Detroit

Explosie van onderdrukte woede

  • Datum 13-09-2017
  • Auteur
  • Gerelateerde Films Detroit
  • Regie
    Kathryn Bigelow
    Te zien vanaf
    01-01-2017
    Land
    Verenigde Staten
  • Deel dit artikel

Mag elke maker elk verhaal vertellen? Sinds de uitbreng van Detroit, de nieuwe film van Oscar­winnaar Kathryn Bigelow, is er veel ophef over de vraag of een blanke filmmaker zwarte thema­tiek mag vastleggen. Het antwoord is simpel: ja, dat mag. De vraag die er werkelijk toe doet is: hoe?

Door Sacha Gertsik

Kathryn Bigelow schrikt er niet voor terug om via politiek gevoelige gebeurtenissen de hedendaagse Amerikaanse maatschappij te fileren. Na The Hurt Locker, een film over de Irak-oorlog waarvoor Bigelow de eerste vrouwelijke Oscarwinnaar in de categorie regie werd, en Zero Dark Thirty (over de klopjacht op Osama bin Laden) is Detroit de derde samenwerking tussen Bigelow en voormalig journalist Mark Boal.
Dit keer verfilmen ze een wat oudere geschiedenis. Detroit opent dan ook met een lesje geschiedenis, verbeeld via animatie van de iconische schilderijen die Jacob Lawrence maakte over de Great Migration — een periode waarin veel Afro-Amerikanen op zoek naar werk van het racistische zuiden naar het noorden van de Verenigde Staten emigreerden. In plaats van een gedroomd beter leven werden ze echter geconfronteerd met een venijniger, want subtieler racisme. Het plaatst wat volgen zal in context, een uitbarsting van decennialang opgekropte wrok.

Stoom afblazen
Detroit zoomt in op een incident dat plaatsvond op 23 juli 1967: in de vroege ochtend valt de politie een illegale club binnen, waar ze verwachten een klein aantal mensen aan te treffen. Maar de club blijkt gevuld met meer dan tachtig Afro-Amerikanen, waarop de veelal blanke politie besluit de hele groep af te voeren. Terwijl er wordt gewacht op vervoer, verzamelt zich buiten een verontwaardigde menigte. Iemand gooit met iets. Vanaf dat moment worden de stad Detroit en de gelijknamige film overspoeld door rellen. Rellen die vijf dagen zullen duren en 43 levens zullen eisen.
Even is de vertelling meanderend, en wordt er meer een sfeer dan een verhaal neergezet. Gedramatiseerde beelden vloeien over in documentair materiaal. Gaandeweg wordt ook het verhaal van soulgroep The Dramatics door de vertelling gevlochten. Bijna beroemd zijn ze, maar de rellen steken een stokje voor hun doorbraakperformance. Om stoom af te blazen, en vooral ook om geen onderdeel uit te maken van de ongeregeldheden, gaan zanger Larry (Algee Smith) en bandlid Fred (Jacob Latimore) naar het Algiers Motel. Bij het zwembad ontmoeten ze twee leuke blanke meisjes. Ondanks de agressie in de lucht is het hier een feestje. Als een grap vuurt een van de hotelgasten een startpistool voor sportwedstrijden af richting de politie die een aantal straten verderop de ingestelde avondklok handhaaft. De politie kan er niet om lachen: ervan uitgaand dat snipers op hen schieten, vallen ze het hotel binnen om de schutter te vinden.

Culturele toe-eigening
Steeds een stapje dichter bij de personages, ook fysiek met de camera — zo brengt Bigelow ons naar het hart van de film. Het geweld van de politie is schokkend, terwijl de intense wijze waarop de gebeurtenissen zijn vastgelegd regelrecht afmattend zijn. De schutter wordt al gauw gevonden (en vermoord), maar het wapen (dat in feite ook nooit bestaan heeft) niet. Een groepje Afro-Amerikaanse mannen, onder wie Larry en Fred, en de twee blanke meisjes waarmee ze aan het flirten waren, belanden in handen van de bloeddorstige, racistische blanke politieman Kraus (Will Poulter) en zijn crew. Bigelow manoeuvreert haar camera zo dicht op de zwarte lichamen die het bewijs van door blanken uitgeoefend geweld dragen dat het je de adem beneemt. Gezien de meanderende proloog en wat voelt als een afgeraffelde epiloog kan er geen twijfel over bestaan: dít zijn de scènes waar het Bigelow om gaat.
Maar dit zijn ook precies de scènes waar de kritiek die Detroit kreeg zich op richt. Niet alleen door de gewelddadige inhoud, maar vooral door de manier waarop een blanke filmmaker zwarte thematiek vastlegt. Een geval van culturele toe-eigening, zo luidt de consensus. En dat is zo: alle mensen die een sleutelrol in deze productie spelen (onder anderen regisseur, scenarist, producenten, cameraman) zijn blank. Hoe goed deze mensen hun best ook doen, ze zullen nooit het gevoel voor nuance hebben van mensen met eenzelfde culturele achtergrond als de slachtoffers van deze gebeurtenissen. Dat betekent overigens niet dat het per definitie een probleem is als makers een verhaal willen vertellen dat buiten hun directe belevingswereld ligt. Maar daarmee verplichten ze zich wel om een bepaalde zorgvuldigheid bij het hanteren van deze materie in acht te nemen. Ook ik — een blanke filmjournalist — moet me bedacht zijn op blinde vlekken die ik kan hebben wat betreft verhalen die zich buiten mijn culturele bagage afspelen.

Hedendaags Amerika
In een interview aan filmvakblad Variety vertelde Bigelow dat ze dit verhaal wilde verfilmen omdat het zulke opvallende overeenkomsten heeft met de gebeurtenissen die zich in het hedendaagse Amerika afspelen. Hiermee doelde ze op de vele gewelddadige incidenten (sommige met dodelijke afloop) die zich de afgelopen jaren afspeelden tussen de overwegend blanke politiemacht en zwarte verdachten. Natuurlijk heeft ze gelijk. En natuurlijk zou het ideaal zijn als een Afro-Amerikaanse regisseur dit verhaal zou verfilmen. Maar de filmindustrie-realiteit is anders: maar een fractie van de regisseurs die met behoorlijke budgetten werken zijn niet-blank. Wie anders had dit verhaal (voor dit budget) kunnen vertellen? Maar toch: het feit dat de film gemaakt is om alle goeie redenen, betekent niet dat ook de juiste zorgvuldigheid is betracht in het behandelen van deze tegenwoordig des te gevoeligere thematiek. Het kernteam dat de film realiseerde had simpelweg nooit geheel blank mogen zijn.
Filmcriticus Richard Brody noemde de film in The New Yorker een morele mislukking. Dat kun je stellen over Detroit. Maar dat maakt het niet per definitie een slechte film. Uiteindelijk is het aan de individuele kijker om te bepalen of deze film een goedbedoelde maar misplaatste poging is om belangrijke thema’s aan te kaarten, of een eye-opener die we juist nu nodig hebben. Als beide groepen de film maar gaan kijken.