Una via a Palermo

Plassen als een cowboy

Twee auto’s, één steeg. Meer is niet nodig voor spanning en sensatie. Una via a Palermo is als komedie wat beperkt, maar hij zit vol onverwachte inzichten.

Een lesbisch stel (Emma Dante en Alba Rohrwacher) is vanuit Rome onderweg naar een bruiloft in Palermo. Ze kibbelen. Met piepende remmen komen ze tot stilstand als tegenover hen een auto stopt met een grijsharige, bejaarde vrouw (Elena Cotta) erin. De bestuurders van beide auto’s zetten elkaar klem in het straatje. Omstanders en bijrijders maken stampij. De bestuurders bewegen niet meer. En dan? Weinig concreets. Het schudt de buurt wakker en zet de verhoudingen op scherp.

Surrealistisch is het. Met een eenvoudige daad wordt orde op zaken gesteld door het leven even stil te leggen. De neuzen van de auto’s drukken tegen elkaar en geen van de chauffeurs gaat opzij. Mannen staan machteloos en worden zo op hun plek gezet; Noord- en Zuid-Italië, arm en rijk en de traditionele familie en het moderne stadsleven staan tegenover elkaar; twee vrouwen gaan een duel aan. Toneelregisseur en -actrice Emma Dante speelt zelf één van de hoofdrollen in haar speelfilmdebuut Una via a Palermo, dat op het filmfestival in Venetië onder andere de prijs voor beste actrice (Elena Cotta) won.

Het verhaal is simpel en daarom kun je er van alles in lezen. Als portret, metafoor, feministisch onderzoek of surrealistisch idee krijgt Una via a Palermo zijn glans. De stijl legt de nadruk op de dagelijkse handelingen van de buurtbewoners en doet denken aan het ongepolijste neorealisme. Dante’s oog voor detail charmeert. Wanneer gezamenlijk zwarte spaghetti wordt gegeten, maakt de inktvisinkt de kinnen zwart. Ondertussen verbeeldt de handheld camera de sociale controle. Regelmatig gluren we van achter luxaflex of een open raam.

Naar wat de vrouwen nou werkelijk drijft kunnen we slechts raden. Uit de knipoog die Cotta aan Dante geeft, zou je kunnen opmaken dat ze een deal sluiten, die alleen zij begrijpen. De tweeëntachtigjarige Cotta speelt fenomenaal. Ze loopt breekbaar als een elf, maar achter het stuur is haar blik krachtig en uitgestreken. Ze spreekt nooit en observeert zonder een oordeel te vellen, verbaasd, zoals alleen oude mensen dat kunnen. Zij neemt de leiding en Dante reageert soms strijdlustig, soms onderzoekend.

Met de extreme close-ups van ogen citeert de camera de westerns van Sergio Leone. De vrouwen stappen uit hun auto, staan tegenover elkaar en kijken elkaar aan. Ze smijten hun pasta over de heg: deze slag is op leven en dood. Dan beginnen ze te plassen. De één staand, de ander door haar hurken gezakt. En dat is niet minder dreigend dan een cowboy die een revolver trekt. Dit vrouwengevecht gaat ook over bewijsdrang, maar de strijd wordt subtieler gestreden. Zij hebben een langere adem. Daarin schuilt Dante’s feminisme. Want waar mannen het na kortstondig keffen opgeven, zetten vrouwen onvermoeibaar door.