat wil je als wij het genre een beetje door elkaar willen gooien?”
Cameron Diaz (The mask, The last supper) is het meisje en Ewan McGregor (Trainspotting) speelt de jongen. Celine is van rijke komaf, met als grootste kopzorg dat haar credit card wordt geweigerd. Robert schrijft een driestuiver-thriller, maar omdat dat maar niet wil vlotten, werkt hij als portier bij haar vaders bedrijf. Op een dag ziet hij zichzelf vervangen worden door een irritant bliepende robot. Woedend stormt hij het kantoor van zijn baas binnen, gijzelt Celine en gedraagt zich vervolgens als de meest sukkelige kidnapper die Amerika ooit gekend heeft. Die twee eerder genoemde duivelse engelen krijgen de schier onmogelijke opdracht om deze twee mensen verliefd op elkaar te laten worden.

Emotionele knopje
Eerlijk gezegd druipt de plot van de oubolligheid en hebben de makers een zware klus om dit te doen vergeten. Regisseur Danny Boyle: “Als je kiest voor het romantische genre, dan moet je de hoofdpersonen centraal stellen. Het klinkt afgezaagd, maar uiteindelijk komt het er op neer dat de kijker zich afvraagt of ze in elkaars ogen kijken en als dat gebeurt, of de vonken er vanaf springen. We hebben een beetje de draak gestoken met het genre, probeerden wat beproefde ingrediënten te verdraaien en wat op te lappen, maar aan het eind herstelt het genre zich toch weer. We hebben een harde les geleerd over de kracht van het genre: eerst wilden we alles weids filmen, maar de film vroeg gewoonweg om veel close-ups. Zo zie je dat het goed is om wat anders te doen, dan leer je nog eens iets.”
MacDonald: “We hebben misschien niet alle remmen losgegooid, maar er zitten toch te veel vreemde wendingen in de film om hem conventioneel te noemen. Hij had er nog veel gepolijster uit kunnen zien. De studio’s in Amerika zijn natuurlijk niet zoveel gewend en vinden het de raarste film ooit gemaakt.” Hodge: “We hebben geprobeerd om de film in het straatje van de studio’s te proppen, we hadden een conventionele film kunnen maken, maar dat lukte ons gewoonweg niet. Hun opvatting van romantiek is zo simpel, en komt niet verder dan het juiste emotionele knopje indrukken op het juiste tijdstip. Maar door de dominantie van het genre volgen we wel het bekende pad: twee mensen zijn geboren voor elkaar, maar kunnen elkaar niet krijgen. Je legt wat obstakels op het liefdespad en aan het eind hebben ze elkaar. Een andere afloop zou behoorlijk teleurstellend zijn voor het publiek.”

Toegankelijk en fris
Het lijkt erop dat de drie mannen liever uit zichzelf bewust zijn van het publiek in plaats van dat in opdracht van een Amerikaanse produktiemaatschappij te doen. MacDonald: “We denken zeker aan het grote publiek, dus meer in algemene termen. Ons eigen publiek is de groep mensen die Shallow grave en Trainspotting hebben gezien en hopen dat deze film weer zo’n jonge uitstraling heeft. Die mensen zullen teleurgesteld de zaal verlaten, want de film is niet voor hen gemaakt.” Hodge: “We wilden niet weer een thriller maken zoals Shallow grave en probeerden het liefst zo ver mogelijk van Trainspotting af te staan. Trainspotting was het laatste woord over dat onderwerp wat je van ons zal horen. Dus komen we nu met romantiek en een sterke vrouwelijke hoofdrol op de proppen.”
MacDonald: “We mikken daarmee op de rest van het publiek: dat grote segment van vijftien- tot twintigjarigen. Zij zijn sowieso de mensen die het vaakst naar de bioscoop gaan en voor hen is A life less ordinary dan ook bedoeld. Maar begrijp ons goed, we houden zelf ook van populaire films, we voelen simpelweg geen behoefte om onszelf over te geven aan een persoonlijke visie op het menszijn.” Boyle: “We proberen onze films toegankelijk te maken en zo fris en verschillend mogelijk binnen een bepaald kader te werken. Dat kader bestaat eruit om niemand uit te sluiten, door de film niet onnodig moeilijk te maken. Onze intentie is om open te staan voor iedereen, maar ze tegelijkertijd iets onverwachts voor te schotelen, zodat het niet voor de hand liggend wordt.” MacDonald: “We willen niet eindigen met een cynische film die niemand wil zien. Ik vind dat net zo erg als een doorsnee-publieksfilm. Wij proberen daar net tussen in te zitten.” Hodge: “Maar als we een verontrustende, grimmige film hadden willen maken, hadden we dat zeker gedaan. We waren er gewoon niet voor in de stemming.”
Toch lijken de makers betrapt te kunnen worden op sociale betrokkenheid. Het klasseverschil tussen Celine en Robert wordt breed uitgemeten en ook die robot, die de hardwerkende man vervangt zou als kritiek op het onmenselijke, op winst gerichte beleid van sommige bedrijven kunnen worden gezien. Of komen deze conflictsituaties enkel handig van pas om de liefde te dwarsbomen? Boyle: “Dat laatste. Eén van de beste dingen die je overkomt door naar Amerika te gaan is dat je jezelf kan bevrijden van de klassenstrijd die woedt in Groot-Brittannië. Alles wat je doet is daarmee doordrenkt. Eindelijk konden we die strijd gebruiken als een simpele verteltechniek, niet meer en niet minder.”

Vloeibare dollar
Het pretentieloze trio lonkte naar Hollywood met maar één reden: er viel geld los te peuteren. Hun vorige, Britse financier Channel 4 kon geen twaalf miljoen dollar ophoesten, maar kreeg wel vanwege trouwe dienst de tv-rechten aangeboden. MacDonald: “Twaalf miljoen dollar mag veel lijken voor een Europese film, maar voor Amerikaanse begrippen stelt het niet veel voor. Het is minder dan Julia Roberts betaald krijgt. Amerikaans geld heeft wel een vreemde eigenschap: het vloeit door je handen heen als water en duizendjes lijken in rook op te gaan.” Zal die vloeibare dollar ooit het hechte samenwerkingsverband tussen de drie en hun vaste production designer, editor en cameraman kunnen verbreken? Boyle: “Die laatste drie zijn interessant, omdat zij met verschillende mensen hebben samengewerkt en dus makkelijk konden overlopen. Ondertussen kennen we elkaar echter zo goed dat we via sluipwegen kunnen communiceren, iets wat je niet zo snel opgeeft.”
MacDonald: “Voor het geld hoeven we niet uit elkaar, want zo goed zullen we niet betaald worden. Het belangrijkste is toch dat je jezelf in de beste positie kan manoevreren om een goede film te maken. En de mensen die denken dat je dat met veel loon voor elkaar kunt krijgen, houden het vaak niet lang vol. Onze volgende projecten zijn dan ook weer low-budget: we hebben de rechten gekocht van ‘The beach’, een boek van Alex Garland, dat zich afspeelt in Thailand waar Europese en Amerikaanse jongeren op zoek zijn naar een paradijselijk strand. En we zijn bezig met Alien love triangle, een science fiction-film in drie delen. Het wordt weer een romance, maar nu tussen een mens en een buitenaards wezen.” Hodge: “Klinkt nogal conventioneel, als je het mij vraagt.”

Het is ook nooit goed. Produceren ze Twin town, een film die verdacht veel weg heeft van Trainspotting, dan worden ze erop aangsproken dat ze wel erg gemakkelijk voortborduren op hun succesfilm. Maken ze een screwball-comedy, dan mis je de rauwheid en ironie van zijn voorgangers. Zelf zou ik graag zien dat ze de driestuiver-thriller, die Robert in A life less ordinary schrijft, gaan verfilmen. Want het segment van vijftien- tot twintigjarigen plús de voltallige fanclub van Trainspotting zal geheid vallen voor het trashy verhaal over de onwettige dochter van Marilyn Monroe en John F. Kennedy, die onder de Amerikaanse ambassade in Londen een schuilkelder van de Nazi’s vindt. Danny Boyle komt onmiddellijk op de proppen met de meest geknipte hoofdrolspeelster: Sharon Stone! Het perfecte lijmmiddel voor publieksbewuste filmmakers.

Mariska Graveland