El sicario — Room 164

De handen van een huurmoordenaar

  • Datum 22-12-2011
  • Auteur
  • Gerelateerde Films El sicario — Room 164
  • Regie
    Gianfranco Rosi
    Te zien vanaf
    01-01-2010
    Land
    Verenigde Staten/Italië
  • Deel dit artikel

Een motelkamer, een zwart masker en een blocnote: dat zijn alle ingrediënten voor El sicario — Room 164, waarin een Mexicaanse huurmoordenaar vertelt over zijn werk voor de kartels.

"Ik zal u vertellen over twintig jaar van mijn leven. Twintig jaren, waarin ik werkte in de drugshandel. Met deze handen heb ik voor het kartel mensen gefolterd en vermoord." Zo opent de ‘sicario’, oftewel huurmoordenaar, zijn verhaal. Op de aftiteling lezen we dat hij in 2007 zijn leven ontvluchtte en sindsdien leeft als een vluchteling met een prijs van 250.000 dollar op zijn hoofd. Tussen die twee momenten in ontvouwt zich in Gianfranco Rosi’s documentaire El sicario — Room 164 een schokkende monoloog van een uur en een kwartier, waarin de in een zwarte kap gehulde man vertelt hoe hij zijn werk deed: van zijn rekrutering als zeventienjarige, via zijn door het kartel geritselde opleiding op de politieacademie en een FBI-school (!) in de V.S., naar zijn jarenlange dienst als kidnapper, folteraar en moordenaar. Door zijn persoonlijke verhaal schemert het grotere sociale verhaal dat van Mexico op dit moment één van de meest onveilige landen ter wereld maakt en grensstad Juarez één van de meest gewelddadige: een kwart van de politieagenten zijn al als ze van de academie komen in dienst van één van de drugsbaronnen; het gros van de rest volgt snel daarna.
Regisseur Gianfranco Rosi noemde de huurmoordenaar zelf bij de première van de film op het festival van Venetië "bijna een producent": hij dwong het zwarte masker af, gaf de regisseur twee dagen de tijd voor het interview en koos de motelkamer waarin het gesprek plaatsvond: tegelijk zo nondescript als alle motelkamers en zeer persoonlijk, zoals blijkt wanneer de sicario in de openingsscène vertelt hoe hij en zijn collega’s in precies deze hotelkamer iemand drie dagen vasthielden en martelden. De handicap dat zijn gezicht niet te zien is wordt ruimschoots goedgemaakt door een kleine ingreep van Rosi: terwijl hij vertelt zit de man constant met een blocnote op schoot, waarin hij met een dikke viltstift steekwoorden opschrijft en diagrammen tekent om zijn verhaal kracht bij te zetten. De expressies van zijn handen vervangen zijn mogelijke gezichtsuitdrukkingen wonderwel. Niet voor niets is er dat zinnetje waarmee de film opent: dit zijn handen waarmee mensen zijn gemarteld en dat laat Rosi je geen moment vergeten.

Joost Broeren