THE FIRM (Sydney Pollack)

De firma Smaak noch Kraak

Na het debâcle Havana heeft regisseur Sydney Pollack met de verfilming van John Grishams advocaten-thriller ‘The firm’ weer een kassucces afgeleverd. In tweeëneenhalf uur toont hij ons de opkomst en bijna ondergang van een inhalige yup. Tom Cruise is de yup in een film die net zo braaf en kleurloos is als zijn hoofdrolspeler.

Bestsellers staan al sinds jaar en dag aan de basis van populaire Hollywoodfilms. Filmpionier Cecil B. De Mille beweerde ooit van elke twee willekeurig gekozen bladzijden uit de bijbel een film te kunnen maken en deed jarenlang zijn best om dat te bewijzen. Tegenwoordig doen producenten inspiratie op in de bestsellerlijst van de New York Times. Aangezien de vraag het aanbod overtreft profiteren auteurs en uitgevers van goedverkopende boeken in toenemende mate van de strijd tussen hongerige geldschieters, die bereid zijn voor literaire kassuccessen miljoenen op tafel te leggen. De filmrechten van John Grishams roman ‘The firm’ werden nog voor de publikatie met vooruitziende blik gekocht door filmmaatschappij Paramount. Het boek is inmiddels wereldwijd een hit en Grisham kon handenwrijvend toezien hoe Hollywood met getrokken portemonnee vocht om de rechten van zijn later verschenen romans ‘The Pelican brief’ en ‘The client’.

Snelle Mercedes
Tom Cruise bevindt zich in de openingsscènes van The firm in dezelfde positie als de auteur. Als Mitch McDeere, briljant rechtenstudent aan de universiteit van Harvard, voorziet hij in zijn inkomen door in een restaurant als ober te werken. Wanneer hij cum laude afstudeert krijgt Mitch van verschillende grote advocatenkantoren het ene lucratieve aanbod na het andere. Gefrustreerd door zijn armoedige afkomst kiest hij voor het hoogste bod, waarmee hij hoopt zijn echtgenote de luxe te kunnen bieden die ze als kind van rijke ouders kende. De firma Bendini, Lambert & Locke trakteert de nieuwe rekruut meteen op een fijn huis, een snelle Mercedes en diverse financiële bonussen. De vrouw van de jonge advocaat heeft zo haar twijfels over zijn nieuwe werkgever, maar de toeschouwer weet al snel dat haar man volledig verkocht is: wanneer Mitch op zijn eerste werkdag een massief eikenhouten tafel streelt lijkt hij daarbij een naderend orgasme met moeite te kunnen onderdrukken.
Het duurt niet lang of het jonge stel staat aan het graf van twee dode collega’s die bij een ‘ongeluk’ het leven lieten. De advocaat krijgt zoveel werk toegeschoven dat hij geen tijd heeft zich daarover druk te maken, bovendien stelt de werkdruk zijn huwelijk flink op de proef. Wanneer twee FBI-agenten in een café met wat rake opmerkingen over zijn werkgever het rotsvaste vertrouwen van de loonslaaf aan het wankelen brengen, gaat hij op zoek naar de waarheid. Dat komt hem duur te staan. Zowel de FBI als de onfrisse firma zetten hem onder druk en hij moet uiteindelijk zijn toekomst als jurist op het spel zetten om zich uit de nesten te werken.

Zouteloos
Onder begeleiding van relaxed pianogepingel op de soundtrack komt The firm als thriller nogal traag op gang, echt spannend wordt het pas na anderhalf uur en dat is veel te laat. De film moet het dan ook vooral hebben van zijn indrukwekkende rolverdeling. Gene Hackman, Ed Harris, Holly Hunter, Gary Busey en Wilford Brimley brengen hun personages overtuigend tot leven en Tom Cruise is gewoon zichzelf. Alle lof ten spijt zal Cruise voor mij altijd die gladde jongen uit Top gun blijven. Zijn film-eega Jeanne Tripplehorn maakt meer indruk en zal na haar rol in Basic instinct met The firm ongetwijfeld definitief tot de hoogste regionen van de Hollywood-hiërarchie doorbreken.
Sydney Pollack, regisseur van The firm, was eerder verantwoordelijk voor de kassuccessen Out of Africa en Tootsie. Pollack maakt even vakkundige als brave films, waar niemand aanstoot aan hoeft te nemen. Perfect amusement voor een gezellig avondje AVRO. Een uitgesproken eigen stijl heeft hij niet, hij laat zijn acteurs hun werk doen en zorgt ervoor dat de plot zich als vanzelf ontrolt. Wanneer Pollack een geslaagde film aflevert wordt er dan ook meestal gesproken over ‘degelijk Amerikaans vakwerk’. Zouteloos saai beeldbuisvertier noem ik zoiets. Films moeten de toeschouwer prikkelen, een regisseur die zichzelf in de anonimiteit verbergt valt gebrek aan lef te verwijten of heeft simpelweg niets te melden.
The firm gaat over een hebzuchtige jongen die het verdient om op zijn bek te gaan. Na een decennium van inhaligheid en yuppen-cultuur wijst de film ons er ten overvloede nog maar eens op dat geld niet gelukkig maakt. Na tweeëneenhalf uur stapt de gelouterde jongen, gekleed in leren jack, gympies en een spijkerbroek, met zijn vrouw in hun oude auto om een betere toekomst tegemoet te gaan. Hij heeft zijn lesje geleerd. Hij had ook gewoon de Enkhuizer almanak kunnen raadplegen.

Bart van der Put