The Matrix Resurrections
Een monument voor een vergane filmserie
The Matrix Resurrections is een langzame en onnodig ingewikkelde herhaling van ideeën uit de eerdere Matrix-films. Het vierde deel van de serie weet dat het beste achter de rug is en verknipt daarom stukjes uit de eerste drie films om de huidige film wat kracht bij te zetten.
The Matrix Resurrections is niet zozeer een nieuwe film in de Matrix-reeks te noemen, als wel een monument voor de oorspronkelijke drie films. De eerste helft bestaat bijna geheel uit flashbacks naar de eerste drie films en heropvoeringen van de belangrijkste scènes; de tweede helft staat volledig in het teken staat van het bij elkaar brengen van Trinity (Carrie-Anne Moss) en Neo (Keanu Reeves), de helden van weleer. En als deze film een monument is, dan weten we wat dat betekent voor deze franchise. Monumenten worden immers alleen opgericht voor dat wat al vergaan is.
De vorige film in de serie kwam bijna twintig jaar geleden uit, dus het is op zich niet zo’n slecht idee om het voorgaande samen te vatten alvorens het verhaal weer op te pakken. Wat wel een probleem is, is dat deze samenvatting de film over lijkt te nemen, waardoor The Matrix Resurrections een tergend langzame herhaling wordt van oude ideeën en vaak zelfs van hele scènes.
Een noemenswaardig verschil is de poging van Resurrections om het binaire denken van de voorgaande films te corrigeren. Die films stonden namelijk in het teken van óf-óf: een rode pil óf een blauwe pil; de matrix óf de werkelijkheid; oorlog óf vrede. Het is een manier van denken die in de tussenliggende decennia steeds feller bekritiseerd werd. De oplossing die Lana Wachowski (die voor Resurrections zonder haar zus Lilly terugkeert als coscenarist en regisseur) daarvoor opwerpt is zowel ingewikkeld als onzinnig. En behalve een paar sentinels (robots die de matrix gaande houden) die de rebellerende mensen steunen, verandert het weinig aan de premisse van The Matrix.
Resurrections werkt nog het beste als een parodie. Er zijn momenten waarop het verhaal ook die kant op lijkt te gaan, met flauwe woordspelingen (de koffiebar heet bijvoorbeeld Simulatte, een samentrekking van simulate en latte) en verwijzingen naar culturele fenomenen rondom The Matrix (Neo is niet zoveel ouder geworden, wordt er gezegd, een verwijzing naar de internetgrap dat acteur Keanu Reeves stiekem onsterfelijk is) maar uiteindelijk neemt de film de eerste drie delen veel te serieus om echt grappen te maken over zichzelf. Die eerste films worden namelijk keer op keer beschreven als geweldig, als meesterlijk, als wereld-veranderend. The Matrix Resurrections is daarmee een passieloze ode aan de oorspronkelijke trilogie.
Hoeveel grappen The Matrix Resurrections ook maakt over zichzelf, over zijn onoriginaliteit en onbegrijpelijkheid, de film bewijst daarmee nooit de noodzaak van zijn bestaan. Want een film die grappen maakt over zijn eigen banaliteit is nog steeds een banale film en een film die aankaart dat ‘ie eigenlijk niet gemaakt had moeten worden, is nog steeds een film die eigenlijk niet gemaakt had moeten worden.
In The Matrix Resurrections is Neo een gameontwikkelaar die de succesvolle gameserie The Matrix heeft gemaakt. Twintig jaar later wordt hij gevraagd om een nieuwe, vierde game te maken. Hij voelt er weinig voor, maar de grote bazen van Warner Bros. staan erop.
Resurrections is daarmee ook een soort verontschuldiging van Wachowski. Maar dat ‘Warner Bros made me do it’-argument overtuigt niet, zeker omdat zus Lilly Wachowski niet terugkeert. Het is ook moeilijk te geloven dat dit daadwerkelijk het beste is dat Wachowski met een vierde film had kunnen doen.