Op ooghoogte #31
IMAX

Mark Cousins (The Story of Film, A Story of Children and Film) schrijft maandelijks over films en beeldassociaties. Zijn nieuwe film Atomic: Living in Dread and Promise gaat in première op IDFA. Deze maand schrijft hij over: IMAX-altaarstukken.
Als ik me in een van die grote vliegtuigen bevind, hoog in de lucht tijdens een lange vlucht, dan kijk ik uit het raampje in de hoop de kromming van de aarde te zien. Dat we op een bol leven die er voor ons plat uitziet, vind ik fascinerend, een kleine geste in de richting van het metafysische.
Het is iets waar ik aan moet denken als ik films zie op grote IMAX-schermen. Zes van de 137 doeken in Nederland hebben het IMAX-formaat, in verhouding vijf keer zoveel als in het Verenigd Koninkrijk. Jullie zien je films graag GROOT.
Precies. Film moet ook groter dan het leven zijn. Wat me interesseert is het feit dat sommige films op grote schermen tot leven komen, terwijl andere er juist door worden geminiseerd. De grote minimalistische of realistische filmmakers — Ozu, Hou Hsiao-hsien, Bresson, Ken Loach etc. — hoeven hun ideeën niet te versterken op megaschermen. In tegendeel, de integriteit van hun werk komt voort uit de nabijheid van het echte leven, het ontbreken van gebral en overdrijving. Maar sinds de dagen van de stille film zijn er altijd regisseurs geweest die het doek met details wilden inpakken of er de ruimte mee wilden boetseren, alsof ze een barokke kathedraal aan het bouwen waren. De films van Cecil B. DeMille en Buster Keaton, of Metropolis van Fritz Lang bijvoorbeeld zijn zo episch en zo vormgegeven, dat hoe groter het doek is, hoe beter. In de hedendaagse film zijn het de films van de Wachowski’s die uit elkaar spatten van detail in kostuum en set dat je wel een IMAX-scherm nodig hebt om dat allemaal te kunnen bekijken. En in de jaren vijftig waren het de films van Vincente Minnelli die zo fysiek waren, zo begaan met voorwerpen, textuur, en ruimte — denk maar aan Meet me in St. Louis, die, wederom, niet op een groot genoeg doek bekeken kan worden.
Van alle regisseurs echter is er eentje die film gebruikt om barokke effecten te creëren. Touch of Evil, The Magnificent Ambersons en The Trial van Orson Welles, om er slechts drie te noemen, gebruiken groothoeklenzen, kranen en dollies, om ons door hun ruimte mee te voeren zoals een vogel door een ruïne vliegt. Ze zweven en schieten door de ruimte. Het gevoel van naar boven kijken, of ergens overheen strekken geeft ons een opmerkelijk gevoel van ruimtelijkheid.
IMAX-schermen zijn als grootse altaarstukken in moderne kathedralen. Dat is iets wat onze barokke regisseurs begrijpen.
Mark Cousins | @markcousinsfilm
Atomic: Living in Dread and Promise, de nieuwe film van Mark Cousins zal te zien zijn op het International Documentary Filmfestival Amsterdam op 19, 21, 27 en 27 november | Voor meer informatie idfa.nl