Gianfranco Rosi over Sacro GRA

Ruimteschip op de rondweg om Rome

In Sacro GRA zoomt Gianfranco Rosi in op de stofdeeltjes die rondom planeet Rome zwermen, voetnoten bij de periferie. Excentrischer kan niet. Het leverde een zorgvuldig geobserveerde docu op, tegengif voor de extravaganza van La grande bellezza.

Vorig jaar was het jaar van La grande bellezza. Van Paolo Sorrentino’s Fellineske film over het lege leven van de Romeinse intellectuele en culturele decadentia. Maar vorig jaar was ook het jaar van Sacro GRA, de documentaire die op het Filmfestival Venetië de Gouden Leeuw won voor beste film (een primeur) en die een ander Rome laat zien, zij het uiteindelijk niet minder Fellinesk. Regisseur Gianfranco Rosi (1964) liet zich meevoeren door de centrifugale kracht van de GRA, de grote rondweg om Rome, en trof losgetrokken van de zuigkracht van de periferie een keur aan Fellineske personages: een palm-expert, een excentrieke prins, travestietenhoeren, een filosofische ambulancebestuurder, een der laatste palingvissers en zijn importbruid.

“Ik hou veel van Fellini, maar ik ben nooit echt door zijn films geïnspireerd geweest, of heb de behoefte gevoeld zoals Sorrentino om er een directe reflectie op te maken”, aldus Rosi (bekend van huurmoordenaarsdocu El sicario, Room 164) afgelopen winter op het Filmfestival Rotterdam. “Sorrentino’s film is centripetaal. Alle aandacht wordt naar het centrum van Rome getrokken. Mijn film daarentegen ontsnapt aan die aantrekkingskracht. Hij is naar zijn aard veel minder extravagant en uitzinnig.”

De GRA, de 68 kilometer lange Grande Raccordo Anulare, omcirkelt Rome als de ringen van Saturnus, citeert u Fellini’s Roma aan het begin van uw film. Maar het lijkt erop alsof u eigenlijk iets veel radicalers doet dan de stad vanuit de periferie benaderen. Die ringen bestaan uit ijs- en stofdeeltjes, en in plaats van het geheel te laten zien, zoomt u zo ver in, dat er nog slechts enkele deeltjes overblijven, in een schijnbaar luchtledig universum.Sacro GRA was een opdrachtfilm. Ik kende de weg alleen als de weg van de stad naar het vliegveld, wist niet eens dat het een rondweg was. En toen werd ik gevraagd als regisseur voor een filmplan dat ontwikkeld was door architect Nicolò Bassetti. Dat doe ik nooit, maar er was toch iets in dat plan wat me trok. Het feit dat er een ander Rome is, een onzichtbaar Rome, een Rome dat nooit gefilmd wordt en daarom bijna imaginair is. Dat wilde ik wel filmen. Maar dat betekende wel dat ik Bassetti’s scenario nooit gelezen heb en vanaf nul overnieuw begonnen ben, met hem als mijn gids. Ik ben geen Romein, ik ben geboren in Ethiopië en ging in de jaren tachtig naar de Verenigde Staten. Ik ben een vreemdeling, dus het was best moeilijk om er greep op te krijgen, om er ‘binnen te komen’ .”

In hoeverre beschrijft dat citaat dan ook het filmproces zelf? Het vanuit de periferie een onderwerp benaderen? “Elk filmen is een omcirkelen. Maar ik begin meestal vanuit mijn intuïtie, vanuit een kleine kern, en nu werkte ik andersom, waardoor ik me vaak verloren voelde in die grote wereld van de GRA.”

Rosi pakt mijn opschrijfboekje en pen, zoekt een lege bladzijde op en begint te tekenen. Cirkels, pijlen, puntjes, stippen. “Kijk. Dit is het centrum van Rome. En dit is de GRA. En daar hebben we de Via Veneto, waar Fellini La dolce vita opnam. In het centrum van Rome wonen misschien 250.000 mensen, in het historische centrum. Maar daarbuiten wel 3 miljoen, anderhalf miljoen aan de ene kant van de ring, anderhalf miljoen daarbuiten, dus dat is nog een Rome, een ander Rome. Dat ís Rome. Het Rome dat niemand kent. De GRA, de ringweg snijdt dus niet het centrum van de stad van de voorsteden af, maar ontvouwt als het ware het echte Rome, het Rome waar mensen werken en leven. Het is de nieuwe Via Veneto.
“Rome heeft grote problemen, op het gebied van huisvesting, werkgelegenheid, politiek, sociaal. Mijn film doet je op een andere manier nadenken over centrum en periferie. Het centrum van Rome is versteend, verhard, de periferie is uiteengeslagen, maar ook dynamisch.
“Het is onmogelijk om een representatief beeld te geven van het leven op, om en aan de GRA. Of je zoomt in, of je zoomt uit. Ik heb uiteindelijk besloten om in te zoomen. Het verhaal te vertellen vanuit details en observaties, en niet aan de hand van feiten en grote beweringen.”

Hoe kwam u vanuit die gedachten tot de structuur van de film, die zo los is, alsof we brokstukken van een verongelukt ruimteschip rond zien cirkelen om een verre planeet? “Het is vergelijkbaar met als je aan je eigen leven denkt. Doe je ogen maar voor een paar seconden dicht. Heb je ze dicht?”

Eh, ja. “Hoeveel herinneringen komen er terug?”

Een paar. “Precies. Misschien vier of vijf. Vier of vijf herinneringen. Dat is alles wat er uiteindelijk van het leven overblijft. Daarom ben ik gaan elimineren. Steeds minder informatie. Minder. En nog minder. Bassetti heeft me aan tientallen mensen voorgesteld, maar toen we gingen draaien had ik alleen Francesco, de palmoloog en Cesare, de visserman. Vanaf daar ben ik weer gaan opbouwen. Hoe langer ik er rondzwierf hoe meer de GRA een bijna abstracte snelweg werd, een mentale ruimte in plaats van een concrete, met een ambulance die heen en weer rijdt. En een kasteel. En een brug met een bootje eronder met een visserman erin.

“Mythische elementen en figuren? “Of een ‘De rerum natura’ (‘over de natuur der dingen’) van Lucretius, een van de meest moderne Romeinse natuurfilosofen, die niet in God of de ziel geloofde, en waarin hij, realiseer ik me nu, het ook over de natuur van atomen heeft — en Sacra GRA is natuurlijk ook een atomische film. Of je zou ze aliens kunnen noemen. Personen die buiten tijd en ruimte vallen. Maar natuurlijk realiseerde ik me dat ik iets nodig had om er weer structuur in aan te brengen, en zo kwam ik uiteindelijk op Fellini. Door de GRA te vergelijken met de ringen rondom Saturnus werd het een fictieve weg die tegelijkertijd universeel is. Rome werd Tokyo werd Rotterdam werd Los Angeles werd New Delhi.”

Rome als Italo Calvino’s ‘onzichtbare stad’? “Dat boek is zeker een van mijn inspiratiebronnen. De abstractie ervan bevalt me. Het zat in m’n zak toen ik locaties voor de film aan het scouten was. Het is een boek over reizen, Marco Polo vertelt zijn reisavonturen aan de Chinese keizer, en het heeft een even losse als ingenieuze structuur, waarvan ik hoop dat die in mijn film weerspiegeld is.”

Er zit ook een andere mooie verdubbeling in uw film aan de hand van het — in Nederland minder bekende — verschijnsel van de fotoroman. “De fotoromanzi waren lange tijd een soort van armeluiscinema. Intellectuelen verfoeiden ze, regisseurs als Fellini staken er de draak mee, maar anderen begonnen er hun carrière. Twee van de grootste Italiaanse supersterren, Gina Lollobrigida en Sophia Loren begonnen hun carrière als fotoromanzamodel. Ze waren de Italiaanse soapopera, en ze worden zoals je kunt zien nog steeds gemaakt en gelezen, ‘Grand Hotel’ is het bestverkochte Italiaanse tijdschrift. Het toeval wil niet alleen dat de vriendin van Cesare ze leest om Italiaans te leren, maar vooral dat ik prins Filippo leerde kennen omdat ik bij toeval in zijn ‘kasteel’ terechtkwam, wat ook fungeert als bed and breakfast. Ik heb daar een groot deel van de draaiperiode gelogeerd en pas toen ik wegging ontdekte ik dat hij het ook als fotoset verhuurt.
“Maar er is ook een overeenkomst met mijn film, op een hele gekke manier, hoe prozaïsch die fotoromans ook zijn. Ze zetten op een bepaalde manier het publiek aan om te fantaseren wat er tussen de beelden gebeurt. Sacro GRA verwacht wat inspanning van de toeschouwer. Net zoals je van een gedicht niet dezelfde uitleg als van een roman kan verwachten. Daarmee beweer ik niet dat Sacro GRA een gedicht is, maar wel dat een poëtische structuur meer fantasie en interpretatie toelaat. En afdwingt.
“En vraagt dat de toeschouwer zijn verantwoordelijkheid neemt om te kijken en verder te denken. Het Rome buiten de ring is een onzichtbare stad. Een onmogelijke stad. Een veronachtzaamde stad. Een stad van misbruik en geweld. Van illegaliteit en zelfgebouwde huizen. Een stad zonder identiteit, en tegelijkertijd met de meest echte en authentieke verhalen.”