Yakari

Lieflijke vorm van exotisme

  • Datum 22-09-2020
  • Auteur Omar Larabi
  • Thema Filmkrant 433
  • Gerelateerde Films Yakari
  • Regie
    Xavier GiacomettiToby Genkel
    Te zien vanaf
    07-10-2020
    Land
    Frankrijk/België/Duitsland, 2020
  • Deel dit artikel

Een jonge Sioux-krijger beleeft avonturen in het Amerika van voor de kolonisatie en de frontier. De bij vlagen geestige stripboekverfilming is uiteindelijk vooral een rechttoe-rechtaan animatiefilm.

Ooit werden de grote vlaktes in het Amerikaanse Midwesten bevolkt door kuddes bizons die werden bejaagd door de Sioux. De oorspronkelijke bewoners van de groene valleien trokken met de grazers mee als die aan het einde van het seizoen vertrokken naar nieuwe voedselrijkere gebieden. Totdat de expansiedrift van witte kolonisten hieraan een einde maakte en de jachtvelden een dor niemandsland werden. Yakari speelt zich af voor die periode. De verfilming van het stripboek is ruwweg gesitueerd tussen de vijftiende en negentiende eeuw. De Sioux beschikken al wel over paarden (voor de komst van Columbus was Amerika paardloos) maar er is geen wit mens te bekennen.

In dat opzicht is Yakari, sinds hij in 1973 werd bedacht door de Zwitser André Jobin, een uitzondering in de westerse verbeelding van de Amerikaanse historie. Je zou de cartoon, die in 1983 en 2005 al verscheen in televisievorm, kunnen beschouwen als een tamelijk onschuldige vorm van idealisme over leven in harmonie met de natuur. In de animatiefilm van Giacometti en Genkel zien we hoe de naïeve Yakari, die met dieren kan praten, ervan droomt om het wilde paard Kleine Bliksem te temmen, zodat hij minder afhankelijk wordt van zijn ouders. Maar vaderlief heeft zijn bedenkingen: “Kleine Bliksem is de snelste mustang van de prairie.”

Bovendien is het tornadoseizoen aanstaande en hebben de bizons al besloten om naar veiliger streken te trekken. Yakari is evenwel vastberaden en trekt met zijn trouwe viervoeter Hangend Oor de wildernis in, op zoek naar Kleine Bliksem. Onderweg wordt de jonge krijger in de gaten gehouden door zijn totemdier, een grote adelaar die alles overziet. Deze magisch-realistische scènes, waarin het mystieke wezen zich openbaart, monden telkens uit in slapstick. Zoals wanneer Yakari na een sublieme droomsequentie ineens uit een boom valt. Of wanneer de jonge krijger stuit op een beverdam (wie had gedacht dat bevers hilarisch konden zijn?).

Maar naast enkele humoristische hoogtepunten en een handvol diepzinnige tete-a-têtes met de adelaar is Yakari vooral een rechttoe-rechtaan animatiefilm. Een queeste met een bij vlagen irritante soundtrack (de makers proberen op een gegeven moment de melancholie van Circle of Life te herscheppen) en verhaalwendingen die zich wel laten raden. Heel spannend wordt het dus niet. Hoewel de film voor kinderen misschien wel leerzaam kan zijn. Want in Yakari’s wereld spelen kinderen geen ‘cowboys en indianen’. Omdat ideeën over het opschuiven van de frontier in het Wilde Westen nog geboren moeten worden. In dat opzicht laat de film zich omschrijven als een soort lieflijke vorm van historisch exotisme.