Tarnation
Ontsnappen aan het leven
Een 32-jarige fotogenieke Texaan versnijdt zijn tragische leven met blikken Super8 en stapels videobanden. Hij mixt het geheel met behulp van een gratis computerprogrammaatje. Resultaat: Tarnation, een fenomeen met een zeldzame creatieve rauwheid.
Het is mogelijk een magnifieke film te draaien met slechts 218 dollar. Het bewijs levert de 32-jarige, homoseksuele Texaan Jonathan Caouette. Hij maakte het autobiografische Tarnation met een paar blikken Super8-films, stapels betamax’en en vhs’en, filmclips, een handycam en een Apple-computer met daarop geïnstalleerd het gratis programmaatje iMovie van Apple.
De film beeldt Caouettes zonderlinge leven uit, specifiek zijn relatie met zijn schizofrene moeder Renee LeBlanc, een mooie vrouw die volgens haar zoon op een haar na de actrice Lindsay Wagner is, bekend van televisieseries als Bionic Woman en melodramatische televisiefilms als Police Story.
Net als Caouette en talloze andere jongens over de hele wereld in de jaren tachtig geobsedeerd waren met Wagner als de vrouw-van-staal en de vrouw-in-uniform, zo is Caouette in zijn echte leven totaal in de ban van zijn moeder. Zijn relatie met haar vormt de kern van zijn film. Als Jonathan in 2002 verneemt dat Renee een overdosis lithium heeft genomen, haast hij zich naar huis, naar Houston, Texas. Daar, terwijl hij de zorg voor haar op zich neemt, begint Jonathan zijn tragische bestaan onder het vergrootglas te plaatsen. Zijn leven lang loopt hij al rond met een film- of videocamera. Om vorm te geven aan het verleden speurt hij eigen, oude Super8-familiefilmpjes af. Na een paar maanden besluit hij dit alles te vermengen met clips uit muziekvideo’s, televisieseries en oude horrorfilms. Het geheel kneedt hij rudimentair tot een verhaalwerkelijkheid, tot een film of iets wat daarop lijkt.
Op advies van vrienden stuurt hij zijn gemonteerde film, Tarnation, in 2004 naar de selectiecommissie van het Sundance Festival. Algauw kon Jonathan rekenen op de belangstelling van regisseur Gus Van Sant, vooral nadat Tarnation werd bekroond met de prijs van de Amerikaanse filmkritiek. Vervolgens blijkt de film een hit op het festival van Cannes.
Psychedelisch
Een jaar later grijpt de hype nog steeds als een brandend vuurtje om zich heen. Caouette is de lieveling van festivals over de hele wereld. Er zit een kern van waarheid in de ophef: de film is écht voor 218 dollar geredigeerd met behulp van Apple’s iMovie-software. Daarna is het budget wel gaan zwellen. Dat kan ook niet anders: beeld en geluid werden opgepoetst in George Lucas’ Skywalker Studios, zodat de film een release op 35mm kon krijgen.
Het eindproduct is een fenomeen: non-lineair beeldexperiment, narratieve film, reality-televisie, muziekvideo en avantgardistische videokunst. De triomf van het werk ligt in de wijze waarop Caouette, met of zonder hulp van Gus Van Sant, erin slaagt het documentairegenre een nieuwe prikkel te geven. In zijn film is het allemaal ‘reality’, maar dan in de vorm van een verzonnen werkelijkheid. Anders dan bij gewone reality-televisie draagt Tarnation het merk van de kunstenaar.
Als een dichter die stijlfiguren gebruikt om door esthetische vervreemding betekenis te creëren, weeft de maker van Tarnation symbool, metafoor, oxymoron en hyperbool door zijn werk. Door dit ‘literaire’ karakter is de film kunstzinnig. De kracht ervan blijkt bijvoorbeeld uit de virtuoze beeldovergangen: van trage, vérité-achtige scènes naar avantgardistische, psychedelische flitsen waarbij de film ‘verbrandt’ in de projector of het beeld opbreekt en verdeeld in tientallen vierkante blokjes op het scherm verschijnt. Clips uit horrorfilms dienen als interpunctie in de hallucinerende sequenties, maar dan slechts gedoseerd, want de wanorde moet blijven overheersen. De muziek is een wirwar van jaren-tachtigpunk en lyrische, jaren-zeventiggitaarmuziek. Al deze elementen worden verenigd om het centrale thema kracht bij te zetten, namelijk het tragische leven van Jonathan Caouette en Renee LeBlanc.
Vernieuwend
Om duidelijk te zijn: niets in de film duidt op een nieuwe Orson Welles of Andy Warhol. Integendeel, het is onduidelijk wat Caouette hierna zou moeten maken. Op festivals betoogt hij graag over vage onderwerpen als de ’toekomst van de doe-het-zelf-filmmaker’. Blijft hij dat dus? Of gaat hij muziekvideo’s maken? Of een televisiefilm? Caouette weet het zelf niet.
Dit neemt niets weg van het feit dat zijn Tarnation een zeldzame creatieve rauwheid tentoon stelt. Dat is opwindend. En vernieuwend. Ter vergelijking: een documentaire in de stijl van Michael Moore registreert een bepaalde werkelijkheid, zonder dat de regisseur daar stilistisch al te veel raffinement aan geeft. Dat is zeker niet erg, maar het is wel saai. Een film als Fahrenheit 9/11 werkt welbeschouwd op dezelfde manier als gewone reality-tv. Stilistisch verschilt Moore’s werk derhalve niet van Newsnight met een flinke dosis Peter R. de Vries erbij. Tarnation combineert de eigen, trieste werkelijkheid met de fictie van het beeldexperimentele werk van Andy Warhol, Paul Morrissey of John Waters.
Deze werkwijze is inhoudelijk volledig verantwoordbaar: zijn leven lang probeert Caouette te ontsnappen aan zijn leven, bijvoorbeeld door dat te filmen of door zich te gedragen als drama queen. Tarnation is het toppunt van zijn ontsnappingspoging. Caouette buigt zijn werkelijkheid, in de vorm van de door hem vastgelegde beelden, om tot een nieuwe realiteit, tot zijn eigen film. Zo is Caouette het ultieme voorbeeld van de notie dat de moderne mens zijn leven is gaan beschouwen als een fictiefilm, als een life movie, in de woorden van de cultuurcriticus Neal Gabler.
Hier is wat Caouette’s film anders maakt: hij zag zijn leven niet alleen als een gemaakte, gefotografeerde werkelijkheid, hij maakte en fotografeerde die werkelijkheid zelf. Ja, hij vond soelaas in de narratieve cinema, in Roman Polanski of William Friedkin. Maar dat was voor hem niet genoeg. Hij moest doodeenvoudig zijn eigen film maken. Dat maakt hem modern, dat maakt hem tot een kind van het reality-tijdperk.
Electroshocks
De vraag blijft met welk doel Caouette als vertegenwoordiger van de moderne mens zijn leven tot een film maakte. Ontsnapping? Catharsis? Narcisme? Zelfhaat? Of misschien al deze dingen.
De feiten van Caouettes life movie: hij werd geboren in Houston, Texas. Moeder Renee had een tumultueuze jeugd. Ze was een prachtkind. Tijdens haar vroege tienerjaren was zij een gezocht model. Toen ze twaalf was, viel ze van het dak van haar ouderlijke huis. Het incident tekende haar leven. Zij verloor alle gevoel in haar benen. Op advies van een vriend, die vond dat Renee’s handicap psychosomatisch van aard was, lieten haar ouders haar opnemen in een inrichting waar zij elektroshocktherapie onderging. Algauw werd de ‘diagnose’ gesteld: schizofrenie, met als gevolg talloze ziekenhuisopnamen, nog meer elektroshocks en medicinale behandelingen. Hier zou Renee haar leven lang niet van herstellen. De tragedie is compleet als jaren later blijkt dat ze haar benen inderdaad niet kon gebruiken. Haar verlamming was in werkelijkheid het gevolg van tijdelijke beschadiging van een zenuw. Maar het kwaad was geschied: Renee bleef psychotisch. In 1977 belandde zij samen met de vijfjarige Jonathan in Chicago. Daar was het kind er getuige van hoe zijn moeder werd verkracht door een man die zij op straat had ontmoet. In de film suggereert Jonathan dat ook hij jarenlang mishandeld werd. Doordat zijn vader met de noorderzon was vertrokken, bracht hij een groot deel van zijn jeugd door bij pleeggezinnen, waar men hem vastbond en sloeg. Bovendien zinspeelt Jonathan erop dat zijn grootouders hem seksueel misbruikten. Onbekend is of dat werkelijk is gebeurd.
Om te overleven in deze hel greep Jonathan al vroeg in zijn leven naar een camera, eerst een Super8 en daarna een Sony Handycam. Hij dompelde zich onder in fictie. Als aantrekkelijke jongen, die met zijn donkere ogen en lang, dik haar veel weg had van River Phoenix, kleedde hij zich graag in drag. Op school schreef hij een musical gebaseerd op David Lynch’ Blue Velvet, waarin de acteurs liedjes van Marianne Faithful zongen. Film werd zijn leven.
In de gay clubs die hij als tiener bezocht, zag hij Pink Flamingos van John Waters en de Factory-films van Paul Morrissey. Zijn obsessie met film was niet beperkt tot de gay subcultuur in Houston. Zijn jeugd was op dezelfde manier doorweekt met film als bij Quentin Tarantino of bij toevalligerwijs twee andere Texanen, filmcriticus Harry Knowles en regisseur Robert Rodriquez. Caouette’s opa nam hem mee naar de bioscoop, waar de jongen het geluid op audioband opnam zodat hij thuis de film kon tekenen met potloden en papier. Obsessief keek hij naar The Wiz, Willy Wonka and the Chocolate Factory, The Exorcist, Phantasm en Rosemary’s Baby. In het huis van zijn opa, waar hij opgroeide, bouwde hij een thuistheater, compleet met 16mm-projector en scherm. Daar draaide hij klassiekers op 16mm als The 5000 fingers of Dr. T en Phantom of the Paradise. Ook projecteerde hij zijn eigen Super8-films. Later kocht hij een videoprojector, zodat hij zijn betamax’en en vhs’en op het grote scherm kon laten zien. Net als Tarantino, Knowles en Rodriquez trainde Caouette zichzelf; hij was de directeur van zijn eigen filmacademie, regisseur van zijn life movie.
Eeuwige hel
Misschien was de belangrijkste reden voor de aanwezigheid van camera en projector in zijn leven persoonlijk en psychologisch van aard. In een interview met The Guardian vertelt hij op twaalfjarige leeftijd een joint te hebben gerookt waarin formaldehyde en PCP zaten. Hij belandde in het ziekenhuis, waar hij werd gediagnosticeerd met een stoornis van associatieve vermogens. Tegenover The Guardian geeft hij toe dat hij film gebruikte als een manier om uit zijn eigen werkelijkheid te treden. Door te filmen en film te kijken kon hij zichzelf en zijn leven van een afstand beschouwen. Dat was makkelijker dan gewoon te leven.
Zijn verhaal is intens privé. Maar wat vooral uit het interview blijkt, is hoezeer Caouette’s leven openbaar bezit is geworden. Zijn wereldwijde roem noemt hij een “dichotomie van karma”. Alhoewel hij rijk en beroemd is geworden, vertelt hij tegen iedereen, moet hij snel terug naar Houston, want het gaat slecht met zijn opa en zijn moeder. Hij zegt: “Zij kunnen beide sterven, mijn opa omdat hij oud is, en mijn moeder omdat zij nog steeds last heeft van haar zelfmoordpoging.”
De vraag rijst: wat in dit leven, in deze film, leidt ertoe dat de kijker begaan is met het lot van Jonathan, Renee en opa, zelfs na het zien van de film? Dit zijn echte mensen, geen fictieve personages. Hun leven is niet hyperdramatisch. Zij bezitten geen superkrachten; zij kampen niet met monsters; zij zijn niet in oorlog; zij zijn geen soap- of sitcomsterretjes. Zij zijn gewone, arme Texanen die proberen te overleven in een wereld van drugs, geweld en verkrachting. Dat zij ondanks dit alles hun menselijkheid behouden, en derhalve ook hun capaciteit om te voelen, verbijstert nog het meest. Dat is het dan: hun werkelijkheid, hun life movie, is herkenbaar. Immers, Jonathan en Renee leven in tarnation, een woord dat afgeleid is van eternal damnation. De eeuwige hel. Je ziet het in de manier waarop Jonathan in de camera kijkt als hij het nieuws van Renee’s zelfmoordpoging krijgt. Ja, daar is de drama queen. Maar zijn angst is existentieel. En, zo blijkt 88 minuten later, ook universeel.
De verdoemenis waarin Jonathan Caouette is beland, is dat hij moet toezien hoe zijn moeder lijdt onder de nachtmerrie van haar verleden. Lang nadat je de film hebt gezien, komt de eindscène weer bij je op, die overigens niets weggeeft van hoe het allemaal afloopt. Dan ontstaat het idee dat deze film ondanks alles het verhaal vertelt van de eerlijke en onvoorwaardelijke liefde van een zoon voor zijn moeder. In New York, ver weg van de lege, vieze straten van Houstons stadswijken, ligt Renee te slapen op de bank in Jonathans appartement. De mooie man gaat bij de gebroken vrouw liggen, met zijn hoofd zacht tegen haar borst. Hij valt in slaap.