Pleasant Days

Rondtollen in een wasmachinebaarmoederbad

En voor de volgende film schakelen we over naar het Hongarije van debuterend regisseur Kornél Mundruczó, waar wasmachines op baarmoeders lijken, de jeugd karakterloos en een verkrachting zinloos.

Als Peter (Tamás Polgár, met Tartaarse blik en rubberen lippen) in het begin van Pleasant Days uit de gevangenis komt, gaat hij naar de wasserette van zijn zus. Daar is net een bevalling aan de gang. Maja (Orsolya Tóth) werpt in een decor van tollende machines met een lepel in de mond een kind ter wereld. Het koord wordt doorgesneden en harde euro’s verhandeld. De zus, Marika, koopt het kind. Een driehoeksverhouding met een baby in het midden begint.

Peter voelt zich gulzig aangetrokken tot de moeder die geen moeder wil zijn en wordt tegelijkertijd vanwege zijn paspoort gemanipuleerd door zijn zus, de moeder die doet alsof ze een moeder is, terwijl ze tussendoor ook nog een sado-masochistische relatie aangaat met Janosz, die ook neukt met Maja, want Maja is de nimf, de hoer, degene die met iedereen neukt.

Bent u er nog?

Goed, want dan zult u genieten van het hoog symbolische gehalte dat Pleasant Days voor u in petto heeft. Het uitpersen van moedermelk boven het aanrecht, het wasmachinebaarmoederbad en frisbeeën in je eentje; het zijn aardige scènes om eens in te lijsten en afzonderlijk te bekijken.

Maar het geheel is meer dan de som der delen. En zelfs over de som was de regisseur al niet zeker. In 2003 draaide de film op het Filmfestival Rotterdam in een versie van 83 minuten, terwijl de huidige bioscoopversie wederom 99 minuten bedraagt, net als bij zijn prijswinnende vertoning in Locarno in 2002, en er ook al een eerdere versie van 103 minuten in omloop was.

Ergens in de film is een flard van een liedje te horen: “It doesn’t move me, it’s like a movie! It doesn’t move me, it’s like a movie!” Waarschijnlijk bedoeld als blauwdruk van de geestesgesteldheid van de onvolwassen hoofdpersonen, die karakterloos steeds van opvatting veranderen en maar wat rondcirkelen in hun poel van banaliteiten, maar hoe langer het geheel duurt, hoe meer het op de film zelf terugslaat.

Tot het verbijsterende moment waarop de moeder die niet wil maar nu ineens wel weer wil, verkracht wordt door Peter. Een schokkende scène, vooral omdat hij je zo volkomen Siberisch laat. In die anderhalve minuut wordt geen mens verkracht, maar een marionet, een idee, een hersenspinsel van Kornél Mundruczó. De cirkel is rond, straks zal ze weer bevallen temidden van draaitrommels. En hij draait weer de bak in. Alles begint opnieuw en draait rondjes.

Het verveelt me. Het is slechts een film.