De grote vlucht
Moord alla, maar regels zijn regels
Wanneer onze alledaagse werkelijkheid verstikkend en overweldigend aanvoelt, zoeken we onze toevlucht in geruststellende films. Maar zij vormen op hun beurt een nieuwe kooi.
Zoals iedereen zonder uitzicht op een vaste woning, een vast inkomen, een pensioen en de nodige zorg en rust al weet, begint ons bestaan te voelen als een uitzichtloze uitputtingsstrijd. Voor velen in dit ontzettend gave land is het heden al lastig te verdragen en de toekomst minstens even somber. De planeet staat in de fik en er lijkt geen ontkomen aan.
Op het besef dat deze manier van leven onhoudbaar is, volgt niet vanzelf het vermogen om de nodige politieke verandering teweeg te brengen. De wind is tegen: door de jaren heen is er een systeem opgetuigd om zo veel mogelijk aan de aarde en zijn bewoners te onttrekken zonder iets terug te geven, en er wordt aardig wat moeite in gestoken om dat zo te houden. Het is makkelijk je compleet machteloos te voelen, en terecht.
Veilig en voorspelbaar
Als vechten onmogelijk is, dan maar vluchten. Elke keer dat de bestaanszekerheid afneemt, groeit het verlangen naar afleiding en ontsnapping. Populaire films zijn hier ontzettend goed in geworden. Zodanig dat films niet alleen maar films zijn: ze scheppen tegelijk fictieve werelden, waaruit hele filmreeksen en talloze andere media kunnen voortkomen, en waar ieder die dat wil zich volledig in kan onderdompelen en verdwijnen. Denk aan Marvel, Star Wars, DC, alles met robots, monsters en bekende namen. Voorbij de plot en de personages van de film leer je achtergrondinformatie over de topografie, de geschiedenis, het politieke klimaat, geldstromen en logistieke uitdagingen die het verhaal vormgeven.
Hier hebben films daadwerkelijk iets opgestoken van dat jongere medium, games. Wat escapisme betreft hebben games een streepje voor: ze schotelen ons niet alleen die fantastische werelden voor, maar geven ons ook het vermogen dingen in die wereld te veranderen. Games zijn repetitief en daarom vaak veilig en voorspelbaar.
Regels
Een game is opgebouwd uit regels, over hoe de speelwereld werkt en wat je erin kunt doen. Iedereen, spelers en computergestuurde tegenstanders, houdt zich aan die regels. Iedereen vervult hun voorbestemde rol. Elke actie heeft altijd een logische reactie: je drukt op de aanvalsknop, je klieft een ork in tweeën, er vallen wat goudstukken uit zijn lendendoek en je begint weer van voren af aan. Even voel je je sterk en is de wereld weer op orde. Even ben je weer de speler in plaats van de speelbal.
Zo’n wereld die zich altijd aan de regels houdt, is een verademing vergeleken met onze wereld waar regels er niet echt meer toe lijken te doen. Daar zit de deels de aantrekkingskracht van world building. Hoewel populaire films je in tegenstelling tot games aan de zijlijn van de actie zetten, voorzien ze net zo goed in onze hunkering naar zekerheid en controle — zolang gebeurtenissen zich voltrekken volgens de regels die de film uiteenzet.
Shere Khan
In de nieuwe, gefilmde uitvoeringen van Disney’s tekenfilmklassiekers is het toegenomen belang van world building te zien. Veel van de extra speelduur die de films hebben ten opzichte van hun voorgangers wordt besteed aan het opzetten van de interne regels van hun filmwerelden. Dingen die voorheen onbesproken waren, zijn nu expliciet. Voorbeeld: in de oorspronkelijke Jungle Book ontdekken de wolven die Mowgli hebben opgevoed dat de tijger Shere Khan teruggekeerd is en van plan is Mowgli te doden. Niemand vraagt waarom; Shere Khan haat mensen nu eenmaal, dus Mowgli’s aanwezigheid brengt de hele roedel in gevaar. De wolven zijn het erover eens, Mowgli moet weg. In een vlotte zeven minuten zie je Mowgli opgroeien en vertrekken, op zoek naar een nieuw thuis.
De nieuwe film besteedt het kostbare eerste kwartier aan een letterlijk dagenlange, officiële vergadering tussen een coalitie van dieren genaamd ‘De Raad’ over ‘Het Waterbestand’, een afspraak dat ze elkaar niet opeten bij het schaarse drinkwater. Shere Khan verstoort de vergadering vanwege de aanwezigheid van Mowgli, een mens, tegen de Wetten van de jungle in. “Het is verboden!” brult hij. Mowgli’s wolvenmoeder Raksha bijt hem toe: “Wat weet jij nou van de wet?” De tijger eet ten slotte wie hij wil, wanneer hij wil.
Als ongetemde natuurkracht had Shere Khan geen motivatie nodig. De nieuwe Jungle Book lijkt hem echter niet gevaarlijk te noemen omdat hij mensen en andere dieren eet, maar omdat hij dat doet zonder eerst de juiste formulieren in te vullen.
Ordelijke wereld
Zie ook The Lion King. Wanneer de neushoornvogel Zazu per ongeluk de maaltijd van de kwaadaardige leeuw Scar laat ontsnappen, besluit Scar half-serieus om dan Zazu maar op te eten. In de oorspronkelijke film is het een luchtig stukje slapstick, waar Zazu’s snavel uit Scars bek steekt om koning Mufasa te groeten, die net op tijd komt aanlopen. In de nieuwe film is de achtervolging tussen Scar en Zazu iets langer en intenser. Vlak voordat Zazu tussen Scars kaken lijkt te verdwijnen, doet hij een beroep op de wet dat het toch echt niet is toegestaan om leden van Mufasa’s hof te eten. Moord alla, maar regels zijn regels.
De allure van een ordelijke wereld is begrijpelijk, evenals de wens dat degenen die de regels breken onvermijdelijk bestraft worden. Maar het levert kunst op die fundamenteel voorspelbaar is, die de complexiteit van het menselijk bestaan zodanig abstraheert en versimpelt dat het haast is uit te drukken in een sommetje, dat alleen al kijkende kan worden opgelost.
Visuele grammatica
Alle kunst is een abstractie en elke film, zeker een populaire, volgt een strikt schema van narratieve logica en visuele grammatica die door de jaren heen tot in de puntjes is verfijnd — wat dat betreft niks nieuws onder de zon. Maar er was altijd ruimte voor reflectie op de wereld buiten de film, of de grilligheid van de mens. Films die vooraf vastleggen hoe het verhaal zal verlopen, volledig conform onze verwachtingen, bestendigen een wereldbeeld waarbij de rangschikking van onze samenleving volledig vastligt. Degenen met macht horen het te hebben, en wie om wat voor reden dan ook breekt met deze regels is verdacht en ongewenst. Het vermogen om te vervreemden, om ons te confronteren met ideeën die we tot op dat moment voor lief nemen, om onze toestand buiten de bioscoop nog eens onder de loep te nemen, wordt zo uit de film verwijderd. Vervreemding is per definitie ongemakkelijk, maar het is een noodzakelijk onderdeel van kunst en dito voor de groei van kritische kijkers.
Messias
Het eerste deel van Denis Villeneuve’s tweedelige sciencefiction-epos Dune is volledig in zichzelf gekeerd, betoverd door de regels van het eigen universum. Begrijpelijk, omdat het een kostbare verfilming is van een gezaghebbende en invloedrijke roman.
In de film leren we dat de hoofdpersoon, Paul Atreides, troonopvolger van een prominente adelijke familie in een interstellair keizerrijk, de uitverkoren Kwisatz Haderach is, een messias die voorbestemd is om de mensheid naar een glansrijke toekomst te leiden, op basis van zijn afkomst. Paul ziet zijn toekomst in kraakheldere visioenen; zijn lot staat vast. Hij hoeft niet te groeien, noch zijn eigen keuzes te maken. Hij hoeft alleen maar de aangeboren krachten aan te roepen die hij voorbestemd was te gebruiken.
Dune besteedt veel tijd aan het uiteenzetten van de onderlinge intriges in de adelijke families waarvan Paul deel uitmaakt. De film geeft zeer grondige uitleg, soms zelfs in educatieve video’s die Paul kijkt, over de oorspronkelijke bewoners van de zandplaneet Arrakis, hun gebruiken, de natuurlijke rijkdommen die ze beschermen en wie die rijkdommen komen stelen. Tell, don’t show.
De wereld lijkt aanvankelijk complex en interessant, tot begint te dagen hoezeer de uitkomst van de film al vast ligt, hoe weinig invloed personages hebben op het verloop. Ze worden in wezen teruggebracht tot vleespoppen die zinnetjes oplezen die door hun positie in dit universum wordt voorgeschreven.
Dictatuur van eugenetica
Er staat weinig subtekst tegenover. Dune lijkt kolonialisme te bekritiseren, maar doet dat op ouderwets oriëntalistische manier, met een exotisch volk dat dichter bij de natuur staat en een witte verlosser die hen een grotere wereld laat zien. Gaat het dan over het omverwerpen van tirannen die zelfbeschikking in de weg staan? Nee, want het gedweep met adel en goede bloedlijnen pleit voor een nieuwe dictatuur van eugenetica.
Villeneuve filmt Dune’s universum met het ontzag waartoe zo’n klassieker uitnodigt, ogenschijnlijk zonder zich af te vragen waarom, of waartoe het verhaal doet. Wat is Dune behalve intrigerende sciencefiction nog meer? Wat zegt het, zoals sciencefiction graag doet, over de wereld waarin het verhaal geschreven is? Waar gaat het écht over? Dune gaat vooral over Dune.
Zulke compleet in zichzelf gekeerde films, waarin de natuurlijke orde zich alleen maar onvermijdelijk hoeft te ontvouwen, zijn op zijn minst voorspelbaar. Op hun slechtst normaliseren ze reactionaire, of zelfs fascistische wereldbeelden. Zo zeggen ze toch iets over de wereld waaruit ze voortkomen.