BECK

Een eenzame politieman in Antwerpen

  • Datum 04-10-2010
  • Auteur
  • Gerelateerde Films BECK
  • Regie
    Jacob Bijl
    Te zien vanaf
    01-01-1993
    Land
    Nederland/België
  • Deel dit artikel

De gesloten kamer van het bekende Zweedse detective-schrijversduo Sjöwall en Wahlöö wordt onder de titel Beck in de bioscoop uitgebracht. Dit is de naam van de hoofdfiguur in de serie speudersromans. Een door het kwaad gelouterd man, een einzelgänger, die meer in de drijfveer dan in de daad is geïnteresseerd. Jacob Bijl tekent voor de regie van deze in zijn bescheiden filmografie passende film.

De naam van Jacob Bijl wordt nog steeds voornamelijk in verband gebracht met de film Scrim uit 1976 met Geraldine Chaplin en Bruce Gray. Een psychologisch drama met weinig handeling, maar genoeg spanningsopbouw om tot adequate doodslag te leiden. Het is dus niet zo vreemd dat Jacob Bijl zich aangetrokken voelt tot de wereld van Beck, waarin iedereen in principe toegerust is de ander om te leggen. Net als in zijn voorlaatste speelfilm Tiro koos Bijl voor een Vlaamse cast met deze keer Jan Decleir in de hoofdrol.
In Vlaanderen en eigenlijk ook in Nederland kan je bijna niet meer om Decleir heen. Zoveel acteurs zijn er niet met zijn staat van dienst, die naast vele toneelrollen onder andere Mira, Sil de strandjutter, Koko Flanel en Daens omvat. Jan Decleir blijkt de ideale Beck te zijn. Een vermoeide man van middelbare leeftijd, die net weer opgeknapt is van een schotwond. Een bedrijfsongeval dat zijn wereldbeeld wederom bevestigt: schuldig of onschuldig, het noodlot spreekt het laatste woord. Hij kan weer aan het werk. Er is een man doodgeschoten in een van binnenuit afgesloten kamer en van het wapen ontbreekt elk spoor. Een specialiste wijst met haar vinger op zijn borstkas waar de kogel is ingeslagen. Hij kan er over meepraten en het navertellen. Hij zwijgt. Een prachtig beeld.

Glijdende schaal
Beck neemt geen genoegen met de te simpele vaststelling ‘zelfmoord’. Zijn collega Fisher wil snel resultaat en nog snellere promotie. Om een bende bankrovers te pakken heeft hij alle politiemensen nodig, behalve Beck, want deze loopt voor de voeten door zijn eigengereide methodes. Een bekend profiel, de alleen operende outsider met charisma. Jacob Bijl en vooral Jan Decleir zien kans om de valkuil van het overbekende te vermijden door de man werkelijk dimensie te geven. Met tegenspeelster Els Dottermans — als Monita — schept hij een atmosfeer waarin de nadruk op de schaarse handeling ligt. Dit in tegenstelling tot het dichtplempen met dialoog waar zoveel Nederlandse produkties onder lijden. Monita vertegenwoordigt de jeugdige onschuld, de jonge gescheiden moeder, die met moeite het hoofd boven water houdt.
Een prachtige tegenstelling, die geen tegenstelling is, want allebei zijn ze een beetje goed en een beetje slecht zoals iedereen. Zij kiest er voor enkele bochten af te snijden en snel het loon van de misdaad op te strijken en er dan met haar kind van door te gaan en hij weet van begin af aan dat zij daar rijp voor is. Het begint met het in haar zak steken van een vooruitbetaling voor een pornosessie waar ze vanaf ziet, dan verricht ze een drugskoeriersdienst en tenslotte een gewapende bankoverval. Een glijdende schaal die iets te snel wordt overbrugd om helemaal geloofwaardig te zijn. De eerste twee wetsovertredingen zijn Beck bekend, maar de laatste niet, in ieder geval wordt dat in de film heel handig in het midden gelaten. Zij gaat vrijuit nadat zij hem geholpen heeft het raadsel van de man in de kamer op te lossen en hij zit er waarschijnlijk ook niet mee dat een ander de straf voor haar op moet knappen. Het is nou eenmaal niet eerlijk verdeeld in de wereld.

Gouden greep
Jacob Bijl levert met Beck het bewijs dat filmmaken een ambacht is dat staat of valt met het nemen van de juiste beslissingen. Hoe clichématig het verhaal ook aandoet, de juiste cast en de ruimte die de acteurs gegeven wordt, maken dat je er in gelooft of niet. Beck is een vakman die precies weet wat hij doet, maar dat niet uit kan leggen. De filmmaker Bijl moet daar ook wel iets van hebben, hij begrijpt hem en laat hem zijn gang gaan. Het verhaal ontwikkelt zich daarom met een simpele vanzelfsprekendheid naar zijn ontknoping. Geen gemoraliseer, geen intellectuele hoogstandjes, goed gedoceerde spanning.
De keuze voor de Vlaamse aardsheid van Beck is ook een gouden greep. De stoffige saaiheid van zijn kantoor, de klunzige kloterigheid van zijn collega’s, het verval van de oude stad. Hier worden in kamertjes met bloemkoolbehang complotten tegen de staat, tegen het grootkapitaal of gewoon voor het gewin bekokstoofd. De eenzaamheid van Beck is de eenzaamheid van het slachtoffer op de afgesloten kamer die hij probeert te doorgronden. Niets is zonder reden. Vakwerk op de vierkante centimeter.

Eddy van der Meer