Une nuit
Zelfingenomen dwalen door Parijs
Je hoeft niet per se van personages te houden, maar in een romantische film is dat toch wel fijn. Dat lukt niet zo best met de twee nogal zelfingenomen types in Une nuit.
Laat twee mensen na een toevallige ontmoeting door Parijs dwalen en iedereen denkt aan Richard Linklaters Before Sunrise-trilogie (1995-2013). In die films, zeker in het eerste deel, gun je de door Julie Delpy en Ethan Hawke gespeelde personages dat ze eeuwig bij elkaar blijven. Zij zijn voor elkaar geschapen, dat voelen zij zelf ook, maar laten het moment voorbijgaan. Dom, maar het levert wel een fijne bitterzoete trilogie op.
Une nuit van regisseur Alex Lutz, die ook een van de twee hoofdrollen speelt, laat zien dat het nauw luistert in een romantische dwaalfilm. De film begint grappig met twee veertigers, Nathalie en Aymeric, die als vreemden in de metro bijna slaande ruzie krijgen als ze tegen elkaar botsen. De andere passagiers lachen besmuikt en gegeneerd als zij elkaar de huid vol schelden.
Toch gebeurt er ook iets anders tussen hen, want even later zien we ze in een pasfotohokje heftig vrijen. Oké, het vraagt behoorlijk wat suspension of disbelief, maar dat moet kunnen. Na het vrijen dwalen de twee door Parijs, waarbij ze elkaars telefoons in de Seine gooien. Bevrijd van verplichtingen praten ze over hun leven – beiden getrouwd en twee tienerkinderen – en dagen elkaar verbaal uit. Tot zover geen vuiltje aan de romantische lucht, al zou je willen dat ze soms even hun mond houden.
Maar dan tonen de twee een akelige kant. Nathalie typeert de ontstane verhouding tussen hen als ‘iets vreemds raciaals’. Ze vergelijkt het met ‘een knaagdier dat het met een straathond doet’. Misschien zoeken we spijkers op laag water, maar belanden we in de ideeënwereld van ‘raszuiverheid’? Naargeestig is ook dat de twee, als ze in een Vietnamees restaurant eten, zonder betalen naar buiten rennen. Hahaha.
Jammer, die uitglijders in het script, want aan chemie tussen Karin Viard als Nathalie en Lutz als Aymeric ontbreekt het niet. Zij zijn aan elkaar gewaagd, maar wekken door hun zelfingenomenheid en het elkaar voortdurend willen aftroeven weinig sympathie.
Na verloop van tijd begint de kijker te vermoeden dat er met deze mensen meer aan de hand is dan het lijkt. Dat blijkt te kloppen, want het aangrijpende einde zet het voorgaande in een ander perspectief. We moeten niets verraden, maar kennen de makers een zekere film van Theo van Gogh?