Je me tue à le dire

Miserabele verlossers

  • Datum 12-10-2016
  • Auteur
  • Gerelateerde Films Je me tue à le dire
  • Regie
    Xavier Seron
    Te zien vanaf
    01-01-2016
    Land
    België
  • Deel dit artikel

Michel heeft een jaar aan de borst van zijn moeder gehangen. Zodat hij de essentiële stoffen binnen zou krijgen, vertelt zij te pas en onpas. Het is symp­tomatisch waar moeder en zoon beiden aan lijden in deze heerlijk gestileerde zwartekomedie: verlatingsangst en hypochon­drie.

Hij doet een beetje denken aan Thijs van Aan­modderfakker, Gouden Kalf-winnaar uit 2014: ze werken beiden in een elektronicagroothandel, spelen met kinderen en willen niet opgroeien. Maar de Waalse Michel van Je me tue à le dire is een erger mankind dan de Nederlandse eeuwige student ooit zou kunnen zijn. Michel woont in het zwart-witte speelfilmdebuut van Xavier Seron nog bij zijn moeder, heeft stevige verlatingsangst en het type Oedipuscomplex waar Oedipus zelf verlegen van zou worden. Overal ziet hij borsten: in het eigeel van een sunny side up of in het silhouet van een opengesneden sinaasappel. Zelfs trekjes van een sigaret doen denken aan het zuigen aan tepels in deze met beeldrijm doorspekte film.
Neem het eerste shot van Je me tue à le dire: Michel komt sloompjes overeind uit een doodskist. Een beetje zoals schoenen passen, maar dan voor het hiernamaals. Al in het eerste beeld vat Seron samen waar zijn hele film over gaat: over de transitie van de geboorte naar de onvermijdelijke dood. From the womb to the tomb, zoals ze het in het Engels zeggen. Niet voor niets telt Seron de hoofdstukken van zijn film af in plaats van op, met het nulde hoofdstuk als dramatische epiloog waarin weer een doodskist voorkomt.
In die aflopende hoofdstukken zorgt Michel voor zijn moeder Monique die chemotherapie voor borstkanker ondergaat. Hypochonder die hij is denkt Michel dezelfde aandoening te hebben. Al palperend gaat hij door zijn miserabele bestaan dat nog het meest doet denken aan dat van de melancholische Walloniërs uit Sabine Lubbe Bakkers en Niels van Koevordens Ne me quitte pas. Op visueel vlak overstijgt Seron de pure Belgische ellendigheid echter met prachtige verwijzingen naar de christelijke kunstgeschiedenis. Zijn Michel is niet alleen een soort Oedipus, maar ook een Jezus Christus die voor de behoevende zorgt. In statische shots zet Seron Michel neer alsof hij een religieus icoon is, aureool en al. Vergeet het mankind, Je me tue à le dire blijkt uiteindelijk een gitzwarte komedie over ellendige verlossers en hypochondrische heiligen te zijn.

Hugo Emmerzael