The Jacket

Het Palestijnse gevoel

The Jacket

De Belgische Mathijs Poppe, debuterend met The Jacket, was op zijn negentiende vrijwilliger in het vluchtelingenkamp Shatila bij Beiroet. Het laat hem niet meer los.

Het jasje uit de titel is een theaterattribuut dat door de Palestijnse theatermaker en acteur Jamal Hindawi zo bont is bestikt met lappen en reparaties dat het een symbool voor de Palestijnse identiteit wordt. Dat ontdek je gaandeweg tijdens deze bondige docufictie van Mathijs Poppe, die zonder grote politieke statements toch op een mooie manier veel laat zien.

Zoals Poppe tijdens IDFA al vertelde, heeft hij een sterke band met het Libanese vluchtelingenkamp Shatila, waar hij Hindawi ontmoette. Hij draaide er zijn eindexamenfilm en voor het samen met Hindawi ontwikkelde The Jacket keerde hij opnieuw naar Shatila terug. Zijn drijfveer was om een ander beeld van de Palestijnse gemeenschap te tonen dan we doorgaans te zien krijgen.

Zo gaat The Jacket van start met ogenschijnlijk terloopse observaties die dicht bij het alledaagse leven blijven. Hindawi met zijn gezin, videogesprekken met een dochter in Engeland, nieuwsflarden en repetities voor een nieuw stuk met Hindawi in de hoofdrol. Die speelt daarin iemand die een hekel heeft gekregen aan het genoemde jasje, maar telkens wanneer hij het weggooit keert het op mysterieuze wijze bij hem terug. Palestina raak je niet kwijt.

Mooie vondst is nu om in het echte leven het omgekeerde te laten gebeuren. Voor Hindawi zelf is die theaterjas juist heel belangrijk, mede door de symboliek. Dat hij die jas per ongeluk verliest is een duidelijk fictieve ingreep, maar de zogenaamde speurtocht die volgt brengt ons wel buiten Shatila. Waarna de ontmoetingen die Hindawi heeft met ogenschijnlijk willekeurige mensen in Beiroet weer heel documentair aanvoelen. Ondersteund door camerawerk dat goed de sfeer treft, van de benauwdheid van het vluchtelingenkamp tot de ruimte bij de tocht naar buiten. Daarbij vloeien dagelijks leven, theater en zo’n fictieve zoektocht naar het jasje op een heel vanzelfsprekende manier in elkaar over.

Poppe, die Kiarostami wel als een van zijn inspiratiebronnen heeft genoemd, maakt dat het voelt alsof je er zelf zonder vooropgezette plannen gewoon even mag rondkijken. Alsof je toevallig aanwezig bent bij een luchtig gesprek van Hindawi met een vriend. Ze fantaseren op dat moment wat ze bij een terugkeer naar Palestina zouden doen. Allebei in Libanon geboren, maar toch het woord ‘terugkeer’. Zo zijn er meer momenten waaruit blijkt hoe de Palestijnse zaak, maar ook die van andere vluchtelingen, als een onvermijdelijke onderstroom in ieders leven aanwezig blijft. Waarbij zo’n lappenjasje ongemerkt grote betekenis krijgt.