LA TOURNEUSE DE PAGES

Engel der wrake

  • Datum 09-02-2011
  • Auteur
  • Gerelateerde Films LA TOURNEUSE DE PAGES
  • Regie
    Denis Dercourt
    Te zien vanaf
    01-01-2006
    Land
    Frankrijk
  • Deel dit artikel

la tourneuse de pages is een sterke psychothriller over een wraakzuchtige pianiste.

Je hebt filmpianisten die sneller spelen dan hun schaduw en filmpianisten die zichzelf overtreffen met een kapotgeschoten Poolse stad als decor. Michael Haneke ontdekte enkele jaren geleden een bijzonder species: de pianist(e) bij wie zich het klassiek gedrilde verstand van maat, beperking en discipline rechtstreeks vertaalt naar de winterkille uitdrukking op haar gezicht. Dit slag laat zich minder snel herkennen aan zijn Fingerspitzengefühl dan aan zijn volstrekt emotieloze oogopslag.
Regisseur Denis Dercourt kloonde Haneke’s pianiste voor zijn nieuwe psychothriller la tourneuse de pages. Na enkele jaren laboratoriumquarantaine werd het sterk verjongde exemplaar — model Bressoniaanse streepmond en blond haar strak in een strik — bij wijze van experiment ondergebracht in een liefdevol slagersgezin. Zo bot als vader de bijl hanteert, zo soepel en kwikzilverig rassen Mélanie’s handen langs de toetsen. Helaas voor haar omgeving is ook de emotionele instabiliteit van het prototype aan de kopie doorgegeven: wanneer Mélanie tijdens het toelatingsexamen van het conservatorium al spelende merkt dat haar examinatrice — de beroemde pianiste Ariane Fouchécourt — meer oor heeft voor een handtekeningenjaagster, stort haar briljante Bach-prelude in als een kaartenhuis. Puberteit of een labiel karakter? Aan dat gezicht laat het zich niet aflezen. En wat is onheilspellender dan een jong meisje dat ’s nachts kaarsrecht in bed ligt, de lijkblik strak op het plafond gericht? Misschien zien engelen der wrake er soms uit als hoogmuzikale mannequins.

Roofdier
Dat belooft wat wanneer Mélanie jaren later langs fatalistische omweg bij huize Ariane terechtkomt en van oppas promoveert tot het meisje dat tijdens concerten de bladzijden van Ariane’s partituren mag omslaan. De vrouw heeft het zelf inmiddels ook niet gemakkelijk. Erg gevaarlijk om zich juist dan in Mélanie’s grafhanden te leggen, maar dat weet natuurlijk alleen de toeschouwer. Die krijgt ook allerlei tekens dat Mélanie’s logeerpartij op een totaal fiasco gaat uitlopen — onder meer de manier waarop ze Ariane’s zoon, ook al zo’n pianistenpop, ertoe manipuleert veel langer te oefenen dan gezond voor hem is.
Tegelijkertijd blijft Mélanie’s gezicht staalstrak en wordt juist Ariane een sympathiek (want uiterst kwetsbaar) personage dat ondanks haar vroegere fout helemaal geen wraakengel verdient. Hoe meer ze zich aan Mélanie overgeeft, hoe meer je voor de afloop van het verhaal gaat vrezen. De geduldig observerende stijl — veel lange, cleane takes waarin de vrouwen aftastend om elkaar heen draaien, de een te angstig en de ander te roofdierachtig om zich te laten kennen — komt de spanning alleen maar ten goede.
Naar het einde toe zakt die spanning enigszins in omdat dan de plot een invuloefening wordt, en soms een futiel detail de aandacht opeist: is het opzet dat Ariane’s zebrabadpak zoveel lijkt op dat van Charlotte Rampling in François Ozons swimming pool? En die achteraf vertraagde zoenscène, lelijk botsend op de verder zo strenge, beheerste stijl. Maar ondanks dergelijke oneffenheden, en vooral dankzij het zeer intense spel van actrices Frot en François (l’enfant), blijft la tourneuse de pages je naar de keel grijpen — tot en met de laatste ijzige noot.

Kevin Toma