The Last Days of Gilda

Laatste hoop voor de vrijzinnigheid

In The Last Days of Gilda verzet een vrijgevochten Braziliaanse vrouw zich tegen de opkomst van het conservatisme in haar wijk. De film symboliseert de angst voor de conservatieve storm die door Brazilië waait.

Je hebt je buren niet voor het uitkiezen. Honderden afleveringen van De rijdende rechter leren ons dat een struik die ook maar een centimeter over de erfgrens uitsteekt, dodelijk kan zijn voor de onderlinge verstandhoudingen. In het slechtste geval gaan buren elkaar naar het leven staan. De openingsscène van The Last Days of Gilda (Os últimos dias de Gilda) doet in dat opzicht weinig goeds vermoeden. We zien een vrouw in ondergoed letterlijk de messen slijpen. Onheil lijkt onvermijdelijk.

Maar vervolgens leren we deze Gilda (Karine Teles) vooral kennen als vrijgevochten vrouw die haar dagen vult met het slachten van varkens, bourgondische etentjes, en vooral met meerdere minnaars. Maar die vrijzinnige levensstijl veroorzaakt óók frictie in de buurt. In deze buitenwijk van Rio de Janeiro wordt gretig over Gilda geroddeld, en kijken de buren haar immer veroordelend na.

De situatie escaleert als een bevriende buurman het aanlegt met de aartsconservatieve Cacilda. Zij moedigt hem aan actief te worden voor de partij van een reactionaire dominee, die razendsnel zieltjes werft in de godvrezende buurt. Het lijkt het begin van het einde, want Gilda’s gedrag gaat steeds slechter samen met de herrijzenis van het strenge conservatisme. Als de conservatieve politici een verbond sluiten met de zware jongens uit de favela’s, is de boodschap helemaal duidelijk: Gilda moet haar vrijzinnige levensstijl aanpassen, anders wachten er repercussies. Maar Gilda laat zich niet zomaar wegjagen. Want als ze achter haar eigen voordeur al niet meer zichzelf kan zijn: waar dan nog wel?

Het maakt The Last Days of Gilda – oorspronkelijk een theatervoorstelling – een machtig interessante parabel over het huidige Brazilië. Ook in de ‘echte wereld’ heeft de vrijzinnigheid het immers steeds zwaarder te verduren onder het bewind van president Jair Bolsonaro en consorten. Een situatie die wordt doorgetrokken naar de Braziliaanse filmindustrie. De film werd oorspronkelijk niet voor niets gefilmd als vierdelige miniserie voor een streamingdienst. Daar zijn nog net wat meer mogelijkheden dan in de filmsector, die door de regering steeds verder wordt uitgekleed.

Het zorgt ervoor dat The Last Days of Gilda wordt voortgestuwd door een aangenaam boze energie. Het is een film die het leven viert, maar de ogen tegelijkertijd niet sluit voor de benauwende realiteit. Hoewel de titel onheil doet vermoeden, is de film vooral een ode aan de geweldloze vrijzinnigheid. Cacilda snauwt Gilda halverwege de film toe dat ze wenste dat ze dood was. Gilda hoeft niet eens boos te worden, maar volstaat met een simpele hartenkreet: “Ik lééf!”